100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Oefententamen bedrijfseconomie incl. antwoorden $3.71
Add to cart

Exam (elaborations)

Oefententamen bedrijfseconomie incl. antwoorden

1 review
 346 views  15 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

(STUUR MIJ EEN DM VOOR KORTING!) Oefententamen bedrijfseconomie inclusief antwoorden. 8 MP vragen en drie open opgaves Balans opstellen, resultatenrekening, hoeveel belasting betalen, kengetallen liquiditeit en rentabiliteit, opslagmethode. ERG HANDIG!

Preview 2 out of 12  pages

  • November 5, 2019
  • 12
  • 2019/2020
  • Exam (elaborations)
  • Unknown

1  review

review-writer-avatar

By: abigailbryson • 4 year ago

avatar-seller
Dit tentamen bestaat uit 4 opgaven. In totaal kunnen er 100 punten behaald worden.
Als je in totaal 55 punten hebt, heb je een voldoende.
De punten voor de afzonderlijke onderdelen staan bij de onderdelen aangegeven.

Let op: Indien bij een vraag een berekening vereist is geldt dat je altijd je
motivering/berekeningen op moet schrijven. Aan het eindantwoord alleen worden
geen punten toegekend, ook niet als dit juist is!

Succes!

Opgave 1
In verband met compensatie van de gokkans zijn voor de eerste twee goede
antwoorden geen punten te verkrijgen.

a. Welke stelling is juist?
a) Een onderneming heeft een rechtsvorm of een rechtspersoonlijkheid.
b) Elke onderneming heeft een rechtsvorm.
c) Elke onderneming is een rechtspersoon.
d) Elke onderneming heeft zowel een rechtsvorm als rechtspersoonlijkheid.

b. Waarop hebben de efficiency en de effectiviteit van een
productieonderneming betrekking?
a) De efficiency heeft betrekking op de output en de effectiviteit op de relatie
tussen input en output.
b) De efficiency heeft betrekking op de input en de effectiviteit op de relatie tussen
input en output.
c) De efficiency heeft betrekking op de input en de effectiviteit op de output.
d) De efficiency heeft betrekking op de relatie tussen input en output en de
effectiviteit op de output.

c. De publicatieplicht is niet voor alle ondernemingen gelijk. Welke
stelling hierover is juist?
a) Van de niet-rechtspersonen heeft de commanditaire vennootschap de minst
omvangrijke publicatieplicht.
b) Van de niet-rechtspersonen heeft de personenvennootschap de minst
omvangrijke publicatieplicht.
c) Van de niet-rechtspersonen heeft de eenmanszaak de minst omvangrijke
publicatieplicht.
d) Alle niet-rechtspersonen zijn volledig vrij van publicatieplicht.

d. Welke stelling is juist?
a) Het verschil tussen een overname en een fusie betreft het verschil in de mate
van samenwerking tussen de betrokken ondernemingen.

, b) Het verschil tussen een overname en een fusie betreft de mate van
gelijkwaardigheid van de betrokken ondernemingen.
c) Het verschil tussen een overname en een fusie betreft het verschil in bedrijfstak
waarin de ondernemingen opereren.
d) Het verschil tussen een overname en een fusie betreft het verschil in
bedrijfskolom waarin de ondernemingen opereren.

e. Welke stelling is juist?
a) Het balanstotaal aan de debetzijde is groter dan het balanstotaal aan de
creditzijde zodra de onderneming verlies lijdt.
b) Het balanstotaal aan de debetzijde is groter dan het balanstotaal aan de
creditzijde zodra de onderneming winst maakt.
c) Het balanstotaal aan de debetzijde is altijd gelijk aan het balanstotaal aan de
creditzijde omdat de onderneming er altijd alles aan zal doen om te zorgen dat
er voldoende vermogen aanwezig is.
d) Het balanstotaal aan de debetzijde is altijd gelijk aan het balanstotaal aan de
creditzijde omdat debetzijde en creditzijde beide informatie bevatten over
hetzelfde geldbedrag.

f. Wat wordt verstaan onder het begrip financieringsgat?
a) het verschil tussen vaste activa enerzijds en eigen en lang vreemd vermogen
anderzijds
b) het verschil tussen vlottende activa en kort vreemd vermogen
c) het verschil tussen totale activa en alle voorhanden vermogensbronnen
d) het verschil tussen totale activa en eigen vermogen

g. Wat wordt verstaan onder de rentedekkingsfactor?
a) het verschil tussen de rentabiliteit op het totale vermogen en de gemiddeld te
betalen rente
b) het verschil tussen de rentabiliteit op het eigen vermogen en de gemiddeld te
betalen rente
c) het aantal malen dat de rente betaald zou kunnen worden uit de winst voor
belasting
d) het aantal malen dat de rente betaald zou kunnen worden uit het
bedrijfsresultaat

h. Wat is het verschil tussen liquiditeit en solvabiliteit?
a) Bij liquiditeit gaat het alleen om aflossing van het kort vreemd vermogen, bij
solvabiliteit om aflossing van het totale vermogen.
b) Bij liquiditeit gaat het om op zich goedlopende bedrijven, bij solvabiliteit om
bedrijven in surseance van betaling of faillissement.
c) Bij liquiditeit spelen alleen de vlottende activa een rol, bij solvabiliteit tellen
voornamelijk de vaste activa.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sophiavern. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.71. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

48072 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$3.71  15x  sold
  • (1)
Add to cart
Added