100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting cursustekst vangoitsenhoven $11.66   Add to cart

Summary

samenvatting cursustekst vangoitsenhoven

 19 views  2 purchases
  • Course
  • Institution

dit is een volledige samenvatting van de cursustekst van professor vangoitsenhoven voor ziektemechanismen aan de ku Leuven, niet aangevuld met slides en notities want dit was voor dit onderdeel niet te kennen enkel de cursustekst was te kennen (in eerste hoofdstuk wel nog paar prenten uit de pow...

[Show more]

Preview 4 out of 69  pages

  • August 27, 2024
  • 69
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
Ziektemechanismen
Vangoitsenhoven
Inleiding



Situering van de discipline pathologische fysiologie
Situeert zich tussen de normale fysiologie & ziektenleer

ZIEKTENLEER: beschrijft systematisch (systeem per systeem of
orgaan per orgaan) alle gekende aandoeningen met hun etiologie,
pathogenese, symptomen diagnose, differentieel-diagnose,
evolutie, behandeling en prognose.
PATHOLOGISCHE FYSIOLOGIE: door steeds meer doorgedreven
kennis van normale fysiologie, normale biochemie, normale
celbiologie en aanverwante wetenschappen (anatomopathologie,
immunologie & microbiologie) en steeds verder geperfectioneerde
technieken een wetenschappelijke verklaring vinden voor de
empirische gegevens uit de ziektenleer

 Beiden vullen elkaar aan en grens is soms moeilijk af te lijnen

Wetenschappelijke benadering van verschijnsel ziekte, brengt problemen met zich mee:
- Verder gaan dan constateren van feiten: hypothesen en theorieën opbouwen  continu herdacht en
aangepast worden, overeenkomstig met nieuwe wetenschappelijke bevindingen
- Bij wetenschappelijke benadering van ziektefenomeen alle disciplines betrekken die potentieel
relevant zijn  multidisciplinaire aanpak
- Ziekte heeft steeds te maken met gehele organisme: slecht functionerend orgaan of systeem heeft
onvermijdelijk gevolgen op andere organen of systemen (dus zelden bepaald orgaan geïsoleerd
bekijken)
- Steeds sterk geïndividualiseerd uit, manifesteert zich op bepaald terrein
- Interesse gaat uit naar menselijke pathologie: mogelijkheid tot experimenteren om ethische en
praktische redenen sterk beperkt  gebruik van spontane experimenten ‘van de natuur’ of
teruggrijpen naar dierlijke modellen



Definities
Pathofysiologie  wetenschappelijke basis van het verschijnsel ‘ziekte’ verduidelijken
Ziekte: abnormale of pathologische activiteit (proces) van en in het organisme (term abnormaal/pathologisch
is vaag en in zeker mate rekbaar)

1. het begrip activiteit
stoornis van bepaalde activiteit  zekere evolutie
evolutie:
- acuut/chronisch
- leidt tot genezing/dood




1

, o genezing impliceert niet volledig herstel, kan
gepaard gaan met restverschijnselen (sequellen)
en zodanig leiden tot een vermindering van
beschikbare reserves van één of meerdere
organen of systemen  niet noodzakelijk
onmiddellijk klinisch manifest
o genezing: bereiken van een nieuw maar precair
evenwicht: vele chronische aandoeningen
verlopen in beginfase subklinisch  wanneer
reservers tot kritische drempel zijn verminderd
worden de onderliggende sequellen duidelijk

evolutie bepaald door 2 factoren:
- schadelijk agens: kan zeer uiteenlopend zijn
o fysische agentia: trauma, hitte, koude, radiatie
o chemische en biologische agentia: enzymes,
toxines  kunnen schade veroorzaken via
verschillende mechanismen: interferentie met
metabole pathways, schade aan membranen,
DNA schade (bv. proteïne denaturatie bij
extreme pH of temperatuur)
 chemisch:
 caustisch
 toxines, milieu
 genotsmiddelen, drugs, voeding
- terrein waarop agens inwerkt: resultaat van omgevingsfactoren en genetische constitutie
o genetische factoren
 mendeliaans: ‘1 gen’
 multifactorieel – polygenetisch
 ras
o epigenetica (ontwikkeling, omgevingsfactoren, veroudering, voeding)

natuurlijke evolutie van een ziekte in bepaald organisme kan beïnvloed worden door therapie
DOEL: evolutie in gunstige zin beïnvloeden
Kan gericht zijn op:
- indijken van het schadelijke agens: toedienen van aangepaste antibiotica, …
- ondersteunen van het terrein: voeding, vaccinatie, gentherapie,…
(therapie zou moeten steunen op een goed begrip van de pathologische fysiologie)

2. wat is pathologisch?
Sommige parameters: normale en pathologische populatie vertonen verschillende verdelingscurven die elkaar
niet of nauwelijk overlappen (aflijnen tussen de 2 is geen probleem)  parameters die zeer sterk door 1 enkele
factor worden gedetermineerd
- IQ bij kinderen met onbehandelde phenylketonurie < fout in 1 enkel gen coderend voor phenylalanine
hydorxylase




2

,Meeste parameters: multifactorieel beïnvloed (lichaamsgewicht, bloedsuikergehalte, cholesterol, diastolische
bloeddruk,…)  1 Gaussiaanse verdelingscurve waarbij er geen duidelijke scheiding merkbaar is tussen de
normale en de pathologische populatie
- Interpretatie van de waarden van de parameter is nodig
- Pathologisch: alle waarden die een negatief effect hebben op de levensexpectantie = mortaliteit
verhogen, maar ook waarden die een zekere morbiditeit meebrengen of die levenskwaliteit
verminderen zijn uiteraard als pathologisch te weerhouden
- Of een bepaald absoluut gemeten waarde effecten heeft op mortaliteit, morbiditeit en
levenskwaliteit: afhankelijk van genetische en omgevingsfactoren




huidige doodsoorzaken
soort ziekteprocessen waarmee we te maken hebben  in deze & afgelopen eeuw opmerkelijke evolutie
ondergaan

BEGIN 20e EEUW: acute vormen van pathologie (tuberculose, acuut gewrichtstrauma, polio, pokken,…) 
hoofdzakelijk verantwoordelijk voor belangrijk deel van (dikwijls vroegtijdige) mortaliteit

LAATSTE DECENNIA: chronische vormen van pathologie (atherosclerose, arteriële hypertensie, chronische
respiratoire pathologie , T2 diabetes, kanker, levercirrose,…)
- gemiddelde levensexpectantie parallel hiermee enorm toegenomen
o 1850: 47 jaar  2022: vr: 84j/ m: 79j



2.4 levensexpectantie
Gedurende anderhalve eeuw: toename van levensexpectantie met ongeveer 2.5 jaren per decade 
aanhouden trend: levensexpectantie is 100 jaar in 2060  wanneer is er vertraging van deze toename

toename: verbetering van omgevingscondities, zoals voeding en hygiëne & medische vooruitgang
- !! we blijven onder optimale omstandigheden onze reserves verliezen tot op een kritisch punt dat niet
langer leefbaar is = verouderen



veroudering
= progressieve, algemene afname eerst in functionele reserve en nadien in de functie van het organisme
- geen ziekte, maar risico om ziekte te ontwikkelen is toegenomen
- biochemische samenstelling van weefsels verandert met de leeftijd, fysiologische capaciteit vermindert
en mogelijkheid om in stresssituaties de homeostase te garanderen neemt af

1. meten van veroudering
Effect van veroudering  probleem: onderzoeker leeft minder lang dan zijn ‘onderzoekssubjecten’
(longitudinaal)
 alternatief: ‘cross-sectionele’ studie: groepen in bepaalde leeftijdscategorie onderzocht
- probleem: cohorten/groepen blootgesteld aan totaal verschillende omgeving (bv. verschil in
opleidingsmogelijkheden) & er kan reeds selectie opgetreden zijn
 momenteel nog geen gevalideerde biomerkers die veroudering kunnen detecteren



3

, 2. veroudering versus leeftijds-gebonden ziektes
Leeftijdsgebonden ziektes: ziektes die alleen op oudere leeftijd leiden tot morbiditeit en mortaliteit (hartlijden,
hersenbloeding en hersenischemie, type 2 diabetes, verschillende types van kanker, osteoporosis, Alzheimer,…)
- meestal chronische ziektes
- ziektes die niet inherent verbonden zijn aan het proces van veroudering!

3. Cellulaire en moleculaire oorzaken van veroudering
- elementen die rol spelen in bepalen van levensduur: omgevingsfactoren en gedrag (UV, roken,
voeding)
- levensduur in bepaalde families langer dan in andere
o tweelingsstudies: 30% van variatie in levensduur kan toegeschreven worden aan genetische
factoren
o familieleden van 100jarigen: significant hogere kans om zelf 100 jaar te worden in vergelijking
met personen uit dezelfde geboortegroep
o nakomelingen van langlevende personen hebben reeds verminderd mortaliteitsrisico op
middelbare leeftijd, terwijl echtgenoten (met zelfde omgevingsfactoren) dit niet hebben
o zeldzame genetische condities waarbij vroegtijdige veroudering (progeria) optreedt
(Hutchinson-Gilford progeria)

3 processen belangrijk in verouderingsproces:
1. schade door oxidatieve stress (of andere factoren)
2. inadequaat herstel van schade
3. ontregeling van celaantal
waarschijnlijk is langdurend onevenwicht tussen schade en herstel belangrijk element in veroudering
 tijdens ontwikkeling en groei wordt schade meestal hersteld, maar op volwassel leeftijd treedt er geleidelijk
een onevenwicht op ten nadele van herstel

3.1 schade aan macromoleculen

A. oxidatieve stress
ROS/reactieve oxygen species: moleculen zoals waterstofperoxide, hydroxylradikaal en
superoxide radikaal
 vrije radikalen: erg onstabiel & kunnen schade toebrengen aan belangrijke biologische
moleculen (eiwitten, lipiden en DNA)
 ROS: ook functie in bepaalde fysiologische processen: vorming van schildklierhormoon,
vernietiging van bacteriëen
 belangrijkste bron van ROS: verbruik van O2 in mitochondriale
electronentransportketen & daaraan gekoppelde productie van ATP
- productie van dergelijke radialen: inherent aan normale metabolisme!
 organisme heeft 2 mechanismen om zich daartegen te beschermen:
- antioxidatieve enzymes: bv. superoxide dismutase (SOD), catalase en glutathione
peroxidase
- antioxidantia: bv. vitamine A & C & E (niet-
enzymatische systemen)

 accumulatie van oxidatieve schade aan DNA, eiwitten en
lipiden interfereert met normale functie van deze
macromoleculen


4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller gnkstudent2003. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $11.66. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

81113 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$11.66  2x  sold
  • (0)
  Add to cart