Dit bestand bevat uitgebreide aantekeningen uit de onderwijsgroepen van het vak Onrechtmatige Daad en Schadevergoeding. Tevens vind je het antwoord van de casus. Alle relevante informatie t.a.v dit onderdeel voor het tentamen staat erin vermeld!
bijeenkomst 7 onrechtmatige daad en schadevergoeding
onrechtmatige daad en schadevergoeding
Written for
Maastricht University (UM)
Master Privaatrecht
Onrechtmatige Daad en Schadevergoeding
All documents for this subject (31)
1
review
By: studenthjo • 3 year ago
Seller
Follow
maastrichtuniversiteit1996
Reviews received
Content preview
Bijeenkomst 7 Verjaring
Verjaring:
We doen niks met de verkrijgende verjaring. Bijvoorbeeld de bezitter te goeder trouw kan op een
gegeven moment eigenaar worden (ex. art. 3:99 BW). We hebben het over de bevrijdende verjaring.
De verbintenis is het recht op een prestatie van de een waarvoor de ander verplicht is. Er zijn twee
kanten aan een verbintenis: actief en passief.
Actief = schuldeiser
Passief= schuldenaar
De kern van de verbintenis is dat je een vorderingsrecht hebt. De schuldenaar heeft een schuld. De
verordening mogelijkheid is dat je een rechtsvordering kunt instellen. Je kunt je vordering in rechten
afdwingen. Een rechtsvordering kan een schadevergoedingsactie zijn (3:296). Als het niet lukt, wordt
schadevergoeding toegewezen. Als de rechter dat doet, dan ben je aansprakelijk. In de executiefase
heb je een vonnis. De rechter zegt dat je aansprakelijk bent. Wordt het vonnis niet goedschiks wordt
nageleefd, dan kwaadschiks. Je hebt een verhaalsrecht / executierecht en de aansprakelijke persoon is
uitwinbaar. Een andere vraag is wie is draagplichtig. Meestal is de schuldenaar. Draagplichtig wil
zeggen dat jij het in je vermogen moet gaan voelen. Waar het hier om gaat, is dat bij bevrijdende
verjaring de rechtsvordering verjaart. De mogelijkheid dat jij de schadevergoedingsactie nog kan
instellen.
Wat gebeurd er door verjaring van de rechtsvordering?
Dan gaat de rechtsvordering teniet. Wat wel nog overblijft is een vorderingsrecht en een schuld. Dit is
een natuurlijke verbintenis en is niet meer in rechte afdwingbaar. De rechtsvordering is namelijk
teniet gegaan. Anders is het bij verval, hierbij gaat de vorderingsrecht zelf teniet. Bij verjaring gaat
de rechtsvordering teniet. Na verjaring blijft een natuurlijk verbintenis over. wat gebeurd er als de
schuld alsnog wordt voldaan. Als de schuld wordt voldaan betekent niet dat je ex onverschuldigde
betaling terug kunt vorderen.
Wij moeten kijken welke termijnen gelden. In principe is bevrijdende verjaring 306 van toepassing.
Dit artikel zegt dat het 20 jaar is, tenzij de wet anders bepaalt.
In heel veel gevallen bepaalt de wet ook anders. Denk aan 6:97 (verjaringstermijn is 3 of 10 jaar).
Een specifieke regel voor ons is artikel 310. Dit geldt voor rechtsvorderingen inzake
schadevergoeding en het betalen van een boetebeding. Het is contractueel als je dit hebt afgesproken.
Het moet worden gevorderd, anders houdt het op een gegeven moment op. Voor ons is
schadevergoeding relevant. Artikel 310 geeft voor die gevallen dus een termijn.
Artikel 310:
Lid 1: geeft twee termijnen (de dubbele termijn).
- Korte termijn: 5 jaar. Dit wordt ook wel de relatieve termijn genoemd. 5 jaar na bekendheid met
schade en de aansprakelijke persoon.
Welk arrest is voor de bekendheid relevant?
Saelman / Vu: het moet gaan om daadwerkelijke bekendheid. Je moet daadwerkelijk in staat zijn om
een rechtsvordering in te dienen. Je moet bekend zijn met de schade, maar soms ook met de oorzaak
zoals bij Saelman / Vu.
- lange termijn: 20 jaar. Dit wordt ook wel de absolute termijn genoemd. De rechtsvordering verjaart
sowieso na 20 jaar. De lange termijn gaat lopen vanaf de gebeurtenis waarna de schade is
veroorzaakt. Een aantal arresten gaat over een lange termijn, maar niet over deze termijn.
Lid 2: normaal gezien is de lange termijn 20 jaar, maar soms wordt de lange termijn langer gemaakt.
Dan is de termijn 30 jaar. Dit wordt in drie gevallen genoemd in lid 2. Dit gebeurt tijdens
milieuverontreiniging (lucht, water, bodem), verwezenlijking gevaar als bedoeld in art. 6:175 (denk
1
, aan asbest. Het kan gaan om asbest (gevaarlijke stof risico-aansprakelijkheid), maar dat hoeft niet de
grondslag te zijn voor de schadevergoeding. Het kan ook een werkgever zijn ex. art. 7:658), beweging
van de bodem (6:177 1b).
Voor ons is de tweede categorie van belang, omdat hieronder de asbestzaken vallen.
- lid 3: geeft een nadere invulling van lid 2. Hoe dan?
Dit zie je terug in het rode boek (337). Een plotseling optredend feit: dan begint termijn de dag erna
te lopen. Bij een voortdurend feit begint het termijn te lopen als het is afgelopen. Je moet daarbij
denken aan de blootstelling van asbest. Dus termijn begint te lopen als aan het feit een einde is
gekomen. Dat kan heel goed zijn het einde van een dienstverband.
Week 7
Bijeenkomst 7
Verjaring
Taak 10 Sluipende schade
Janssen is van 1958 tot 1964 op zijn werk blootgesteld aan asbest en het bedrijf waarvoor hij
werkte (de werkgever) is daarvoor aansprakelijk. Janssen was hiervan op de hoogte, maar is
zich in deze periode niet bewust geweest van de risico’s van asbest. In mei 1997 is bij Janssen
mesothelioom vastgesteld, waaraan hij in datzelfde jaar, eind september, is overleden.
Zijn particuliere ziektekostenverzekeraar, ZKV, heeft de kosten van medische begeleiding en
medicatie betaald en zoekt daarvoor verhaal op de werkgever. Na het opmaken van de
administratie wordt medio december 1997 een verhaalsprocedure gestart. De werkgever heeft
de aansprakelijkheid voor de asbestziekte niet betwist. Voorts deelt de werkgever mede een
nader onderzoek te zullen instellen naar de bekendheid met en de voorzorgsmaatregelen tegen
de gevaren van asbest in het bedrijf. Afgesproken wordt de resultaten daarvan af te wachten.
Ruim een jaar gaat voorbij zonder nadere berichtgeving. In maart 1999 meldt ZKV zich
opnieuw. Volgens de werkgever is de vordering tot schadevergoeding verjaard.
- 30 jaar na aan de blootstelling een einde is gekomen. De verjaringstermijn loopt af, dus hij kan nog
een vordering instellen in 1994. 1964 is dus het einde van de blootstelling en het termijn begint te
lopen als aan de blootstelling een einde is gekomen. Dit is funest voor Jansen, want de 5 jaarstermijn
is sowieso niet van toepassing. Hij komt na het verstrijken van een lange termijn erachter dat hij ziek
is. Het maakt dus niet uit dat hij bekend is geworden met de schade, dus hij zal geen rechtsvordering
hebben. Dit is nadelig, hij kon het niet weten. Daar heeft de Hoge Raad een mouw aan willen passen.
Uitzondering voor verlengen verjaringstermijn
Bij de korte termijn zijn er drie situaties geschetst. De redelijkheid en billijkheid staan er aan in de
weg dat de verjaringstermijn verloopt. dus onaanvaardbaar op grond van redelijkheid en
billijkheid ex. art. 6:2 lid 2.
1) het feit dat de schuldeiser de vordering niet heeft ingesteld is te wijten aan omstandigheden die
voor risico komen voor de schuldenaar. Dan is het onaanvaardbaar om de verjaringstermijn te laten
verlopen. Een belangrijk voorbeeld is in zaken van seksueel misbruik. Er zijn psychische klachten bij
het slachtoffer die te wijten zijn aan omstandigheden veroorzaakt door de schuldenaar. Dan is het
vreemd dat de schuldenaar een beroep kan doen op het verlopen van het termijn. Dit is de
belangrijkste van de drie gevallen bij de korte termijn. Tegenwoordig hebben we hier de R&B ook niet
nodig, juist omdat we Saelman / VU hebben. Dus pas als psychische klachten zijn opgelost ben je in
staat om een vordering in te stellen.
Lange termijn:
Er zijn een drietal arresten die gaan over blootstelling aan asbest. De Hoge Raad is ingegaan of het
onaanvaardbaar is op grond van 6:2 lid 2:
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maastrichtuniversiteit1996. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.18. You're not tied to anything after your purchase.