100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
SCHEIKUNDE 4+5 VWO TENTAMEN SAMENVATTING H4, H5, H7, H8, H9 CHEMIE OVERAL $7.45   Add to cart

Summary

SCHEIKUNDE 4+5 VWO TENTAMEN SAMENVATTING H4, H5, H7, H8, H9 CHEMIE OVERAL

 1 view  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

Een uitgebreide samenvatting voor het tentamen scheikunde van het boek chemie overal 4 vwo en 5 vwo

Preview 2 out of 9  pages

  • No
  • 4 5 7 8 9
  • August 28, 2024
  • 9
  • 2024/2025
  • Summary
  • Secondary school
  • 5
avatar-seller
Hoofdstuk 4 – Zouten en zoutoplossingen
Paragraaf 1
Ionen ontstaan doordat de atomen willen voldoen aan de octetregel, en daarom elektronen afstaan
of opnemen. Positieve en negatieve ionen trekken elkaar aan, waardoor er een ionbinding onstaat.
Er wordt een ionrooster gemaakt. Ionbindingen zijn over het algemeen sterker dan vanderwaals-
bindingen en waterstofbruggen. Daardoor is het smelt en kookpunt van zouten meestal hoger dan
dat van moleculaire stoffen.
Enkelvoudige ionen zijn ionen die uit één atoomsoort bestaan. Metaalatomen hebben positieve
elektrovalenties en komen als positieve ionen voor in een zout. Sommige metalen kunnen meer dan
een elektrovalentie hebben. Een tinion kan tin(ll) en tin(lV) zijn. Niet-metaalatomen hebben bijna
altijd negatieve elektrovalenties en komen als negatieve ionen voor in een zout. De naam van een
niet-metaalion ontstaat door –ide achter de naam van het atoom te zetten.
Samengestelde ionen zijn ionen die uit meer dan een atoomsoorten bestaan. De atomen waaruit een
samengesteld ion is opgebouwd zijn via atoombindingen aan elkaar gekoppeld.
Positieve samengestelde ionen:
Ammonium NH4+
Negatieve samengestelde ionen:
Acetaat CH3 COO- Permanganaat MnO4-
Carbonaat CO3 2-
Sulfaat SO42-
Fosfaat PO43- Sulfiet SO32-
Hydroxide OH- Thiosulfaat S2O32-
Nitraat NO3- Waterstofcarbonaat HCO3-

Nitriet NO2-
Als je weet uit welke ionen een bepaald zout bestaat, kun je de verhoudingsformule van dat zout
opstellen. Triviale namen zijn te vinden in Binas tabel 66A


Paragraaf 2
Als een stof oplost in water, wordt het molecuul omringd door watermoleculen. Als een zout oplost
in water, ontstaan er bindingen tussen de ionen en de watermoleculen. Omdat het gaat over een
binding tussen een ion en dipoolmoleculen, heten deze bindingen ion-dipoolbindingen. De ionen van
het zout zijn dan uit het ionrooster gehaald. Het omringen van ionen door watermoleculen noem je
hydratatie.
Van sommige zouten zijn de ionbindingen te sterk om de ionen uit elkaar te krijgen. In Binas tabel
45A kun je vinden of een zout goed, matig of slecht oplosbaar is.
Voor het oplossen van een zout kun je een oplosvergelijking opstellen. Water komt er niet in voor.
NaCl (s) -> Na+ (aq) + Cl- (aq)
Bij een indampvergelijking verdampt het water en blijven de ionen over, waardoor er weer een zout
ontstaat.
Na+ (aq) + Cl- (aq) -> NaCl (s)
Elk zout heeft een bepaalde oplosbaarheid. Als de maximale hoeveelheid zout in een vloeistof is
opgelost, noem je de oplossing verzadigd. Zo niet, dan is het onverzadigd. In Binas tabel 45B kun je
de oplosbaarheid van een aantal zouten in water vinden.
Sommige zouten reageren met water. Een negatief (zuurstof)ion bindt zich aan een positief
waterstofion. De reactievergelijking ziet er dan zo uit:
Na2O (s) + H2O (l) -> 2 Na+ (aq) + 2 OH- (aq)
Oplossingen van hydroxiden worden vaak met hun triviale namen aangeduid.

, natronloog kaliloog kalkwater barietwater
natriumhydroxide kaliumhydroxide calciumhydroxide bariumhydroxide


Paragraaf 3
Zouthydraten zijn zouten die watermoleculen kunnen opnemen in hun kristalrooster. Het water dat
in het kristalrooster wordt opgenomen, is kristalwater. Het opnemen van kristalwater is een
exotherm proces. De naam van een zouthydraat bestaat uit het zout en *nummer*hydraat erachter
aan. Voorbeeld: CaSO4 x 2H2O (s) = Calciumsulfaatdihydraat. De reactievergelijking zou zijn:
CaSO4 (s) + 2 H2O (l) -> CaSO4 x 2H2O (s)
Als je te veel water toevoegt, dan lossen de ionen uit het zouthydraat op in het water.
CaSO4 x 2 H2O (s) -> CaSO4 (s) + 2 H2O (l)

Paragraaf 4
Molariteit is de concentratie van een stof in een oplossing. Je kunt dit uitdrukken in mol per liter.
Molariteit = Hoeveelheid opgeloste stof (mol) /Volume oplossing (L)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller xTonka. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.45. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

73243 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.45
  • (0)
  Add to cart