Basisbegrippen van menselijke anatomie, weefselleer en celleer
Summary
Samenvatting menselijke anatomie
105 views 1 purchase
Course
Basisbegrippen van menselijke anatomie, weefselleer en celleer
Institution
Universiteit Gent (UGent)
Samenvatting van deel menselijke anatomie uit het vak basisbegrippen van menselijke anatomie, weefselleer en celleer - eerste bachelor logopedische en audiologische wetenschappen.
Basisbegrippen van menselijke anatomie, weefselleer en celleer
All documents for this subject (5)
Seller
Follow
logopediste
Reviews received
Content preview
Basisbegrippen van de menselijke anatomie
Inleidende begrippen van menselijke anatomie
Bestudeert kenmerken van het menselijk lichaam met het blote oog zichtbaar:
-Uitwendige/oppervlakkige anatomie
-Regionale/topografische anatomie
-Systematische anatomie
Anatomische positie = houding mens waarop we de anatomie bestuderen . Recht, handen naast
lichaam en handpalmen ventraal en voeten evenwijdig in saggitale vlak naast elkaar.
,Anatomische doorsnedes, 3 primaire:
-Transversale vlak = loodrecht op cranio-caudale as, verdeelt lichaam in boven & onder
-Frontale vlak/coronale vlak = loodrecht dorso-ventrale as, ventraal en dorsaal deel
-Saggitale vlak = loodrecht latero-laterale as, linker en rechter helft.
Midsaggitale = mediane vlak
Mediaal = naar het midden toe
Lateraal = naar zijkant
Superior = aan bovenzijde
Inferior = aan onderzijde
Anterior = aan voorzijde = buikzijde
Rostraal = zijde hoofd
Posterior = achterzijde = rugzijde
Ventraal = buikzijde
Dorsaal = rugzijde
Caudaal = ‘staart’ zijde = inferior
Cranial = schedelzijde = superior
Proximaal = dichtbij t.o.v. referentiepunt
Distaal = verder weg van referentiepunt
Centraal = in omgeving van of in midden
Perifeer = naar de buitenkant toe of aan oppervlak
Extern = naar buitenkant
Intern = naar binnenkant
Ulnair = naar kant ellepijp
Radiaal = naar kant spaakbeen
Tibiaal = kant scheenbeen
Fibulair = kant kuitbeen
Palmair = kant handpalm
Plantair = kant voetzool
Lichaamsholten of caviteiten (body cavities):
-Dorsale = hersenen en ruggenmerg. Cavitas craniale & spinale in schedel en wervelkolom
-Ventrale = 2 delen: thoracale en abdominale. Afgegrensd door fijn sereus membraan. Deel
op organen = viscerale serosa, deel niet = pariëtale serosa
Reeks kleinere:
-Orale caviteit
-Digestieve caviteit (slokdarm tot rectum)
-Nasale & sinusale caviteit (neusholte en bijneusholten)
-Orbitale caviteit (oogkas)
-Middenoor caviteit
-Synoviale caviteit (in de gewrichten- geen contact met buitenwereld)
-Vesicale caviteit (blaas)
-Uterine/vaginale caviteit
1. Klinische anatomie, klinisch onderzoek, beeldvorming en chirurgisch
onderzoek
Beeldvormende technieken :
2
, -Niet-invasief
-Minimaal invasief
-Invasief
1.1. Niet invasief onderzoek beeldvormend anatomisch onderzoek
1.1.1. Conventionele radiologie (X-stralen)
Contraststoffen voor bloedvaten —> angiografie
Nadelen:
-Beeldvorming weke delen matige kwaliteit <—> prima kwaliteit bij botten
-Beelden twee dimensioneel —> foto’s in verschillende richtingen nemen
Functionele beeldvorming met contraststof kan ook —> seriële foto’s met slikfunctie-test
1.1.2. Computed axial tomography of CT-scan
Beeldvorming = primair axiaal = reeks plaatjes volgens craniocaudale as
Zeer gedetailleerd ook bij weke delen
Contraststof veel gebruikt
Bloedvaten bestudeerd = CT-angiografie
1.1.3. Magnetische resonantie (imaging) of MRI-scan
Geen X-stralen
Onderscheidt weefsels op basis waterinhoud
1.1.4. Nucleair geneeskundige beeld-technieken: PET en SPECT
1.1.5. Echografie of ultrasonografie
1.2. Minimaal invasie onderzoek: endoscopie
Endoscopie = arts met kijk-instrument inwendig onderzoek verricht
1.3. Invasief onderzoek
2. Algemene anatomie van de orgaansystemen
2.1. Huid (integument)
Huid = jas voor organisme, waterdicht, uitrekbaar, afwasbaar en zelf-herstellend
Bedekt hele lichaam
Functie:
-Beschermt tegen chemische, microbiologische en fysische agressie
-Helpt homeostase in stand te houden
-Bevat veel sensoriële zenuwen
-Metabole functies
Bestaat uit 2 lagen:
-Epidermis = buitenste laag, bestaat uit epitheelcellen
-Dermis = ligt net onder epidermis, voornamelijk bindweefsel
Hypodermis = subcutane weefsel, behoort niet tot huid maar tot bedekkende vliezen (fasciae).
Bestaat voornamelijk uit onderhuids vetweefsel
Huidkleur bepaald door pigmenten: melanine, caroteen en hemoglobine
Melanocyt = cel die melanine aanmaakt
Caroteen = oranje en accumuleert in vet hypodermis + vitamine a voor zicht
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller logopediste. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.22. You're not tied to anything after your purchase.