100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
zezi volledige samenvatting $22.30   Add to cart

Summary

zezi volledige samenvatting

 49 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

beste samenvatting voor neurologie

Preview 4 out of 105  pages

  • August 31, 2024
  • 105
  • 2024/2025
  • Summary
avatar-seller
HOOFDSTUK 3: FYSIOLOGIE VAN NEUROTRANSMITTERS EN HUN RECEPTOREN

NEUROTRANSMITTERS, RECEPTOREN EN HUN EFFECTEN
o Acetylcholine
 Postganglionaire neurotransmitter van PS ZS
 Nicotine R: ionotroop
 Muscariene-R: metabotroop
 Nucleus basalis meynert (RAS)  neocortex, hypocampus en amygdala
 Thv dorsale tegmentum ook een belangrijke cholinerge nucleus  thalamus
o Amine-neurotransmitters
 Catecholaminen:
 Adrenaline
 Vnl functie buiten de hersenen
 Noradrenaline
 Afgebroken door MAO en COMT
 Locus ceruleus : alertheid bij onverwachte prikkels
 Vnl naar g. cingulum
 pontine
 Lateraal tegmentaal systeem: regulatie hypofysaire hormonen: stemming en
gemoedstoestand
 Dorsale motor nucleus n. X
 Nucleus van tractus solitarius
 Alfa1 en 2 en beta 1 en 2 receptoren
 Alfa 1: postsynaptisch
 Alfa 2: presynaptsich= autorecpetoren
 Beta 1: verhoogt alertheid door noradrenerge locus ceruleus verhoogt
exciteerbaarheid door sluiten van K+ ca2+ kanalen
 Effect op gemoed en stemming
 Tyrosine  dopa  dopamine  noradrenaline  epinerfrine
 Dopamine
 D1-receptorfamilie: activatie Ca2+ signaal + vorming IP3  camp conc stijgt
 D2-receptorfamilie: onderdrukt Ca2+ signaal + k+ stroom  camp conc zal dalen
(amf en cocaine)
 Executeive functie in PFC (cogn controle over gedrag, planning en beslissingen,
gedragskeuzes, bijsturen van gedrag
 Hypofyse: inhibitie van prolactine en dus lactatie
 Mediale PFC
 Dorsaolaterale PFC
 Orbitofrontale en ventromediale PFC
 Projectiesystemen
 Mesolimbisch
 Mesocorticale
 nigrostriataal
 Ventraal teg area  nucleus accumbens
 Ziekte van Parkinson

,  Depletie van dopamine in nigrostriatale systeem
 Schizofrenie
 Verstoorde reactiviteit thv meoslimbisch en mesocorticaal systeem
 D2-R antagonisten: antipsychotische farmaca
 Belongingssysteem en verslavingsgedrag
 VTA  nuc accumbens
 Rookverslaving: activatie dr nicotinereceptoren
 Alcohol: presynaptische GABA -R (inhibitie)
 Opiaten: mu-R op GABA-erge interneuronen disinhibitie
 Canabinoiden:inhibitie v GABA-erge neuronen  i nuc accumbens-neuronen
 Andere voorbeelden van verstoorde dopaminerge neurotransmissie
 ADHD: gedaalde DA-ntsie (D4 en DAT-R)
 Novelty-seeking: toegenomen DA-ntsie (D2-R minder)
 Monoaminen (pre- post- en extra- synaptsiche receptoren):
 Serotonine
 Tryptofaan  serotonine (5HT) ( melatonine)
 5HT  5HIAA  CSV of urine
 Afbraak via MAO
 Depressie: lage 5HIAA conc
 Nucleus van raphe
 Pontine formatio reticulair
 Onderdrukt REM-slaap
 Histamine
 Histidine  histamine  afbraak door MAO
 Nucleus tuberomammillaris
 Posterior hypothalamus
 H1: PLC activatie (antagonist bij hooikoorts)
 H2: activatie AC
 H3 en H4: inhibitie AC (3 = autoreceptor)
 Orexines uit lat hypothalamus versterken arrousal response
o Aminozuurneurotransmitters
 Glutamaat en aspartaat
 Meest wijdverspeide excitatorische neurotransmitter in het centraal zenuwstelsel
 Alfa ketoglutaraat  transaminatie: glutamaat  glutamaat decarbox: GABA
 Oxaalacetaat  transaminatie: aspartaat
 EAAT: excitatorische AZ transporter
 EAAT1/2: op gliale cellen/ astrocyten (reuptake: glutamaat  glutamine dr
glutamine synthase)
 EAAT3: post- en presynaptisch
 Ionotrope en metabotrope glutamaat receptoren
 Kaïnaat-, AMPA- en NMDA-receptorkanelen = ionotroop
 Non-NMDA-R (kaïnaat en AMPA)
 K+ uit en Na+ in
 EPSP: excitatorische postsynaptische potentiaal
 AMPA-I: CNQX
 Ampakines: positieve modulatoren en openen AMPA-R

,  AMPA: GluR 1-4
o Als GluR2: subunit afwezig  Ca2+ permeabel
 NMDA-R
 2 NR1-subunties + 2 NR2A en D subunits
 Na+, K+ en Ca2+
 Glutamaat + depolarisatie  kanaalopening
 Depolarisatie zorgt ervoor dat Mg2+ naar buiten gaat
 D-serine bindt op glycine bp  openhouden van kanaal
 Kanaalblokkers: ketamine fenylcydine, MK801
 NMDA-I: memantine en riluzole (ZvA)
 NMDA-I: Amantadine ( ziekte van parkinson)
 mGLURx = metabotroop
 Excitotoxiciteit
 Ongecontroleerde loslating van glutamaat
 Glutamaat concentratie in synaps stijgt  co-activatie van AMPA EN NMDA 
depolarisatie  verwijdering van Mg2+ blok v NMDA-R
 Ca 2+ stroomt naar binnen
 activatie spanningsgevoelige Ca 2+ kanalen
 neurale Ca 2+ overload
 verstoorde celfunctie door activatie ≠ systemen
 Ca2+ gevoelige proteasen, endonucleasen en lipasen activatie
o Single strand breaks, breking van DNA
o  PARP activatie (herstelmechanisme)
o  veel gebruik ATP en NAD+
o  energiecatastrofe  stop Na/K pomp  neurale celdood
o K+ vrijstelling  verdere depolarisatie
o  Mg2+ blok van NMDA -kanalen weg  influx van Ca2+
 Ornithine-decarboxylase activate
 PLA2 activatie: arachidonzuurmetabolisme
 Calpain: xanthineoxidase
o ROS + NO  RNS
 Neuronaal NOS
 opgevangen door mitochondrien
 overactivatie mitochondriale metabolisme + ROS/RNS
 activatie apoptotische cascade door opening mPTP
 ROS/RNS zorgen voor directe membraanschade => necrose
 Glutamaat-glutamine cycling en koppeling daarvan aan een neurale energiemetabolisme
 Synaptische glutamaat wordt opgenomen in astrocyten door EAAT ½ samen met
3Na+ (de Na+ naar buiten gepompt door Na+/K+-ATPase) kost 1 ATP
 In astrocyten: glucose  lactaat
 Lactaat  neuronen via MCTs
 Glucose  neuronen via GLUT-3
 Neurometabole koppeling: hoe meer glutamaat er w vrijgesteld, meer ATP geprod
in astrocyten en neuronen
 Energiemetabolisme bij hersenactivatie: sprint: tekort aan zuurstof en vorming
melkzuur

,  Metabolisme van DMN: marathon: continue voorziening van zuurstof voor aëroob
glucose metabolisme
 Neurovasculairekoppeling: toenamein hersendoorbloeding door toegenomen
hersenactiviteit, arteriole vasodilatatie bij sporten
 Neurobarriere koppeling: neurale activiteit en transport glucose
 GABA
 Inhibitorische neurotransmitter van CZS
 Glutamaterg:
 Pyramidal
 Spiny non – pyramidal
 Vnl projectieneuronen
 Gaba-erg
 Chandelier
 Basket
 Vnl interneuronen
 Glutamaat  GABA door decarboxylatie
 Wordt uit synaptische spleet verwijderd door reuptake in astrocyten
 GABAA-R
o Ionotroop
o Agonist: muscinol
o Antagonist: bicuculline (convulsies)
o Cl-ionen  IPSP
o Bp voor benzodiazepinen: anxiolytisch, sedatief, slaapinducerend,
spierrelaxerend, anticonvulsief en anti-epilleptisch
o Bp voor barbituraten, steroiden, anesthteica, ethanol en
picrotoxine
o  laatste twee verhogen de open probabiliteit van het kanaal en
daardoor de amplitude van IPSP
 GABAB-R
o Metabotroop
o Inhiberen AC
o Activatie: openen K+ en sluiten Ca2+  IPSP
o Agonist: baclofan, I bij binding op GABAB-R presynaptisch
onderdrukking excotcytose –X vermindering spierspacticiteit
 Gaba-erge neuronen
 Feedback inhibitie
o Temporele inhibitie
o Glutamaterg neuron exciteert gaba-erg interneuron deze
inhibeert glutamaterg neuron
 Surround inhibitie = laterale inhibitie
o Spatiale inhibitie
o Zelfde maar gaba-erge interneuron zal nabijgelegen glutamaterge
neuronen inhiberen
 Verstoord bij convulsies en epilepsie
o Ongecontroleerde elektrische prikkels

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sabamahmood. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $22.30. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$22.30
  • (0)
  Add to cart