Antwoorden Hoofdstuk 2 Financieel 2
1 Wat is het verschil tussen brutowinst en bedrijfsresultaat?
Brutowinst min alle kosten is het bedrijfsresultaat.
2 Wat is het verschil tussen bedrijfsresultaat en nettowinst?
Bedrijfsresultaat min interestkosten is de nettowinst.
3 Hoe bereken je in het algemeen de nettowinst? Geef het schema.
Omzet €
Inkoopwaarde omzet € –
= Brutowinst €
Kosten € –
= Bedrijfsresultaat €
Interestkosten € –
= Nettowinst €
4 Van een onderneming zijn de volgende gegevens bekend:
XX Consumentenomzet, inclusief 21% btw € 297.418
XX Inkoopwaarde van de omzet € 95.000
XX Personeelskosten € 48.000
XX Huisvestingskosten € 28.000
XX Verkoopkosten € 20.000
XX Afschrijvingskosten € 15.000
XX Interestkosten € 5.000
Bereken de nettowinst.
Omzet € 245.800 (297.418:1,21)
Inkoopwaarde omzet € 95.000 –
Brutowinst € 150.800
Kosten:
Personeelskosten € 48.000
Huisvestingskosten € 28.000
Verkoopkosten € 20.000
Afschrijvingskosten € 15.000 +
Totaal kosten € 111.000 –
Bedrijfsresultaat € 39.800
Interestkosten € 5.000 –
Nettowinst € 34.800
5a Wat is omzet?
Omzet is de verkoopwaarde van de verkochte goederen.
b Wat is de inkoopwaarde van de omzet?
De inkoopwaarde van de omzet is de inkoopprijs van de verkochte goederen ×
het
aantal.
6 De consumentenomzet bedraagt € 928.200. Hiervan is twee derde deel
inclusief 21% btw en een derde deel inclusief 6% btw.
a Bereken de btw.
2/3 × € 928.200 × 21 ÷ 121 = € 107.395,04
1/3 × € 928.200 × 6 ÷ 106 = € 17.513,21 +
Btw € 124.908,25
b Bereken de omzet.
€ 928.200 − € 124.908,25 = € 803.291,75
of
2/3 × € 928.200 ÷ 1,21 = € 511.404,96
1/3 × € 928.200 ÷ 1,06 = € 291.886,79 +
omzet € 803.291,75
c Maak een controleberekening door van de omzet de btw te berekenen.
21% × € 511.404,96 = € 107.395,04
, 6% × € 291.886,79 = € 17.513,21 +
Btw € 124.908,25
7 Een winkelier heeft alleen contante verkopen. De verwachte
consumentenomzetten
inclusief 6% omzetbelasting voor de komende periode zijn:
XX April € 31.800
XX Mei € 22.260
XX Juni € 23.320
De omzet van de inkoopwaarde bedraagt 62% van de omzet.
Welke bedragen staan er op de exploitatiebegroting bij de brutowinst
van april, mei en juni?
Exploitatiebegroting (deel)
Maand April Mei Juni
Omzet € 30.000 € 21.000 € 22.000
Inkoopwaarde omzet € 18.600 € 13.020 € 13.640
Brutowinst € 11.400 € 7.980 € 8.360
Toelichting
XX De omzet van april is € 36.300 ÷ 1,06 = € 30.000.
XX De inkoopwaarde van de omzet van april is 62% × € 30.000 = € 18.600.
8 Een onderneming heeft alleen verkopen op rekening. De verwachte
omzetten voor de komende periode exclusief 21% omzetbelasting zijn:
XX Maart € 18.000
XX April € 20.000
XX Mei € 12.000
XX Juni € 14.000
XX Juli € 15.000
De afnemers krijgen van deze onderneming een halve maand krediet. De
inkoopwaarde van de omzet bedraagt 50% van de omzet.
Welke bedragen staan er op de exploitatiebegroting bij de brutowinst
van april, mei en juni?
Exploitatiebegroting (deel)
Maand April Mei Juni
Omzet € 20.000 € 12.000 € 14.000
Inkoopwaarde omzet € 10.000 € 6.000 € 7.000
Brutowinst € 10.000 € 6.000 € 7.000
9 Een onderneming heeft zowel contante verkopen als verkopen op rekening.
De verwachte omzetten, exclusief 6% omzetbelasting, voor de
komende periode zijn:
XX Maart € 38.000
XX April € 40.000
XX Mei € 31.000
XX Juni € 32.000
XX Juli € 27.000
Van de omzet is steeds 20% op rekening. De afnemers krijgen een maand
krediet.
De inkoopwaarde van de omzet is 55% van de omzet.
Welke bedragen staan er op de exploitatiebegroting bij de brutowinst
van april, mei en juni?
Exploitatiebegroting (deel)
Maand April Mei Juni
Omzet € 40.000 € 31.000 € 32.000
Inkoopwaarde omzet € 22.000 € 17.050 € 17.600
Brutowinst € 18.000 € 13.950 € 14.400
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller seaax. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.60. You're not tied to anything after your purchase.