Dit is een samenvatting voor de literatuur verplicht voor Module 5 (college 8) van het vak Forensische Psychopathologie van de Master Klinische Forensische Psychologie. Deze samenvatting is ook te vinden als voordelige bundel met alle literatuur!
Literatuur module 5
Tuente, Bogaerts & Veling (2019). Hostile attribution bias and aggression in adults: systematic review
Menselijke agressie is elk verbaal of fysiek gedrag gericht op een ander persoon met de intentie iemand pijn
te doen. Agressie veroorzaakt niet alleen fysiek letsel, maar ook mentale en materiële schade. Menselijke
agressie kan leiden tot serieuze sociale, emotionele en economische gevolgen. De oorzaken en
mechanismen van agressie zijn complex en multi-dimensioneel. Individuen die negatieve ervaringen hebben
meegemaakt in de kindertijd en adolescentie zijn waarschijnlijker om een ambigue actie van een ander als
hostiel, dreigend en gericht tegen henzelf te zien, beïnvloed door een persistent patroon van hypervigilantie
tot dreiging en hostiele attributie van bedoeling. Hostile Attribution Bias (HAB) is een neiging om gedrag
van anderen als hostiele intenties te interpreteren, met name wanneer sociale context cues ambigu of
onvoorspelbaar en moeilijk om te interpreteren zijn. Volgens sociale informatieverwerkingstheorieën kan
HAB opkomen wanneer negatieve cognitieve schema’s en ervaringen geactiveerd worden omdat huidige
negatieve gebeurtenissen onbewuste of bewuste associaties met eerdere gebeurtenissen uitlok.
Het Social Information Processing (SIP) model stelt dat iemands reactie tot een (waargenomen) provocatie
of dreiging niet enkel afhangt van objectieve sociale cues, maar ook sterk beïnvloed wordt door de manier
waarop sociale informatie verwerkt wordt. Het verwerken van sociale informatie vindt systematisch plaats:
1. Coderen van cues;
2. Interpreteren van deze cues;
3. Verduidelijking van een doel
4. Response generatie
5. Response selectie en effect evaluatie
6. Gedrag
Stap 1 en 2 worden ook vroege sociale informatieverwerking genoemd. Er wordt gesteld dat deze stappen
reactief agressief gedrag veroorzaken, vanwege misinterpretatie van een onduidelijke en ambigue situatie,
die gedachtes en gevoelens van dreiging uitlokt. HAB is een belangrijk component in deze fase. Alle stappen
in het cyclisch proces worden sterk beïnvloed door een ‘database’ bestaande uit herinneren, sociale kennis,
en cognitieve schema’s van anderen, situatie en henzelf.
Onderzoek naar de rol van sociaal-cognitie in gewelddadige misdaad is schaars. In een meta-analyse naar
de associatie tussen agressie en HAB in kinderen en adolescenten, is een significante associatie gevonden.
Biased attributie van hoge levels van hostiliteit handelt als een belangrijk element in de etiologie en behoud
van agressief gedrag, en is ook gelinkt aan een algemeen perspectief waarin hostiliteit een centrale rol speelt
in sociale interacties. De huidige studie presenteert een systematische review van bestaande literatuur naar
de associatie tussen HAB en agressie in volwassenen.
• Hypothese 1: HAB is geassocieerd met agressie in volwassenen.
• Hypothese 2: de associatie tussen HAB en agressie is sterker in groepen met hogere levels van agressie
(bv. forensische patiënten) dan in community samples of studenten groepen.
1
, Methode
In de huidige studie refereert agressie alleen naar gedrag en niet naar een emotie (bv. boosheid) of een
cognitie (bv. hostiliteit). Binnen een sociale context is hostiliteit het cognitieve component van agressief
gedrag en boosheid het emotionele component. Boosheid en hostiliteit kunnen ook agressief gedrag
activeren, maar hoeven niet per se agressief uitgedrukt worden. HAB hangt af van de sociale context en
ambiguïteit van situaties; hiervoor zijn studies met geïsoleerde stimuli van woorden of gezichtsuitdrukking
niet meegenomen. In de huidige review zijn studies meegenomen met (a) volwassen participanten; (b)
agressie meting en (c) een hostiele attributie meting met een sociale situatie die, in ieder geval gedeeltelijk,
een ambigue bedoeling heeft.
Resultaten
Er zijn 25 studies meegenomen in de review. Maar 1 studie was van lage kwaliteit, waar de rest moderate of
hoge kwaliteit had. In totaal namen er 9081 individuen deel aan de studie (algemene populatie, studenten,
misdadigers, forensische patiënten en andere patiënten). Sommige studies gebruikten enkel ambigue
sociale situaties, waar anderen een mix gebruikten tussen goedaardige, kwaadaardige en ambigue
scenario’s.
Hypothese 1: associatie tussen HAB en agressie
HAB en zelf-gerapporteerde agressie
Er waren 20 studies die een positieve associatie vonden tussen HAB en volwassen agressief gedrag. 15
studies gebruikten de Buss-Perry Aggression Questionnaire (BPAQ) welke ingaat op fysieke en verbale
agressie, hostiliteit en boosheid. De sterkste correlatie tussen HAB en BPAQ-totaalscore was 0.52 in
patiënten met moderaat tot ernstig TBI. Attributies van hostiliteit waren significant geassocieerd met hogere
trait associatie. In een andere studie met mannelijke collegestudenten waren hoge levels van agressie
significant geassocieerd met grotere HAB. Een Nederlandse studie met afbeeldingsstimuli vonden dat erg
agressieve studies meer hostiele attributie toeschreven aan ambigue afbeeldingen dan hun lage fysieke
agressie tegenpolen. Van de 15 waren er 3 die met de BPAQ geen positieve associatie vonden. Een studie
met de Buss-Durkee Hostility Inventory (BDHI) vond in een studenten populatie een sterk patroon van
significante associaties tussen HAB en zelf-gerapporteerde agressie. Dit was significant is zowel ambigue,
hostiele, als goedaardige (minder sterk) situaties. Er waren ook studies die andere metingen gebruikten. Een
van de studies keek naar actieve response (bv. slaan) en passieve response (bv. weglopen) als uitkomst
meting. Deze vond geen significante associatie tussen HAB en toename van actieve response, wat tegen de
hypothese is.
HAB en (geschiedenis van) daadwerkelijk agressief gedrag
Sommige studies gebruikten de Lifetime History of Aggression Questionnaire (LHA). Een studie met de
algemene populatie toonde dat HAB significant positief geassocieerd was met algemene agressie gemeten
met de LHA. Een andere studie vond dat HAB positief bijdroeg aan de voorspelling van agressie gemeten
door de LHA. In een andere studie was alleen spontane hostiele interferenties positief geassocieerd met
agressief gedrag. Er was geen positieve associatie tussen daadwerkelijk agressief gedrag en spontane
hostiele overdracht. Twee studies met individuen met intellectuele beperkingen (ID) gebruikte de Checklist
of Challenging Behavior welke tegenstrijdige resultaten vonden. Al met al zijn er gemengde resultaten met
betrekking tot geschiedenis van daadwerkelijk agressief gedrag en HAB in volwassenen.
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller karoliengarritsen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.85. You're not tied to anything after your purchase.