EXAM QUESTIONS – NEDERLANDS
Our approach to bioethics
1. Wat wordt bedoeld met een ‘ethico-onto-epistemologie’?
Ethico-onto-epistemologie vertegenwoordigt een innovatieve benadering die ethiek,
ontologie en epistemologie met elkaar verweeft om complexe ethische kwesties aan te
pakken, met name op het gebied van biologie, biochemie en biogeneeskunde. Terwijl
conventionele opvattingen over ethiek zich vaak richten op procedurele zaken zoals
regelgeving en toestemmingsformulieren, gaat deze benadering dieper in op filosofische
vragen over aanvaardbare schade, het evenwicht tussen belangen tussen mensen en niet-
menselijke dieren, en de onderliggende aannames die wetenschappelijk onderzoek sturen.
Interdisciplinaire aard van de bio-ethiek
Bio-ethiek, zoals benadrukt door filosoof Onora O’Neill, fungeert als een convergentiepunt
voor verschillende disciplines en organisaties die worstelen met ethische, juridische en
sociale uitdagingen die voortkomen uit de vooruitgang in de geneeskunde, de wetenschap
en de biotechnologie. Dit interdisciplinaire karakter reikt verder dan de dialoog tussen ethici
en wetenschappers en omvat betrokkenheid bij andere takken van de filosofie, zoals
metafysica, epistemologie en politieke filosofie. Deze holistische benadering erkent de
onderlinge verbanden tussen ethische, ontologische en epistemologische onderzoeken bij
het aanpakken van praktische dilemma's in de levenswetenschappen.
Traditionele filosofische verdeeldheid uitdagen
De traditionele indeling van de filosofie in theoretische en praktische disciplines wordt in
twijfel getrokken binnen de context van ethico-onto-epistemologie. Terwijl de theoretische
filosofie fundamentele vragen stelt over wat mensen zijn, wat de wereld is en wat het
universum is, verdiept de praktische filosofie zich in ethische, politieke en sociale kwesties.
De grenzen tussen deze disciplines vervagen echter bij het beschouwen van de bio-ethiek,
waarbij samenwerking met wetenschapsfilosofen, metaethici en politicologen noodzakelijk
is. Deze integratie onderstreept het intrinsieke verband tussen ontologische,
epistemologische en ethische dimensies van onderzoek.
Ontologie: het conceptualiseren van de werkelijkheid
Ontologie speelt een cruciale rol in ethico-onto-epistemologie door het aanzetten tot kritisch
onderzoek van fundamentele concepten in wetenschappelijk onderzoek. Vragen over de aard
van ziekten roepen fundamentele ontologische vragen op over definities, causaliteit en
maatschappelijke percepties. Door deze concepten onder de loep te nemen, kunnen
onderzoekers de implicaties van hun werk beter begrijpen en wetenschappelijke bevindingen
effectief communiceren.
Epistemologie en wetenschapsfilosofie
De wetenschapsfilosofie omvat kritische reflectie op de aard van wetenschappelijk
onderzoek, inclusief vragen over wat wetenschappelijke kennis inhoudt en hoe
wetenschappelijke vooruitgang plaatsvindt. Wetenschapsfilosofen, zoals Thomas Kuhn,
betwisten het idee van lineaire vooruitgang in de wetenschap en pleiten in plaats daarvan
voor paradigmaverschuivingen die het wetenschappelijke begrip fundamenteel veranderen.
,Bovendien benadrukken feministische filosofen de invloed van sociale en politieke factoren
op wetenschappelijk onderzoek, waarbij ze het belang benadrukken van diverse
perspectieven bij het vormgeven van wetenschappelijke kennis. In essentie wordt
wetenschappelijk onderzoek beïnvloed door zowel interne als externe factoren, waaronder
sociale identiteit en culturele waarden. Het erkennen van de subjectieve aard van de
wetenschappelijke praktijk onderstreept het belang van diversiteit en inclusiviteit in
wetenschappelijke gemeenschappen, aangezien diverse perspectieven kunnen leiden tot een
uitgebreider en objectiever begrip.
Ethiek
Ethiek, zoals uiteengezet door Aristoteles en Socrates, concentreert zich op de fundamentele
vraag hoe men zou moeten leven, waarbij concepten van goed en kwaad, morele normen,
het goede leven en sociale rechtvaardigheid worden onderzocht. Tegenwoordig omvat ethiek
vooral de studie van fundamentele principes die ten grondslag liggen aan normen en
waarden, waardoor het synoniem is geworden met moraalfilosofie. Het omvat beschrijvende
ethiek, die moraliteit onderzoekt door middel van sociale wetenschappen en psychologie, en
metaethiek, die zich verdiept in de aard van moreel gedrag en de oorsprong ervan.
Bovendien omvat ethiek normatieve takken: algemene normatieve ethiek, die goed en slecht
gedrag evalueert en morele principes probeert vast te stellen, en toegepaste ethiek, die
specifieke morele dilemma's aanpakt binnen verschillende contexten, zoals bedrijfsethiek,
media-ethiek en bio-ethiek.
Geïnspireerd door Karen Barads concept van ethico-onto-epistemologie, integreert deze
benadering ethische, ontologische en epistemologische perspectieven. Het erkent dat vragen
over de aard van de werkelijkheid (ontologie) en hoe we dingen weten (epistemologie) diep
verweven zijn met ethische overwegingen. Door deze perspectieven te combineren kan de
bio-ethiek de complexe ethische kwesties die zich voordoen in de wetenschap en de
geneeskunde effectiever aanpakken, waardoor een alomvattend en genuanceerd begrip van
bio-ethische uitdagingen wordt gewaarborgd.
2. Wat is moreel relativisme? Hoe verhoudt dit zich tot moreel pluralisme en moreel
monisme?
Moreel relativisme stelt dat morele oordelen relatief zijn aan bepaalde culturen,
samenlevingen of individuen, en niet universeel toepasbaar zijn. Voorstanders van moreel
relativisme beweren dat verschillende gemeenschappen verschillende morele codes hebben
die bepalen wat binnen die gemeenschappen als goed of fout wordt beschouwd. Dit
perspectief daagt het idee van één enkele, objectieve moraliteitsnorm uit en benadrukt het
belang van de culturele context bij het vormgeven van ethische normen en waarden. Moreel
relativisme roept echter ook vragen op over de mogelijkheid van morele vooruitgang en de
universaliteit van bepaalde morele principes.
Critici van het moreel relativisme beweren dat het kan leiden tot moreel scepticisme en het
vermogen kan belemmeren om schadelijke praktijken in andere culturen te bekritiseren. Ze
beweren dat hoewel er culturele verschillen bestaan, sommige morele waarden universeel of
transcultureel kunnen zijn, wat een basis biedt voor het maken van interculturele morele
oordelen. Bovendien suggereert het onderscheid tussen culturele praktijken en
onderliggende morele waarden dat, hoewel specifiek gedrag kan variëren, er
, gemeenschappelijke morele principes kunnen zijn die ten grondslag liggen aan menselijk
gedrag in verschillende culturen.
In tegenstelling tot moreel relativisme erkent moreel pluralisme de diversiteit van morele
perspectieven en erkent het dat geen enkele morele theorie of traditie alomvattende
antwoorden kan bieden op alle ethische vragen. In plaats daarvan pleit moreel pluralisme
voor het integreren van inzichten uit verschillende morele theorieën en tradities om
complexe ethische dilemma’s aan te pakken. Deze benadering benadrukt het belang van het
overwegen van meerdere perspectieven en het afwegen van concurrerende morele principes
bij het nemen van ethische beslissingen.
Op dezelfde manier beweert moreel monisme, of ethisch absolutisme, het bestaan van één
enkel, overkoepelend moreel principe of theorie die definitieve antwoorden geeft op
ethische vragen. Het morele monisme gaat echter voorbij aan de complexiteit van ethische
dilemma's en de diversiteit van morele perspectieven, wat mogelijk kan leiden tot te
eenvoudige of dogmatische benaderingen van ethische besluitvorming.
Concluderend bieden moreel relativisme, moreel pluralisme en moreel monisme
verschillende perspectieven op de aard van ethiek en de uitdagingen van morele
besluitvorming. Terwijl moreel relativisme het belang van culturele context en diversiteit in
ethische normen benadrukt, pleit moreel pluralisme voor een integratieve benadering die
rekening houdt met meerdere morele theorieën en tradities. Moreel monisme daarentegen
veronderstelt het bestaan van één enkele morele waarheid, maar kan complexe ethische
dilemma's te simpel maken. Uiteindelijk kan het begrijpen van deze concepten ons helpen de
complexiteit van de ethiek te doorgronden en weloverwogen beslissingen te nemen die de
menselijke bloei en het welzijn bevorderen.
3. Wat zeggen Thomas Hobbes en Frans de Waal over de oorsprong van moraliteit?
Thomas Hobbes en Frans de Waal presenteren contrasterende opvattingen over de
oorsprong van moraliteit. Hobbes, een zeventiende-eeuwse filosoof, stelt dat moraliteit
voortkwam uit egoïstische voorzichtigheid, gedreven door de noodzaak om te overleven in
een competitieve omgeving. Volgens hem beseften individuen naarmate de menselijke
bevolking groeide de voordelen van het naleven van morele regels en normen voor collectief
welzijn, wat leidde tot de opkomst van een sociaal contract dat door de staat werd
afgedwongen.
Daarentegen betwist bioloog Frans de Waal de antropocentrische visie van Hobbes door aan
te tonen dat niet-menselijke dieren ook altruïstisch gedrag vertonen, wat suggereert dat
moraliteit niet exclusief is voor mensen. De Waal's onderzoek naar eerlijkheid en altruïsme
bij dieren suggereert dat moraliteit wortels heeft in onze dierlijke natuur. Hoewel hij de
verschillen erkent tussen de moraal van mens en dier, zoals de rol van religie en taboe in de
menselijke moraal, pleit De Waal voor een continuüm van moreel gedrag tussen soorten.
Hobbes' perspectief benadrukt de rol van sociaal contract en geïnstitutionaliseerde normen
bij het vormgeven van de menselijke moraliteit, terwijl De Waal's onderzoek de evolutionaire
basis van moraliteit onderstreept, die verder reikt dan menselijke samenlevingen. Terwijl
Hobbes' visie zich concentreert op het voortbestaan van de mens en de maatschappelijke
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller evagoormans. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.33. You're not tied to anything after your purchase.