Kennismaking met onderzoeksmethoden en statistiek (201800051)
Class notes
KOM Samenvatting Hoorcolleges
13 views 0 purchase
Course
Kennismaking met onderzoeksmethoden en statistiek (201800051)
Institution
Universiteit Utrecht (UU)
Alle hoorcollege aantekeningen van KOM, met Grasple lessen erin verwerkt. Boek is bij deze cursus niet nodig, aantekeningen zijn voldoende voor het behalen van het tentamen. Beide tentamens behaald met een 9.32 gemiddeld!
Kennismaking met onderzoeksmethoden en statistiek (201800051)
All documents for this subject (21)
Seller
Follow
melissasarii
Reviews received
Content preview
HC1 - Inleiding
Bronnen van informatie (van minst naar meest betrouwbaar)
- Intuïtie
- Ervaring
- Autoriteit
- Wetenschap (meest betrouwbaar)
Kenmerken wetenschappelijk onderzoek
1. Empirisch: wetenschappelijk onderzoek is gebaseerd op systematische
waarnemingen
2. Controleerbaar: wordt altijd bekeken door andere onderzoekers → Peer review
3. Probabilistisch: gebaseerd op kansen, of iets waar is of niet waar is, niet
deterministisch
Integratief stress-theoretisch model van Hosman: positieve en negatieve persoonlijke en
omgevingsfactoren worden in verband gebracht met hoe een persoon situaties ervaart
Kenmerken goede wetenschappelijke theorie:
- Ondersteund door date: data uit wetenschappelijk onderzoek
- Falsifieerbaar: theorie moet weerlegd kunnen worden aan de hand van verzamelde
gegevens
- Spaarzaam (parsimonious): theorie moet zo simpel mogelijk zijn maar wel alle
mogelijkheden dekken
Onderzoeksvragen over ervaringen van personen
Soorten onderzoeksvragen:
1. Fundamenteel (basic): opzoek naar hoe iets precies zit
2. Toegepast (applied): interventie om toegepast te maken
3. (Translational: als de een begint uiteindelijk als de ander eindigt)
Onderzoeksontwerp
→ Wat voor soort empirische gegevens worden verzameld?
- Kwalitatief: hoe iemand beweegt, reageert
- Kwantitatief: gegevens die bestaan uit getallen
→ Hoe worden de gegevens verzameld?
→ Bij wie worden empirische gegevens verzameld?
L1 - Literatuur
Kwalitatief onderzoek in KOM
→ Hoe worden gegevens verzameld?
- Kwalitatief interview
- Bestaande gegevens
- Focusgroep
- Observatie
,→ Waarom kwalitatief onderzoek?
- Het begrijpen van sociale fenomenen vanuit hun natuurlijke context om empirische
patronen te vinden die een startpunt kunnen zijn voor theorievorming
- Patronen in bijvoorbeeld teksten, observaties van gedrag etc.
Kenmerken kwalitatief onderzoek:
1. Onderzoeker geïnteresseerd in de natuurlijke omgeving van de respondent
2. De onderzoeker heeft een contextuele benadering
3. Het perspectief van de respondenten staat centraal
4. Via specifieke observaties probeert de onderzoeker:
- De sociale werkelijkheid te omschrijven in al haar diversiteit
- Naar algemeenheden te zoeken die nieuwe theorieën vormen of bestaande
theorieën aanpassen → inductie
Een onderzoeksvraag kun je herkennen aan de elementen:
SPI(C)E:
- Setting: waar?
- Perspective/population: wie?
- Interest: wat?
- (Comparison: vergeleken met wie/wat)
- Evaluation: met welk resultaat?
Inductief onderzoek: vanuit verzamelde gegevens worden er theorieën ontwikkeld of
bestaande theorieën aangepast
Deductief onderzoek: beginnen met theorie en toetsen of die waar is
HC2 - Dataverzameling in kwalitatief onderzoek
Dataverzamelingsmethoden:
Kwalitatief interview: gesprek waarin de interviewer vragen stelt aan de geïnterviewde over:
ideeën, motieven, ervaringen of gedragingen met betrekking tot een sociaal fenomeen
- → Geïnterviewde is informant (iemand die veel weet over onderwerp) of respondent
(iemand uit groep mensen die bestudeerd wordt). De interviewer moet zich neutraal
opstellen. De onderzoeker is nadrukkelijk aanwezig bij de dataverzameling.
Soorten kwalitatief interview:
1. Ongestructureerd: inhoud, volgorde en formulering van vragen en antwoordopties
hangen af van verloop en context van het interview
2. Semi-gestructureerd: wel topiclijst, maar verder alles open
Focusgroep: interviews met meerdere mensen tegelijk, interactie tussen de respondenten→
dit maakt anonimiteit en vertrouwelijkheid lastig. De interviewer heeft taak van moderator:
stelt de vragen, zorgt voor dat gesprek niet afdwaalt, zorgt dat iedereen de beurt krijgt etc.
- Groepssamenstelling: 6-10 personen, homogene achtergrond en heterogeen
ervaringen
, Bij wie worden data verzameld?
- Populatie: iedereen waarin de onderzoeker geïnteresseerd is (te groot)
- Steekproef: subgroep uit de populatie
Hoe worden de deelnemers geselecteerd?
- Gemaksteekproef (convenience sample): participanten die eenvoudig te bereiken zijn
- Quota steekproef: een gemaksteekproef met een voorwaarde voor aantallen binnen
groep
- Doelgerichte steekproef (purposive sample): participanten die voldoen aan hele
specifieke voorwaarden
- Case study logic: onderzoeker gaat op zoek naar specifieke individuen die
belangrijke informatie kunnen geven (elk persoon/verhaal is waardevol)
- Sample for range: onderzoeker gaat op zoek naar een zo breed mogelijke scala aan
ervaringen
- Sneeuwbal steekproef: vorm van doelgericht steekproef waar de onderzoeker de
deelnemers vraagt één of meer anderen aan te bevelen
- Sequentiële steekproef: In het begin mag iedereen uit de doelpopulatie in de
steekproef worden opgenomen, later worden respondenten met specifieke
kenmerken gezocht.
Iteratief: steeds terug kunnen kijken naar voorgaande processen
Saturatie: hoe aantal deelnemers wordt gekozen
Kwaliteit van het kwalitatief interview/focusgroep hangt af van de interviewer/moderator
- Belang van verstandhouding (rapport) tussen groep en moderator
- Rol van interviewer/moderator moet bewust zijn
Hoe ziet de verzamelde data eruit?
- Vaak wordt het gesprek opgenomen en later volledig uitgetypt in een transcript
- Tijdens gesprek maakt onderzoeker field notes: aantekeningen die waardevol kunnen
zijn tijdens het analyseren van de data in een later stadium
Observatie: waarnemen en registreren van gedragingen, gebeurtenissen en interacties
Soorten observatie:
1. Participerend (klassiek etnografisch onderzoek) vs niet-participerend: bestudeert de
onderzoeker de mensen van buitenaf of wordt de onderzoeker deel van de groep?
2. Verhuld vs onverhuld: weten de mensen dat ze geobserveerd worden?
3. Systematisch (kwantitatief) vs niet-systematisch (kwalitatief): zijn de fenomenen
waar naar gekeken wordt van tevoren vastgelegd?
4. BOEK 4 ROLLEN OBSERVATOR
Bij wie worden de data verzameld?
- Op welke plaats wordt het observatieonderzoek uitgevoerd?
- Kiezen van een site
- Verkrijgen van toegang tot een site via gatekeeper: toestemming gever
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller melissasarii. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.96. You're not tied to anything after your purchase.