Intro
1 - Om technische kennis over te brengen aan mensen in Kenia;
- scholen in Kenia voorzien van technische spullen;
- laten zien hoe techniek kan bijdragen aan een betere wereld.
2 Bijvoorbeeld: Ja, Nederlandse gereedschappen die hier niet meer worden
gebruikt, kunnen in Kenia nog wel goed worden gebruikt.
3 Bijvoorbeeld: In ruil voor een vakantie in een interessant land, zou ik wel
een paar weken vrijwilligerswerk in het buitenland willen doen.
Voorkennis rekenen
1 a Totale kosten € 1.975
b € 750 : € 1.975 × 100% = 38,0%
2 1.000 ×1.000.000 = één miljard 100 × 1.000.000 = honderd miljoen
10 × 100.000 = één miljoen 10.000.000 × 100 = één miljard
4 a Doordat landen zich specialiseren in producten waar ze goed in zijn, is
het van belang dat ze de grondstoffen kunnen aanvoeren en dat ze hun
producten kunnen afvoeren. Ook moeten ze andere producten, die het land
zelf niet produceert, kunnen importeren. Voor dit alles heb je als land goede
wegen, havens, spoorwegen enzovoort nodig om goederen te vervoeren.
b Voorbeelden van massaproductie in Nederland: groente in blik,
bloembollen, verf, kunststofvezels. Ze worden in grote hoeveelheden tegelijk
geproduceerd met behulp van apparaten en machines.
5 a 9% van 14,7 miljoen ton is 1,323 miljoen ton (= 1.323 miljoen kilo)
bananen.
b 1.323 miljoen kilo : 13 miljoen mensen is 101,8 kilo bananen per jaar.
c 85.000 ton (= 85 miljoen kilo) : 16 miljoen is 5,3 kilo bananen per
inwoner.
6 a Voor het winnen van ijzererts uit een mijn zijn veel mensen nodig.
b De arbeidsomstandigheden zijn slecht: het is zwaar werk en ze werken
buiten in de brandende zon.
c Het winnen van erts is hier erg arbeidsintensief: in verhouding zijn er
veel mensen voor nodig omdat de grondstoffen hier met de hand uit de grond
worden gehaald.
d Ja, Brazilië heeft zich gespecialiseerd in het winnen van ijzer omdat er in
de Braziliaanse bodem grote hoeveelheden ijzererts voorkomen.
7 a € 0,34 : € 2,39 × 100% = 14,2%
b In de distributie (groothandel en winkel). De groothandel en winkel
zorgen ervoor dat de bananen beschikbaar komen voor de consumenten; die is
bereid om daarvoor een prijs te betalen waarin alle kosten + winst verwerkt
zijn.
8 a Ja, China verhoogt de invoerrechten op kip als reactie op de hogere
Amerikaanse invoerrechten op autobanden. Ook is er onenigheid over het
Chinese wisselkoersbeleid.
b In beide landen worden ingevoerde producten duurder. Hierdoor ontstaat
er minder vraag naar deze producten waardoor ze minder profijt van elkaars
specialisaties kunnen hebben. Ook zetten ze de andere handelsbetrekkingen
met elkaar op het spel.
c De voordelen van vrijere handel tussen beide landen laten zien.
10 Naar het Verenigd Koninkrijk wordt meer uitgevoerd dan ingevoerd en
naar de VS wordt meer ingevoerd dan uitgevoerd.
11 a Juist
b Onjuist
12 Ongeveer € 23 miljard per jaar
13 a Geweren, munitie, tanks, gevechtsvliegtuigen, boorapparatuur voor in de
mijnen.
b Bijvoorbeeld:
- Ja, als wij de mensenrechten serieus nemen, is het logisch dat een land zich
hiermee bemoeit.
- Nee, dat is de verantwoordelijkheid van de bedrijven zelf.
c Omdat ze er veel mee kunnen verdienen. Ze accepteren in ruil daarvoor
de risico’s.
14 a Philips heeft een goede naam bij consumenten: ze denken dan aan
goede, betrouwbare producten.
b Nee, Philips laat ook producten in bijvoorbeeld China of Oost-Europa
produceren omdat dat daar goedkoper kan vanwege de lage lonen.
c Omdat Philips producten overal in de wereld worden verkocht, en elk
land heeft een eigen website.
d Bijvoorbeeld: het product is goed, vernieuwend, betrouwbaar, van een
goed merk. Het product is in China niet erg duur. Het product is een
statussymbool.
15 a Links: baggeren (dienst). Rechts: het bergen van schepen (dienst).
b Het ‘maken’ van eilanden of het vervoeren van mensen over water
c Omdat ze een gespecialiseerde dienst leveren die door anderen
nauwelijks met dezelfde prijs/kwaliteit-verhouding kan worden geleverd.
16 a Aardappelen, groenten, kalfs/rundvlees, varkensvlees, eieren, kaas.
b Granen, vers fruit, melkproducten.
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller allesvoorschool. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.