BESTUURSKUNDIG ONDERZOEK 1
Samenvatting Bestuurskundig Onderzoek: Een Methodologische Inleiding – Sandra Van Thiel
Hoofdstuk 1: Bestuurskundig onderzoek
Bestuurskunde is een interdisciplinaire wetenschap omdat zij met meerdere invalshoeken
tegelijk naar het openbaar bestuur kijkt. Het is ook multidisciplinair, omdat het kennis uit
verschillende disciplines afwisselt.
Het kenobject van de bestuurskunde is het openbaar bestuur. Het gaat vaak om unieke
onder-werpen of situaties. Bestuurskundige onderzoeksobjecten zijn vaak complex.
Een tweede typische eigenschap van bestuurskundig onderzoek slaat op het toepassingsge-
richte karakter van de bestuurskunde. Het toepassingsgerichte karakter brengt een beperkte
body of knowledge met zich mee. De meeste theorieën van de bestuurskunde komen voort
uit de steundisciplines. Bestuurskundig onderzoek is meer gericht op het vinden van
oplossingen voor actuele problemen, dan op het ontwikkelen van nieuwe of grote theorieën.
Daar komt dan nog bij dat veel onderzoeksobjecten uniek zijn, wat het maken van algemeen
geldende theorieën bemoeilijkt. Dat wil niet zeggen dat bestuurskundigen geen
fundamenteel (puur gericht op theorievorming) onderzoek doen.
Wanneer onderzoekers de kennis, die ze verzamelen in hun onderzoek van de dagelijkse
praktijk (empirie) van het openbaar bestuur, omzetten in oplossingen en voorschriften
(aanbe-velingen), schakelen ze over van een empirische werkwijze naar een normatieve.
Bestuurskundig onderzoek kan zowel onderzoek van beleid als onderzoek voor beleid inhou-
den. Beleid betreft hier dan alle stadia van de beleidscyclus: agendavorming, ontwerp,
besluit-vorming, uitvoering, evaluatie, terugkoppeling en evt. beëindiging van beleid.
Grofweg zou je volgend onderscheid kunnen maken naar vormen van bestuurskundig
onderzoek: 1) Onder-zoek waarin beleid object is van dat onderzoek: beleid als instrument of
methode om bepaalde doelen te bereiken. 2) Onderzoek waarin beleid de uitkomst van
onderzoek is: bijdragen aan een beter inzicht in en gebruik van beleid en
beleidsinstrumenten. 3) Beleid wordt gevoed door onderzoek: de resultaten van onderzoek
worden voor nieuw beleid gebruikt; typische vb. zijn: a) trendonderzoek, b) kosten-baten
analyses: voor het beleid is ontwikkeld = ex ante, nadat het besluit van invoering van het
beleid is genomen = ex post. c) evaluatieonderzoek: kijken of beleid de vooraf bepaalde
doelstellingen heeft gehaald. Er zijn verschillende vormen van evaluatieonderzoek: a)
onderzoek gericht op het verloop van processen (formatieve evaluatie, kijkt naar het proces
van besluitvorming en evt. problemen) of het bereiken van de einddoelen (summatieve
evaluatie, kijkt naar efficiëntie en doelmatigheid). b) onderzoek gericht op het tijdstip waarop
de evaluatie plaatsvindt: ex ante of ex post. c) onderzoek naar het doel van evaluaties: een
uitspraak over de kwaliteit van het beleid (normatief), het opdoen van kennis en een
feitelijke we weergave van het verloop en de uitkomsten van beleid te geven (empirisch).
Deze drie dimensies sluiten elkaar niet uit, ze kunnen gecombineerd worden.
Een beleidstheorie is een geheel van veronderstellingen die aan beleid ten grondslag liggen.
Informatie over de effecten van beleid is nodig als input voor het maken van nieuw beleid:
evidence-based beleid.
Hoofdstuk 2: Probleemstelling
Probleemstelling: omschrijft 1) het onderwerp of de vraag die wordt onderzocht
(vraagstelling) en 2) naar wat voor soort antwoord of uitspraak de onderzoeker op zoek is
(doelstelling). Zo kan er vb. worden gezocht naar een beschrijving, verklaring of oplossing van
een probleem.
1
, Onderzoek naar een kennisprobleem leidt tot inzicht en evt. oorzaken, maar niet tot de
oplossing ervan. Vanwege het toegepaste karakter van de bestuurskunde gaat
bestuurskundig onderzoek echter vaak over praktische knelpunten waarvoor een oplossing
wordt gezocht » aanbevelingen. Toegepast onderzoek: een praktisch knelpunt oplossen.
Fundamenteel onder-zoek: gericht op kennisvergaring.
Het komen tot een goede probleemstelling wordt ook wel problematiseren genoemd. Dit
vereist vooronderzoek: nagaan wat het probleem is (kennistekort en/of praktisch knelpunt).
Deze informatie wordt gebruikt om een relevant en uitvoerbaar onderzoeksprobleem te
selecteren. Welke vraag en welk doel dat uiteindelijk worden, hangt af van: interesse en
voor-kennis van de onderzoeker; stand van de wetenschap (wetenschappelijke relevantie
van een onderzoek, het vooronderzoek geeft hier inzicht in d.m.v. een literatuuroverzicht);
wensen van de opdrachtgever; praktische omstandigheden (onderzoek moet haalbaar en
uitvoerbaar zijn). De keuze voor een bepaalde probleemstelling dient goed onderbouwd te
worden. In bestuurs-kundig onderzoek is het van belang om daarbij niet alleen de
wetenschappelijke maar ook de maatschappelijke relevantie te duiden.
Bij het kiezen van een probleemstelling kunnen fouten worden gemaakt. 1) Er kan sprake zijn
van een onvolledige relatie tussen doel- en vraagstelling, vb. omdat een van beide ontbreekt
of doordat ze niet op elkaar aansluiten. 2) Het onvoldoende afbakenen van het te
onderzoeken probleem. 3) De probleemstelling past niet bij de vraag van de opdrachtgever
(komt vnl. voor bij toegepast onderzoek).
Doelstellingen van onderzoek:
Doel Omschrijving
Verkennend onderzoek naar een probleem waar geen of zeer weinig kennis over
beschikbaar is. Exploratief onderzoek mondt uit in (gedetailleerde) empirische
Exploratie beschrijvingen. Wordt ook gebruikt voor onderzoek naar betekenisverlening door
actoren, vb. op welke wijze een bepaald (bestuurskundig) concept in de praktijk
invulling krijgt.
Onderzoek waarin vb. gebeurtenissen of kenmerken van het onderwerp worden
beschreven. Een beschrijving kan empirisch zijn (vb. gebeurtenissen in chronologische
Descriptie volgorde), maar ook aan de hand van theoretische begrippen worden geordend (vb.
actoren en factoren). Niet te verwarren met het opschrijven van
onderzoeksresultaten.
Onderzoek waarin oorzaken van een bepaald probleem worden gezocht of
Verklarin onderzocht. Verklarend onderzoek kan theorieën gebruiken bij het zoeken naar
g oorzaken, maar het is ook mogelijk dat op basis van empirische bevindingen nieuwe
theorie wordt ontwikkeld.
Onderzoek waarbij vooraf verwachtingen worden geformuleerd – op basis van theorie
Toetsing – over het probleem, vb. over kenmerken of oorzaken ervan. In het empirisch
onderzoek wordt onderzocht of deze verwachtingen kloppen.
Diagnostisch onderzoek is overwegend toepassingsgericht. Hierin wordt vastgesteld
wat precies het knelpunt is, en welke (f)actoren er aan bijdragen, positief of negatief.
Diagnose
Een diagnose helpt ook bij het verkrijgen van inzicht in mogelijke aanknopingspunten
voor het oplossen van het knelpunt.
Onderzoek dat uitmondt in een voorstel voor de oplossing van een (praktisch)
probleem, of aanbevelingen ter verbetering van een situatie (prescriptie). Een
Ontwerp
bestuurskundig ontwerp kan variëren van vb. een nieuw organisatiemodel, tot een set
richtlijnen of een conceptbeleidstekst, afhankelijk van het onderzochte probleem.
Onderzoek waarin wordt nagegaan of een bepaald beleid of arrangement de beoogde
doelstellingen heeft gerealiseerd. Evaluaties kunnen zowel gericht zijn op het proces
Evaluatie van totstandkoming en uitvoering, als op de realisatie van effecten. Evaluatief
onderzoek mondt meestal uit in een normatief oordeel en indien nodig in
aanbevelingen voor verbetering (prescriptie).
2
, Let op: ‘onderzoek doen’, ‘inzicht verkrijgen en ‘vergelijken’ zijn geen doelstellingen van
onder-zoek. Vergelijken is een techniek om te komen tot vb. een beschrijving, verklaring of
diagnose.
De haalbaarheid van een onderzoek is gediend met enkelvoudige doelstellingen, dat wil
zeggen dat de probleemstelling idealiter slechts 1 doelstelling bevat, geldend voor het hele
onderzoek. Alleen actieonderzoek kent meer dan 1 doelstelling.
o Actieonderzoek heeft een emancipatoire doelstelling: onderzoekers streven naar ver-
betering van een situatie, vaak vanuit grote persoonlijke betrokkenheid. De onder-
zoekers maken zelf onderdeel uit van de onderzoekssituatie. Gedurende het onder-
zoek worden verschillende fasen doorlopen met elk een eigen doelstelling: 1)
Bepalen en beschrijven van de beginsituatie van het probleem en het onderzoek. 2)
Stellen van een diagnose door informatie te verzamelen en te analyseren. 3) Een
ontwerp maken ter verbetering van de situatie en het begeleiden van de invoering
van dit ontwerp (interventie). 4) Monitoren en evalueren van het verloop van de
veranderingen. Doen van aanbevelingen en voor verdere verbeteringen.
Een vraagstelling geeft niet alleen weer wat het onderzoeksonderwerp ( object) is, maar
bakent het onderzoek ook in andere opzichten af. Zo wordt duidelijk wat de
onderzoekseenheid (subject) is. Ook moet een vraagstelling aangeven op welke plaats en/of
tijd de vraagstelling betrekking heeft. Ten slotte kan in de vraagstelling ook al worden
vermeld of, en zo ja welke, theorie gebruikt gaat worden. De vraagstelling hangt direct
samen met de doelstelling. Zo beginnen exploratieve en descriptieve vragen meestal met
‘welke’ of ‘wat’. Ontwerp- en evaluatieve vragen beginnen vaak juist met ‘hoe’ of ‘op welke
wijze’.
Doel Vraagstelling
Verkennende vragen zijn zeer open en veronderstellen dat er nog geen kennis is over
Exploratie het onderzoeksonderwerp. Op welke wijze maken gemeentelijke sociale diensten in
Zuid-Holland gebruik van indicatoren om de prestaties van hun personeel te meten?
Beschrijvende vragen gaan vaak over kenmerken van het onderzoeksobject. Welke
indicatoren gebruiken gemeentelijke sociale diensten in Zuid-Holland om de prestaties
Descriptie van hun personeel te meten? De beschrijving kan ook aan de hand van theoretische
ideeën gebeuren. Wat voor soort input- en outputindicatoren gebruiken gemeentelijke
sociale diensten in Zuid-Holland om de prestaties van hun personeel te meten?
Vragen naar een verklaring beginnen vaak met ‘waarom’. De onderzoeker wil
Verklarin achterhalen welke oorzaken of omstandigheden tot bepaald gedrag of beleid hebben
g geleid. Onder welke voorwaarden leidt het gebruik van prestatie-indicatoren bij
gemeentelijke sociale diensten tot effectievere prestaties van het personeel?
Toetsende vragen zijn meestal met ja of nee te beantwoorden. De onderzoeker heeft
op basis van een theorie een bepaalde verwachting en verwerk deze in een vraag.
Toetsing Leidt het gebruik van prestatie-indicatoren bij gemeentelijke sociale diensten in Zuid-
Holland tot effectievere prestaties naarmate het personeel meer betrokken is geweest
bij het formuleren van de indicatoren?
Een diagnostische vraag is op zoek naar knelpunten. Met welke (organisatorische en
financiële) problemen hebben gemeentelijke sociale diensten in Zuid-Holland te
Diagnose
kampen wanneer zij prestatie-indicatoren willen gaan gebruiken om de prestaties van
hun personeel te meten?
Vragen over de oplossing van een probleem bevatten meestal een verwijzing naar
verbetermaatregelen of (normatieve) maatstaven zoals ‘beter’ en ‘efficiënter’. Op
Ontwerp
welke wijze kunnen gemeentelijke sociale diensten in Zuid-Holland prestatie-
indicatoren invoeren zonder weerstand bij het personeel op te roepen?
Evaluatie Evaluaties vragen vaak naar het procesverloop en/of uitkomsten van een bepaalde
verandering (interventie). Heeft de invoering van prestatie-indicatoren bij
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller acmjoomen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.90. You're not tied to anything after your purchase.