Waarnemen
Paragraaf 1
In het inwendige deel van je oren registreren je
evenwichtsorganen hoe de stand van je hoofd is ten
opzichte van de richting van de zwaartekracht en welke
bewegingen je hoofd maakt. Beide evenwichtsorganen
bestaan uit een ventraal deel, het vestibulum, en drie
halfcirkelvormige kanalen. Vestibulum en halfcirkelvormige
kanalen zijn gevuld met een vloeistof: endolymfe.
Over rechtlijnige bewegingen krijg je informatie uit je beide
maculae. Deze kleine zintuigorgaantjes bevinden zich in het
vestibulum. De zintuigcellen in een macula steken met lange
zintuigharen in een geleilaag met daar bovenop een laag
kalksteentjes. De massa van de kalksteentjes geeft de geleilaag
een zekere ‘traagheid’. Dat merk je als je een beweging start
(versnellen) of stopt (vertragen). De zintuigharen buigen in een
bepaalde richting, informatie die de zintuigcellen doorgeven aan
de hersenen. Maculae reageren op verandering in snelheid bij
een rechtlijnige beweging.
Informatie over draaibewegingen van je hoofd, komt uit drie
halfcirkelvormige kanalen. Deze kanalen staan in drie vlakken
vrijwel loodrecht op elkaar, om draaiingen in elke richting waar
te nemen. Elk kanaal heeft een aan de basis een knobbel met
daarin zintuigcellen met lange zintuigharen. Die haren steken in
een geleiachtige massa, de cupula, die vrij heen en weer kan
bewegen met de endolymfe. Bij elke draaiing van je hoofd
bewegen de wanden van de kanalen met daarin de zintuigcellen en hun zintuigharen mee.
De endolymfe beweegt niet direct mee. Die blijft even staan en daarmee ook de cupula. De
cupula beweegt als een klapdeur in de endolymfe ten opzichte van de wand van het kanaal.
De zintuigharen buigen en de zintuigcellen sturen impulsen naar het evenwichtscentrum in
de hersenstam.
Het evenwichtscentrum in de hersenstam ontvangt ook informatie
uit ogen, gewrichten, pezen, spieren en huis. De ogen geven
informatie over onze plaats in de omgeving, de spieren informatie
over welke bewegingen we maken en wat voor houding we
innemen en de evenwichtsorganen leveren informatie over de
stand en bewegingen van het hoofd. Al die informatie
gecombineerd, maakt het mogelijk dat we naar een voorwerp
blijven kijken, terwijl we bewegen en voorkomt dat we duizelig
worden als we ons hoofd bewegen, of dat we ons evenwicht
, Hoofdstuk 15
verliezen. De kleine hersenen spelen een rol bij het terugkoppelen van de informatie naar de
diverse spieren, zodat die op tijd kunnen bijsturen.
Zintuigcellen ontvangen prikkels. Het zijn receptoren, die de input van alle informatie
mogelijk maken. De zintuigcellen in de cupulae en maculae van je evenwichtsorgaan zijn
machanoreceptoren. Ze zijn gevoelig voor een mechanische prikkeling. Receptorcellen van
je huid zijn dat ook, maar zij reageren op verschillen in druk of rek. Andere receptoren in je
huid reageren op temperatuur: thermoreceptoren. Zintuigcellen in je tong en neus reageren
op bepaalde stoffen (chemoreceptoren) en zintuigcellen in je oog reageren op licht
(fotoreceptoren). Elk type receptor is gevoelig voor zijn eigen type prikkel, de adequate
prikkel.
Receptorcellen hebben over hun membraan een rustpotentiaal. Een adequate prikkel leidt in
de cel tot een verandering van het membraanpotentiaal. Bij mechanoreceptoren gaan door
vormberandering van het celmembraan natriumpoorten open, bij thermoreceptoren is de
oorzaak een warmtegevoelig eiwit. Binding van een vaste stof bij chemoreceptoren en
verandering van het lichtgevoelige pigment bij fotoreceptoren leidt in beide celtypen tot een
cascade van reacties, waarbij een G-eiwit, dat werkt als een moleculaire schakelaar, die
‘aan’ gaat als hij de boodschap ontvangt, de energierijke stof GTP guanosinetrifosfaat en
een secundaire boodschapper een rol spelen. De secundaire boodschapper bindt aan
doelwitmoleculen op de natriumpoorten, die daardoor opengaan.
Ook bij de membraanpotentiaal van receptorcellen is er een prikkeldrempel. Is die bereikt,
dan vindt een volledige depolarisatie van het membraan plaats. Dat opent calciumpoorten.
Calcium stroomt naar binnen en de receptorcellen lozen een exciterende neurotransmitter in
een synaps met een sensorisch neuron.
Hoe sterker de prikkel bij de receptorcel, hoe meer neurotransmitter vrijkomt. Dit betekent
een hogere frequentie van impulsen in het sensorisch neuron. Deze informatie vertalen de
hersenen bij het bewustwordingsproces terug als ‘afkomstig van een sterke prikkel’.
Pijnreceptorenzijn zenuwceluiteinden die schadelijke prikkels kunnen waarnemen. Zij geven
hun informatie via het ruggenmerg door aan pijncentra in de grote hersenen.
Door langdurig prikkelen boven de prikkeldrempel kan de prikkeldrempel van een receptor
omhoog gaan. De receptorcel reageert dan minder op de adequate prikkel. Dit heet
gewenning of adaptatie. In de meeste receptorcellen treedt adaptatie op, maar in het enen
type sneller dan in het andere.
Paragraaf 2
De oorschelp vangt geluidstrillingen op en geleidt ze via de gehoorgang het oor in.
Oorschelp en gehoorgang vormen het buitenoor. Bij zachte geluiden draai je de oorschelp
naar de geluidsbron toe.
De trillingen bereiken aan het einde van de gehoorgang het trommelvlies, dat de
gehoorgang afsluit van het middenoor. Het trommelvlies trilt mee met de luchttrillingen. Dat
gaat goed als de luchtdruk aan beide kanten van het trommelvlies gelijk is. De
drukverschillen tussen buitenoor en middenoor los je op via de buis van Eustachius. Dat
buisje loopt van het middenoor naar de keelholte. Door te slikken gaat het klepje van de buis
van Eustachius in de keel even open en de over- of onderdruk in het middenoor verdwijnt.
Een deel van het geluid verplaatst zich via de beenderen van de schedel. Dat deel hoor je
nog steeds als je verkouden bent en wordt versterkt als je oortjes in hebt.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sabinedeelen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.