100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Correlationele onderzoeksmethoden alle hoorcolleges $3.91   Add to cart

Summary

Samenvatting Correlationele onderzoeksmethoden alle hoorcolleges

3 reviews
 74 views  11 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting van alle hoorcolleges correlationele onderzoeksmethoden.

Preview 4 out of 120  pages

  • December 4, 2019
  • 120
  • 2019/2020
  • Summary

3  reviews

review-writer-avatar

By: quintadv07 • 2 year ago

review-writer-avatar

By: rooi • 1 year ago

reply-writer-avatar

By: marlieskolen • 1 year ago

Translated by Google

Thank you:)

review-writer-avatar

By: SophiePsychology • 3 year ago

avatar-seller
Hoorcollege 1: inleiding correlationeel onderzoek
Steekproeven versus populatie




We willen iets weten over een bepaalde groep mensen (populatie); bijv. alle kinderen van 3 jaar oud.
We kunnen niet kijken bij alle kinderen van 3 jaar --> we nemen daarom een steekproef (sample).

--->Sampling design: hoe selecteer je de steekproef?
--->Descriptives: gegevens over de steekproef (gemiddelde, standaarddeviatie etc.)
--->Inferential Statistics: kunnen we wat we vinden in de sample generaliseren naar de populatie?

Sampling design (steekproeftrekking)
o Simple random sampling: elke element in de populatie heeft dezelfde kans om in de
steekproef terecht te komen
o Bijv. lijst van alle kinderen en daar random 100 mensen uit trekken
o Beste methode
o Stratified sampling: de populatie wordt opgedeeld in strata (geslacht, leeftijd etc.); binnen
elk stratum wordt een volledig aselecte steekproef getrokken
o Je kunt hierdoor ervoor zorgen dat er ook minderheden in je steekproef zitten
o Convenience sampling: de steekproef bestaat uit diegene die voorhanden zijn (bijv.
aanwezigen in de kantine, eerstejaarsstudenten)

We willen graag simple random sampling maar we gebruiken in de praktijk vaan convenience
sampling.

NB: er zijn nog vele andere vormen: bij toetsende statistiek zoals wij die toepassen in deze curus
(hypothese toetsen, betrouwbaarheidsintervallen) gaan we (stilzwijgend) uit van simple random
sampling.

Steekproefflucuaties
o Extraversie
o N= 25
Extraversie
Extraversie
10




10




M = 64.3
S = 11.2 M = 68.5
S=8
8




8
6




6
n




n
4




4
2




2
0




0




30 40 50 60 70 80 90 30 40 50 60 70 80 90

score 5pft extraversie score 5pft extraversie

, Extraversie

Extraversie
10


M = 64




10
S = 9.7
M = 62.6
8




S = 8.9




8
6




6
n




n
4




4
2




2
0




0
30 40 50 60 70 80 90 30 40 50 60 70 80 90

score 5pft extraversie score 5pft extraversie




Bij een steekproef van 25 kan het er heel verschillend uitzien. Bij een grotere steekproef is het vaak
mooier verdeeld. Bij een kleine steekproef kunnen er heel veel verschillen zitten.

Nu: de hele populatie Extraversie

o 537 eerstejaars psychologie studenten Uva
o Extraversie (5pft)




40
o 𝜇 = 64.0; 𝜎 = 10.8




30
-->Men denkt vaak dat de steekproef heel representatief is voor de




n
populatie. Dit heet ook wel: Belief in the Law of Small Numbers. Maar




20
zeker als je een kleine steekproef hebt is dit verschillend. Er valt dus niet zo
veel te zeggen over de populatie.


10
-->Zeker bij kleine steekproeven is dit niet het geval en kan de ene
0
30 40 50 60 70 80 90
steekproef sterk variëren van de andere steekproef en zegt de steekproef score 5pft extraversie

ook weinig over de populatie --> bij voorkeur grotere steekproeven (lijkt meer op
populatie en meer power).




Descriptive statistics: samenvatten van de data
Scoren studenten hoger dan een 6.0 op het tentamen van correlationele onderzoeksmethoden?
Scoren vrouwen op dit tentamen beter dan mannen?
o We trekken een steekproef van 30 studenten om deze vragen te onderzoeken
o Om deze vragen te beantwoorden moeten we eerst de data beschrijven
o We kunnen de data beschrijven door te kijken naar:
o Centrummaten (Measures of central tendency):

▪ Gemiddelde
▪ Mediaan (helft van de score gescheiden van de andere helft)
▪ Modus (score die het vaakst geobserveerd wordt)
o Spreidingsmaten (Measures of dispersion) --> hoeveel verschil zit er tussen mensen?
▪ Variantie:
▪ Standaarddeviatie:

,Inferentiele statistiek: kunnen we dit generaliseren naar de populatie?
Wanneer we resultaten willen generaliseren naar de populatie zijn beschrijvende statistieken niet
genoeg. We maken gebruik van inferentiele statistiek om conclusies te trekken over de populatie, op
basis van de informatie uit de steekproef.

Twee populaire methoden zijn:
o Null hypothesis significance testing (NHST)
o Betrouwbaarheidsinterval schatting

Is het gemiddelde tentamencijfer in de populatie (𝜇) gelijk aan 6.0?

(Als we het hebben over de populatie praten we over 𝜇)

Null hypothesis significance testing
1. We formuleren de nul en alternatieve hypothese
2. We maken een beslisregel
3. We halen de t- en p-waarde uit de output
4. We verwerpen wel of niet de nulhypothese en trekken een conclusie

1)Eerst formuleren we de nul en alternatieve hypothese
a. 𝐻0 : 𝜇 = 6.0 nulhypothese = er is geen effect (verschil is 0)
b. 𝐻1 : 𝜇 ≠ 6.0 alternatieve hypothese: niet gelijk aan 6

2.We maken een beslisregel
o Als de p-waarde < 𝛼 verwerpen we de nulhypothese
Bijvoorbeeld: wanneer p < 0.5 verwerpen we de nullhypothese




Resultaten van de one sample test.
t= 1.851
p= .074

, Null hypothesis significane testing (t-distribution)


---> T-distributie
---> hoe ziet nou die verdeling van t eruit
gegeven dat de nulhypothese waar is?




Gele gedeelte: onwaarschijnlijk dat de nulhypothese waar is --> verwerpen H0 en accepteren de
alternatieve hypothese.
Als de t-waardes in het witte gebied vallen ---> we accepteren H0


---> alfa




Deze twee gebieden zijn 0.05 --> stel dat de nulhypothese waar is dan heb je 5% kans dat je de t-
waardes gaat vinden.




----> p-waarde
P (0.074) is groter dan alfa (0.05) --> H0 niet verwerpen!

3)Haal de t- en p-waarde uit de output
t(29) = 1.815
p= .074

4)Wel/niet verwerpen van de nullhypothese en trek een conclusie
We verwerpen de nullhypothese niet, want p > .05.
We hebben niet genoeg bewijs dat het gemiddelde cijfer voor het tentamen in de populatie niet
gelijk is aan 6.0

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marlieskolen. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.91. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

81311 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.91  11x  sold
  • (3)
  Add to cart