Complete samenvatting van alle theorie van de hoorcolleges van blok A1 kennisclips in . Door het leren van deze samenvatting heb ik de testvisioen in één keer gehaald.
Nervus facialis (n.VII) → 73 zenuw, alle kleine spiertjes die zorgen voor de uitdrukkingen in
het gezicht (mimische musculatuur)
Nervus trigeminus (n.V.) → zorgen voor gevoel in gezicht
Functie van het zenuwstelsel
- Besturing andere organen
- Reactie v/h lichaam op de omgeving
- Geest/psyche
Indeling zenuwstelsel
Anatomische indeling
- Centraal (door bot omgeven: hersenen en ruggenmerg)
- Perifeer (niet door bot omgeven: 12 paar hersenzenuwen, 31/32 spinale zenuwen)
→ lopen van ruggenmerg naar ledematen
Fysiologische indeling
- Animale = somatische (willekeurige) → hebben wij zelfcontrole over.
o Motorisch = beweging, sensorisch= gevoel
- Autonome = vegetatieve, viscerale (onwillekeurige) → hebben wij geen controle over
o Sympatisch, parasympatisch
Somatisch (willekeurig) = animaal
- Met betrekking tot het lichaam
- Motorisch skeletspieren (bewust)/ sensorisch
Visceraal (onwillekeurig) = autonoom = vegetatief
- Met betrekking tot de ingewanden
- Sympatisch/ parasympatisch
Somatisch = animale zs
- Conroleert de interacties met de buitenwereld
- Bewust= willekeurig
- Centraal zenuwstelsel (hersenen, ruggenmerg)
- Perifere zenuwstelsel (somatisch deel)
o Zenuwen van hoofd, romp en ledematen
- De sensorische neuronen brengen boodschappen aan vanuit de
waarnemingsorganen (ogen, oren, neus, huid, enz.)
- De motorische neuronen activeren de skeletspieren (dwarsgestreept spierweefsel)
Hersenen
- Grijze stof
o Cellichamen van de neuronen
- Witte stof
o Vezels (axonen) → uitlopers van zenuwcellen
o De axonen in de witte stof zijn omgeven door een vettige, beschermende en
isolerende laag: myeline (wit)
Proprioceptoren
- Receptoren in het bewegingsapparaat (diepe receptoren voor het diepe gevoel)
o Spieren, gewrichten, botten → hoe je lichaam bijv. zit als je je ogen dicht hebt
Exteroceptoren
- Receptoren in de huid
- Zorgen voor bepaalde waarneming van een aantal mogelijke situaties zoals pijn,
temperatuur (warm/koud, tast en druk) (buitenreceptoren)
,Zenuwweefsel
- Zenuwcellen (neuronen)
- Steuncellen (gliacellen) → verzorging van neuronen (zorgen voor voeding enz.)
- Verhouding gliacellen: zenuwcellen is 10:1
- Myeline wordt door een bepaalde soort steuncel aangemaakt (witte vetachtige stof)
Zenuwcel of neuron
- Bouwstenen van ons
zenuwstelsel
- Mensen – 100 miljard
zenuwcellen, vnml het CZS
(hersenen en ruggenmerg0
- Informatie- en signaalverwerkers
- Lange uitloper = axon
- Cellichaam = grijs
- Omhulsel om de axon is wit
(myeline)
Axon (neuriet)
- Uitloper van een neuron dat elektrische impulsen geleidt
- Soms langer dan 1m
- De meeste axonen zijn omgeven door myeline
Myeline
- Witte, vettige stof, beschermt de axonen
- Versnelt de prikkelgeleiding in de axon
- Tussen de myelinescheden zitten kleine uitsparingen, knopen van Ranvier (bijzonder
snel informatieoverdracht)
Myelinisatie
- Proces waardoor witte stof wordt gevormd
- Een index van de rijping van de hersenen
- Myelinisatie begint na de geboorte en is pas in de late adolesentie (omtrent 18 jaar)
geheel voltooid
Steuncellen (gliacellen)
- Macrogliacellen in het CZS
o Oligodendrocyten
o Astrocyten
o Ependymocyten
- Marcogliacellen in het PZS
o Schwanncelln
- Oligodendrocyten en schwanncellen maken myeline.
, 3 soorten neuronen
- Motorische zenuwcel (dalend van hersenen naar spieren)
- Sensorische zenuw (stijgend)
- Schakelcelen
Functie van zenuwstelsel als geheel
- Besturing en afstemming van levensprocessen, op korte termijn, zodat organisme in
stand blijft = integratie
Prikkel = invloed van uit het milieu op een organisme
Onder invloed van prikkels ontstaan in zintuigcellen → impulsen
Impulsen = elektrische signalen die door zenuwen (zenuwcellen) worden voortgeleid
- Sensor (voeler) = zintuig
- Receptor = eiwit in het celmembraan, waaraan een specifiek molecuul kan binden
- Impuls = elektrisch signaal die door zenuwen worden voortgeleid
- Stimulus (prikkel) = verandering in de uitwendige of inwendige omgeving waarop een
organisme reageert
Prikkels (stimuli)
- Adequate prikkels
o Prikkeling van zintuigcellen door de specifieke prikkel waarvoor de cel
gevoelig is. Bijv. licht of hard geluid
- Niet adequate prikkels
o Wordt alleen geregistreerd als hij zeer krachtig is
▪ Klap op oog → sterretjes zien
▪ Hard geluid → pijn
KENNEN
Tastzin → voornamelijk gelegen in de huid (speciale receptoren)
- Druk (pressieperceptie)
- Warmte en koude (thermoceptie)
- Pijn (nociceptie)
*gevoelszenuwen en motorsiche zenuwen lopen parallel aan elkaar
Somatosensibliteit → de sensorisch informatie afkomstig van het soma (huid en
bewegingsapparaat)
Somatomotriek → stuurt de contractie van de spieren van het bewegingsstelsel
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller fysiotherapie24. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.42. You're not tied to anything after your purchase.