Inhoudsopgave
1. Kwalificatie en soort (arbeidsovereenkomst)................................................................................2
2. Loon/wijziging arbeidsvoorwaarden/arbeid en zorg.....................................................................5
3. Cao-recht I: doorwerking van cao en avv.......................................................................................8
4. Cao-recht II: staking en medezeggenschap..................................................................................11
5. Ontslagrecht I..............................................................................................................................15
6. Ontslagrecht II.............................................................................................................................19
7. Sociale Zekerheidsrecht I.............................................................................................................24
8. Sociale Zekerheidsrecht II............................................................................................................27
9. Responsiecollege.........................................................................................................................29
,Arbeidsrecht – De werkcolleges
1. Kwalificatie en soort (arbeidsovereenkomst)
Aantekening:
We hebben arbeidsrecht om de ongelijke verhoudingen gelijk te trekken. De
werkgever is de sterke partij, de werknemer is de zwakke partij.
Bronnen:
- Verdragen
- Grondwet (art. 19 en 20 Gw)
- Wet
- Cao
- Arbeidsovereenkomst (individueel)
Voor werknemer = cao en aok belangrijkste bronnen.
Dwingend recht = bepaling waar je niet van kan afwijken
3/4 dwingend recht = bepaling mag alleen van afgeweken worden bij cao
5/8 dwingend recht = bepaling mag alleen van afgeweken worden bij OR
Semi dwingend recht = bepaling kan schriftelijk van worden afgeweken (aok)
Regelend recht = bepaling van toepassing wanneer niet geregeld in aok of cao.
Kwalificatie arbeidsovereenkomst = belangrijk ivm compensatierecht geen aok,
geen compensatierecht
AOK =
- Vormvrij (art. 7:655 BW: aok moet schriftelijk bevestigd worden door wg)
- Handelingsbekwaam
Precontractueel =
- Redelijkheid en billijkheid naarmate de sollicitatiefase vordert worden
rechten en plichten steeds meer.
Er is sprake van een aok wanneer:
art. 7:610:
- In dienst van (gezag)
- Loon
- Zekere tijd
- Arbeid
Art. 7:659:
- Persoonlijk verrichten van arbeid
HR Groen/Schroevers: holistische benadering, alle relevante feiten en
omstandigheden moeten als geheel en in onderling verband worden afgewogen.
Casusuitwerkingen
Vraag 1: U bent de advocaat van GoodFood. GoodFood vraagt u om,
vooruitlopend op de eventuele procedure, in een advies uiteen te zetten op
welke wijze u zou bepleiten dat tussen GoodFood en Jelle geen
arbeidsovereenkomst heeft bestaan. In dat advies licht u tevens toe welke
punt(en) volgens u tot discussie zullen leiden en welke informatie u nog nodig
heeft van GoodFood, om de zaak zo goed mogelijk te kunnen bepleiten. In uw
,Arbeidsrecht – De werkcolleges
advies verwijst u uiteraard naar de relevante wetsbepaling(en) en
jurisprudentie.
Op grond van art. 7:610 BW is er sprake van een arbeidsovereenkomst wanneer de
ene partij (werknemer), zich verbindt in dienst van de andere partij, de werkgever,
tegen loon gedurende zekere tijd arbeid te verrichten. Hieruit vloeit dus voort dat er
sprake moet zijn van een gezagsverhouding en dat er arbeid moet worden verricht in
ruil voor loon.
Voor de kwalificatie van een arbeidsovereenkomst wordt in de rechtspraak de
‘holistische benadering’ gebruikt die voortvloeit uit HR Groen/Schoevers. Hierbij
wordt gekeken naar alle relevante feiten en omstandigheden en deze worden in
onderling verband afgewogen. Daarbij wordt gekeken wat partijen voor ogen hadden
bij het sluiten van de overeenkomst en op welke wijze ze uitvoering hebben gegeven
aan de overeenkomst. Ook de maatschappelijke positie van partijen is van belang.
Wezen gaat immers voor schijn.
Ik zou bepleiten dat er geen sprake is van een gezagsverhouding en daarom geen
sprake is van een arbeidsovereenkomst. Jelle heeft een enorme vrijheid om te
bepalen wanneer hij werkt, en hoeveel opdrachten hij exact aanneemt en daarmee
dus hoeveel hij verdient. Hierbij ontbreekt dus zowel het materieel en formeel gezag
van GoodFood B.V. Daarnaast heeft Jelle zich ingeschreven bij de KvK. Dit heeft hij
zelf bewust gedaan en daarmee had hij bij voorbaat moeten weten dat hij geen
arbeidsovereenkomst was aangegaan maar dat hij als zelfstandige zou gaan werken.
Wat tot discussie kan leiden is wel dat hij verplicht is de arbeid zelfstandig te
verrichten, het is niet toegestaan om zich bij afwezigheid te laten vervangen. O.g.v.
art. 7:659 lid 1 jo 7:610 BW lijkt dit dan weer wel op een arbeidsovereenkomst.
Daarnaast heeft Jelle voorschriften die hij moet nakomen, namelijk de jas die hij
moet dragen en de thermobox die hij moet gebruiken van GoodFood BV. Dit lijkt
weer op werknemerschap (art. 7:660 BW).
Daarnaast zou ik graag willen weten of het bekend is of Jelle eenzelfde
overeenkomst bij meerdere organisaties heeft, dit zou zijn zelfstandigheid namelijk
wel vergroten. Ook zou ik graag willen weten op welke andere wijzen zou blijken dat
hij zelfstandige is. Alle informatie omtrent het ontbreken van gezag zou welkom zijn.
loonstroken of facturen, aok, e-mail verkeer waaruit blijkt dat er wel/geen
gezagsverhouding.
Jelle is rechtenstudent, daarmee zou je kunnen verwachten dat hij zich meer verdiept
in de overeenkomst die hij sluit voorafgaand van het sluiten van de overeenkomst.
Geen aok dan overeenkomst van opdracht.
Vraag 2A: Welk(e) juridische middel(en) staat of staan Charlotte ter
beschikking om duidelijkheid over haar positie te verkrijgen?
Op grond van art. 7:610a BW heb je het zogenaamde rechtsvermoeden van het
bestaan van de arbeidsovereenkomst.
Art. 7:610a BW: Hij die ten behoeve van een ander tegen beloning door die ander
gedurende drie opeenvolgende maanden, wekelijks dan wel gedurende ten minste
, Arbeidsrecht – De werkcolleges
twintig uren per maand arbeid verricht, wordt vermoed deze arbeid te verrichten
krachtens arbeidsovereenkomst.
Op grond van art. 7:610b BW heb je het zogenoemde rechtsvermoeden van de
arbeidsomvang. Hierin staat vrij vertaald dat de arbeidsomvang is hetgeen dat er
gemiddeld in de drie maanden daarvoor is gewerkt. Dit houdt in dat Charlotte die
inmiddels voor 5 maanden 8 uur per week werkt een arbeidsomvang heeft voor 8 uur
per week. Deze uren kan ze op contract claimen. Dat doet ze door naar de
kantonrechter te gaan, wanneer ze hier niet met haar werkgever uit kan komen.
Vraag 2B: Stel, de overeenkomst wordt gekwalificeerd als
oproepovereenkomst met een arbeidsomvang van 8 uur per week. Omdat het
nog steeds rustig is in de wasserette, besluit Maike Charlotte minimaal in te
zetten. Charlotte wordt de komende week 2 uur op maandag ingeroosterd, 1
uur op woensdag, 2 uur op vrijdagochtend en 1 uur op vrijdagavond. Over
hoeveel uren dient Charlotte over deze week betaald te krijgen?
Art. 7:628a BW: elke oproep levert minimaal 3 uur betaald werk op. Dus ze wordt 4x
opgeroepen en daarmee heeft ze recht op 12 uur loon die week. (HR Taxi Wolters
even bekijken).
Vraag 3A: Wat is het feitelijk verschil tussen een payroll- en
uitzendovereenkomst en op welke wijze verschillen deze overeenkomsten qua
juridische kwalificatie van elkaar?
Bij een Payroll-overeenkomst is de Payroll organisatie enkel verantwoordelijk voor de
salaris/administratie afhandeling. De werving & selectie en andere
personeelskwesties blijven bij de organisatie zelf. Bij een uitzendovereenkomst is de
uitzendbureau de werkgever van de werknemer, daar wordt de werknemer als het
ware uitgeleend aan een derde organisatie. (Art. 7:690 BW)
Uitzenden:
- Uitzendbureau gaat aok aan met uitzendkracht
- Uitzendkracht levert arbeid aan ‘inlener’
- Vraag en aanbod koppelen uitzendbureau zoekt het personeel zelf dus.
(Allocatie=functie)
Payroll:
- Payrollonderneming heeft aok met werknemer
- Die werknemer werkt bij bedrijf x
- Geen vraag en aanbod koppelen bedrijven werven en selecteren vaak zelf
en dan vervolgens wordt er door verwezen naar het payrollbedrijf
HR: payroll valt onder uitzendovereenkomst!
Vanaf 2020: payroll eigen regeling in wet en valt ie niet meer onder de
uitzendregeling
Vraag 3B: Hoe luidt u antwoord op vraag A per 1 januari 2020?
Niet heel veel anders. Vanaf dan gaat de Wet Arbeidsmarkt in Balans (WAB) in.
Hierin worden de verschillende soorten overeenkomsten meer gelijkgetrokken. Voor
het verschil tussen payroll- en uitzendovereenkomst zit het hem vooral in het
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller cynthia_clement1991. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.