100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Alle verplichte tentamenliteratuur Van Diagnostiek naar Behandeling 2 (2019/2020) $10.14
Add to cart

Summary

Samenvatting Alle verplichte tentamenliteratuur Van Diagnostiek naar Behandeling 2 (2019/2020)

2 reviews
 194 views  12 purchases
  • Course
  • Institution

Alle verplichte tentamenliteratuur van Diagnostiek naar Behandeling 2. Zie inhoudsopgave voor de losse artikelen.

Preview 3 out of 37  pages

  • December 10, 2019
  • 37
  • 2019/2020
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: maritjonker • 5 year ago

review-writer-avatar

By: uvastudent2109 • 5 year ago

Translated by Google

Very good summary. There is only one article missing Dautovic, E., de Roos, C., Van Rood, Y., Dommerholt, A., & Rodenburg, R. (2016). Pediatric seizure-related post-traumatic stress and anxiety symptoms treated with EMDR: a case series. European Journal of Psychotraumatology* 7 (1), 30123.

reply-writer-avatar

By: jstandaert • 5 year ago

Translated by Google

This article is not a mandatory exam literature, but only necessary to calculate the RCI.:)

avatar-seller
Samenvattingen Van Diagnostiek naar Behandeling 2

Studiejaar 2019-2020



Inhoudsopgave

Week 1
Bosch & Prins - N=1 gevalsstudies kinderen en jongeren. Hoofdstuk 1: Inleiding

Cohen, Feinstein, Masuda, & Vowles - Single-case research design in pediatric psychology:
Considerations regarding data analysis

Chambless & Ollendick - Emperically supported psychological interventions: Controversies
and evidence

Week 2
Prins, Bosch, & Braet - Gedragstherapie bij kinderen en jeugdigen: Geschiedenis, kenmerken
en overwegingen bij het gedragstherapeutische proces

Noorloos, Bosch, & Hermeler - Gedragsassessment en psychodiagnostiek bij kinderen en
jeugdigen: een getrapte benadering

Week 3
Bannink – Positieve cognitieve gedragstherapie

Geller & Porges – Therapeutic presence: Neurophysiological mechanisms mediating feeling
safe in therapeutic relationships


Week 4
Zack, Castonguay, & Boswell - Youth working alliance: a core clinical construct in need of
empirical maturity

Week 5
Van Dorsten, Ten Broeke & Korrelboom - Protocollaire behandeling op maat: een
casusbeschrijving

Borckardt et al. - Clinical practice as natural laboratory for psychotherapy research


Week 6
Hafkenscheid & van Os – Wat ieder die betrokken is bij ROM zich over de metingen moet
realiseren

Week 7
Korrelboom – De transdiagnostische benadering

,Week 1
Bosch & Prins: N=1 gevalsstudies kinderen en jongeren
Hoofdstuk 1: Inleiding
1.1 De plaats van het N=1 design in het psychotherapieonderzoek
Bij N=1 studies worden bij dezelfde patiënt de klachten op een aantal momenten gemeten
tijdens de fase voorafgaand aan de behandeling (de baseline), tijdens de behandeling en de
afronding ervan. Frequentie en ernst van de klachten tijdens de baseline en na afloop kunnen
dan worden vergeleken. Met N=1 zijn grote ontdekkingen gedaan, zoals klassieke
conditionering van Pavlov en operante conditionering van Skinner. Met N=1 kan je de
gedragsverandering op de voet volgen. Je kan beantwoorden: wanneer en onder welke
omstandigheden verandert het gedrag en hoe ontstaan nieuwe gedragspatronen? Het over
langere tijd met herhaalde metingen evalueren van probleemgedrag en het behandelverloop
van een of meer patiënten vanaf baseline tot en met behandelfasen kan nuttige informatie
opleveren over of, wanneer en zelfs waarom een bepaalde interventie werkt. Drie redenen
waarom we wel veel over groepsdesigns leren, maar niet over N=1:
1. Groepsdesigns zijn (wanneer er gerandomiseerd is) geschikt om te controleren voor
variabiliteit die er tussen de deelnemers aan een onderzoek bestaat.
2. Vragen die voor beleidsmakers en verzekeraars belangrijk zijn: Je kan kijken of
behandeling X in het algemeen effectief is om een diagnose te behandelen, vergeleken
met niks doen of een andere behandeling. Ook kan gekeken worden naar welke
interventie het meeste effect heeft voor de grootste groep.
3. N=1 heef te lijden gehad onder een slecht imago

De systematische evaluatie van psychologische interventies via RCTs is heel belangrijk, en
wordt gezien als de gouden standaard voor het testen van de effectiviteit van interventies voor
grote groepen, maar drie belangrijke beperkingen:
1. De RCT levert de beste interne validiteit, maar beperkte externe validiteit. Resultaten
zijn vaak niet van toepassing op individuele patiënt. Komt door strikte inclusie- en
exclusiecriteria die comorbiditeit bijv. uitsluiten en de uitgebreide training die
behandelaars ontvangen. Beiden zijn niet representatief voor klinische praktijk.
2. Effectiviteit van een interventie is vaak situatiespecifiek en afhankelijk van specifieke
omstandigheden. Je kan vaak een protocol niet precies uitvoeren zoals het hoort. En
behandelmethoden worden onderzocht bij groepen patiënten met een specifieke DSM-
classificatie. Maar psychische klachten zijn zeer heterogeen. RCTs gaan uit van scherp
afgebakende ziekten en scherp afgebakende interventies.
3. Het wordt betwijfeld of RCTs wel echt causale verbanden blootleggen. Het
mechanisme dat werkzaam is in de behandeling is niet per se het mechanisme wat de
stoornis veroorzaakt.

N=1 designs geven antwoord op vragen als: hoe effectief is deze interventie of dit onderdeel
van de interventie voor deze patiënt? Tot nu toe zijn er nog geen interventies effectief
bewezen door een aantal N=1 studies, maar altijd op basis van groepsstudies.

1.2 N=1 designs in onderzoek en praktijk
De oudste N=1 methode is de casusbeschrijving: de klinische gevalsbeschrijving. De patiënt
en het verloop van de behandeling wordt beschreven. Er wordt niet expliciet gemeten, behalve
subjectieve indrukken van overwegingen over voortgang en resultaat van de behandeling
(Kleine Albert, Freud). Er is dan geen interventie en het is een niet-experimentele N=1
methode: de experimentele variabele (interventie) wordt niet systematisch gevarieerd. Dat is
voor alles onder de stippellijn. B-fase-trainingsstudie heeft 1 interventiefase en voor-

, nametingsstudie doet geen herhaalde metingen tijdens de interventiefase. Het twee-fasen-A-
B-design (phase change without reversal design) is het eenvoudigste N=1 design. Het A-B-
design verschilt van voor-nametingsonderzoek doordat de meting van de afhankelijke
variabele tijdens de interventie (B) plaatsvindt. Het is een ‘quasi-experimenteel design’,
omdat het een zwakke interne validiteit heeft. Bij een A-B-design moet je namelijk kijken
naar: 1) rijping als mogelijk effect van verandering, 2) de observatie zelf kan
gedragsverandering teweegbrengen, 3) de instrumentatie.




Andere bedreigingen voor interne validiteit zijn 1) type data (objectief/subjectief), 2) gebruik
van herhaald meten versus alleen voor- en nametingen, 3) stabiliteit van het probleem, 4) type
effect (abrupt of geleidelijk).
Een andere variant is A1-B1-A2-B2 design. Dit is een baselinefase, daarna behandeling (B1),
als behandeling wordt afgebroken nieuwe natuurlijke baseline (A2), waarna de behandeling
weer kan worden opgestart (B2).
Alleen de designs boven de horizontale lijn gebruiken N=1 optimaal: interventie wordt
systematisch gevarieerd over verschillende fases en de afhankelijke variabele wordt
herhaaldelijk en frequent gemeten. Er zijn vier experimentele designs, die allemaal
randomisatie toe kunnen passen, maar wordt niet altijd gedaan. Niet elk design is praktisch of
ethisch uitvoerbaar. De baseline is heel belangrijk, een langere baseline is het meest
wenselijk. Vaak wordt de baseline echter vervangen door een eenmalige voormeting met
gestandaardiseerde vragenlijsten.
Tijdreeksdesigns: bepaalde variabelen worden over een bepaalde tijdseenheid herhaaldelijk
gemeten (bijv. elke dag, elke week). Hiermee wordt zichtbaar hoe veranderingen over de tijd
verlopen en niet alleen of er verandering optreedt. Het vergt veel motivatie en werkdruk is
vaak te hoog, maar draagt wel positief bij aan behandelresultaat. Men kan deze gegevens
analyseren en systematisch weergeven.

1.3 Kan het N=1 onderzoek de kloof tussen onderzoek en praktijk overbruggen?
Kennis in de klinische praktijk vindt maar moeilijk zijn weg naar wetenschappelijke
modellen. Wat in effectonderzoek met grote groepen wordt gevonden is aan de andere kant
niet zomaar bruikbaar voor de clinicus. De N=1 methode kan deze kloof op verschillende
manieren overbruggen. Je kan namelijk onderzoeken of een behandeling voor angst bijv. ook

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jstandaert. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $10.14. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

56326 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$10.14  12x  sold
  • (2)
Add to cart
Added