Ik heb hier alle aantekeningen van Colombijn voor het vak GSW :)
Verder verkoop ik ook de aantekeningen van alle (in de stof opgenomen) boekhoofdstukken en artikelen! Neem zeker een kijkje :)
Geschiedenis van de Sociale Wetenschappen (S_GSW)
All documents for this subject (6)
Seller
Follow
lauratol
Reviews received
Content preview
1 Inleiding
Tentamenstof: literatuur en colleges (erg veel, hij zal aangeven wat belangrijk is en wat niet)
SWIM = sociale wetenschap is mensenwerk (de discipline is over het algemeen subjectief)
Docent heeft een eigen samenvatting gemaakt die erg handig is → canvas
Premise of this course: science is, despite its flaws, the best way of gaining insight into the world
Het vak behandeld zowel historisch als sociologisch perspectief
Post-truth society
- High-trust societies: hier vertrouwen mensen elkaar snel
- Low-trust societies: het vertrouwen in anderen is heel laag, waardoor het moeilijk wordt
dingen voor elkaar te krijgen (Nederland daalt in vertrouwen)
- Pre-modern society: kennis is gegeven (religieuze kennis, kennis bij ouderen in de
samenleving) → given truth
- Modern society: kennis ligt nogsteeds buiten de menselijke samenleving, maar door goed
onderzoek kan je de kennis wel vergaren (Verlichting, positivistische benadering) → found
truth
- Postmodern society: kennis is subjectief, dus het is belangrijk om te weten wie onderzoek
heeft gedaan op basis van demografische kenmerken → made truth
- Post-postmodern society: heeft te maken met algoritmes; wat jij vindt, is NIET bepaald door
de waarheid, maar de informatie die verkoopbaar en toegankelijk is → truth as a
marketable product
Multiple definitions of science
= kennis door bewijs, op een structureel/systematische manier vergaard
= the intellectual and practical activity encompassing the systematic study of the structure and
behaviour of the physical and natural world through observation and experiment in order to
increase the stock of knowledge (knowledge of man, culture and society)
= science is the more or less systematic search for knowledge by experts, who react to earlier
knowledge and share their ideas with others
Exacte wetenschappers hebben een grotere status, want die kunnen hardere wetten maken door
bijvoorbeeld formules. Sociale wetenschappers hebben te maken met een samenleving vol met
mensen met verschillende achtergronden, hierdoor reageert iedereen anders.
, 2 Institutionalisering
Olifantenoog: het is maar een klein deel van het hele deel, dus probeer altijd te kijken naar de
gehele situatie en let op veel verschillende situaties/variabelen
Betekenis institutionalisering = instituties zijn bevroren antwoorden (bevroren: instituties krijgen
langzaam maar zeker hun vorm) op terugkerende, fundamentele vragen binnen de samenleving
(kernvragen)
- VB: het huwelijk is een institutie geworden op de vraag: hoe kan je zorgen dat volwassenen
zich conducteren aan het grootbrengen van kinderen?
- Grote instituties: parlement, staatswetten, onderwijs, persvrijheid, gezondheidszorg
- Kleine instituties: dingen die routine zijn geworden in ons hoofd, deze zijn normaal geworden
(vuilnisdienst die elke week de bak komt legen, stil zijn in een museum, siësta)
- Objecten kunnen ook instituties zijn: taxi’s, Big Mac
Sociology of knowledge: realiteit is een sociale constructie en de manier waarop kennis wordt
geproduceerd zal geanalyseerd moeten worden
Thomas theorem (basisidee binnen het sociale constructivisme)
- If men define situations as real, they are real in their consequences → als mensen betekenis
geven aan bepaalde situaties en ze ervaren die situaties als werkelijk, zullen mensen
handelen naar de manier waarop ze die situatie als reëel ervaren
- VB 1: als mensen vinden dat de dieren in de Oostvaardersplassen in een concentratiekamp
leven, is de logische consequentie dat die mensen de dieren willen bevrijden (bijvoeren)
- VB 2: als Poetin vindt dat Oekraïne wordt geregeerd door een Naziregime, is de inval en
oorlog meteen gerechtvaardigd
- Verschillende actoren kunnen eenzelfde situatie anders interpreteren
- Een gedeelde wereld bestaat ook: ookal verschil je van mening, bepaalde dingen kan je
niet negeren, dus de wereld heeft een intersubjectieve duiding
- Sociale orde (regelmaat in ons gedrag) is alleen mogelijk als uitkomst van menselijk
activiteit, onderworpen aan gewoontevorming (habitualization) → je kan niet een orde
hebben die losstaat van menselijk gedrag
Proces van institutionalisering
Institutionalisering gebeurt allereerst als actoren hun verschillende gedragingen wederzijds
herkennen en erkennen en vervolgens handelen naar elkaars rol erin, waardoor er een gedeelde
realiteit ontstaat. Vervolgens moet het gevoel komen dat iets ‘altijd al zo geweest is’, of in ieder
geval dat iets al heel lang zo bestaan heeft. Op een gegeven moment wordt iets dan ervaren als
een feit. Dan is het proces van institutionalisering voltooid; het maakt dan ook niet meer uit wie
welke rol heeft.
- VB: eerst komt een verzetsbeweging met de persvrijheid, mensen gaan op zoek naar wie is
gekomen met het idee, de krant wordt ondertussen groter en er valt bijna niet meer te
achterhalen wie de bedenker was en vervolgens wordt het geaccepteerd door iedereen
- Zo is de Volkskrant een institutie, los van wie de redactie vormt, want de krant wordt ervaren
als een harde wekelijkheid, als een feit/objectieve waarheid en daardoor hebben instituties
invloed op mensen
- VB: het Britse parlement is een institutie, want nergens in de Britse grondwet is vastgelegd
hoe het moet fungeren, maar men erkend het en handelt er naar; het is een grote macht
Drie mechanismen die verantwoordelijk zijn voor het gevoel dat iets er altijd al is geweest,
waardoor iets als een feit wordt gezien:
1. Sancties: het bestraffen/belonen van mensen die zich wel/niet naar de institutie gedragen
2. Symbolen: taal kan het gevoel geven van iets dat bestaat buiten onszelf (als je kan praten
over de universiteit en iedereen begrijpt je, dan is de uni een institutie geworden)
3. Rollen: iedereen die dezelfde kennis heeft van de sociale werkelijkheid en orde wordt
uitgedrukt in bepaalde rollen (mensen die zich op een bepaalde manier gedragen) → zo
, wordt een dokter uitgebeeld met een witte jas en stethoscoop en een hypotheekadviseur
heeft vaak een bloknotitie voor zich met een stift of een tablet
De VU is een institutionalisering, want:
- De uni heeft de naam van de VU, dus het zal wel bestaan
- Het merkt met diploma’s en programma’s
- Bestaat uit verschillende faculteiten en departementen
- Heeft regels omtrent onderwijs en toetsing en theses
- Website
- Logo
- Waarden: open (diverse religies, diverse disciplines), persoonlijk en verantwoordelijk
- Academische titels: BSc, Msc, PhD
- Heeft een campus
- Rituelen: opening van het academische jaar, toga’s
Het maken en praten over wetenschappelijke kennis is niet gelijk verdeeld; van sommigen wordt
het meer erkend, namelijk van experts, daarom zijn experts (deskundigen) instituties
Het begrip institutionalisering houdt verband met een aantal andere begrippen:
- Generatie: het maakt uit in welke tijd je opgroeit, heeft invloed op hoe je de wereld ervaart
en observeert en hoe je reageert op dingen
- Epistemische cultuur (de manier waarop je onderzoek doet): verschillende disciplines
hebben verschillende opvattingen en verschillende regels
- Canon (lijst met belangrijkste boeken)
Disciplines zijn ook geïnstitutionaliseerd: elke discipline claimt een bepaald onderwerp en de
mensen van die discipline beschermen hun terrein, terwijl een bepaald onderwerp door
verschillende terreinen goed benaderd kan worden
Disciplines binnen het onderwijs vinden allemaal hun oorsprong in de oude filosofie van de
Oudheid, maar sommigen disciplines zijn meer erkend (psychologie) dan
Agnotologie = het onderzoek naar oorzaken en effecten van het negeren van kennis
, 3 Institutionalisation of sociology
Sociologie = de studie van sociale systemen
Eller mist in zijn definitie van institutionalisering de term macht/machtsongelijkheid
‘Wetenschap heeft een soort Janushoofd (Griekse god)’ → twee gezichten, want:
1. Ready made science (when things are true, they hold)
2. Science in the making (when things hold, they are probably true)
Black box: wat gepresenteerd wordt als een feit, zal door mensen aangenomen worden + iets
werkt, maar het blijft onzichtbaar hoe het werkt
Of we iets als waar aannemen, zit niet in de stelling/uitspraak van de onderzoeker, maar in de
zinnen eromheen, waarbij anderen vragen stellen over de hypothese van de wetenschappen →
de status van een wetenschappelijk uitspraak hangt niet af van de statement, maar van wat
mensen er later over zeggen
Positive modalities: zinnen die de oorspronkelijke uitspraak wegleiden van de chaos waarmee het
onderzoek is gedaan, waarbij een suggestie van een feit wordt gegeven
Negative modalities: deze bouwen de onzekerheid in, hier wordt twijfel gezaaid
Institutionalisation of disciplines throughout Eller’s chapters
- Alle hoofdstukken beginnen met sociologen met oude oorsprong (Grieken)
- Vervolgens worden er sleutelfiguren besproken en belangrijke werken
Ancestors
- Comte de Saint-Simon (denker van de Franse Revolutie)
- Herbert Spencer (de eerste theorieën gevormd en wetten gebruikt)
- August Comte (heeft voor het eerst het woord sociologie gebruikt)
Émile Durkheim is de eerste die een plek heeft willen geven aan sociologie op de universiteiten. Hij
liet zien dat het vak belangrijk was, door te laten zien dat het bestaat. Eerste sociologie college in
1886. Hij was ook de oprichter van het eerste (Franse) sociologische tijdschrift. Hij heeft vier
belangrijke boeken geschreven, waarbij hij bewust probeert sociologie een plek te geven. Eentje
daarvan heet suicide, waarvan hij vindt dat zelfmoord de meest individualistische daad is. Er zijn
bepaalde tijden in het jaar dat er meer zelfmoord is; hij concludeerde dat dat duidt op een social
gedrag → vier soorten zelfmoord, gebaseerd op de mate waarin de samenleving strak is
gereguleerd (regulation) en integration
- Altruisitic suicide: je voelt dat het van je omgeving wordt verwacht dat je zelfmoord pleegt
(terrorisme, cult, kamikaze (groep mensen die uit een vliegtuig springen in Japan))
- Egoïstische zelfmoord: je zit in je eigen wereld en ziet geen weg eruit
- Anomische zelfmoord: als de regels, structuur en orde in een samenleving wegvallen
(zelfdoding na de Beurskrach (periode van onzekerheid), anomie (normloosheid) kan ook
plaatvinden in tijden waarin in alles opeens extreem goed is)
- Fatalistic suicide: overregulering van je leven, waardoor je jezelf van het leven wil benemen
(enorme werkdruk)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lauratol. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.68. You're not tied to anything after your purchase.