Immuniteit en infecties niet altijd in balans (BKULE00V4A)
All documents for this subject (4)
Seller
Follow
lienconvents
Content preview
IMMUNITEIT EN INFECTIES
HOOFDSTUK 1: PARASITAIRE INFECTIES
OVERZICHT IMMUUN SYSTEEM
- Antigen:
o Eigen antigen herkennen = auto-immuniteit
o Niet-eigen antigen herkennen = verdediging tegen micro-organismen
- 2 soorten immuniteit
o Aangeboren immuniteit:
Onmiddellijke herkenning door bepaalde R
Snelle immuunrespons
o Adaptieve immuniteit:
Trager, kleine week duren vooraleer je deze respons op gang brengt
Te maken met Ab, T-cellen en B-cellen
Voordeel: om het even welk niet-eigen antigen herkennen en bestrijden
- Regeling van immunologische reacties door zgn cytokinen (= hormonen van het
immuunsysteem)
- “overdreven” immuunreactie => inflammatie
AANGEBOREN IMMUNITEI T
- herkenning van pathogene agentia via PAMP (pathogen-associated molecular pattern)-
receptoren
o receptoren voor antigen-antistof complexen
o receptoren die bepaalde microbe kunnen herkennen bv. TLR4 herkent de
lipopolysacharide op gram+ bacteriën
- neutrofiele granulocyten en macrofagen zijn de belangrijkste fagocyten
o als Ab aan Ag bindt => conformatieverandering in constante deel van de Ab =>
herkent door Fc receptoren => onmiddellijk fagocyteren
o fagosoom versmelt met lysosoom
o micro-organisme wordt afgebroken
- eosinofiele granulocyten vallen grotere organismen (bvb. wormen) aan door degranulatie
van toxische stoffen
- basofiele granulocyten zijn verantwoordelijk voor allergische reacties
ADAPTIEVE IMMUNITEIT
- trager op gang, maar kan eigenlijk om het even welk niet-eigen eiwit herkennen & elimineren
- Adaptieve immuniteit tegen intracellulaire pathogenen (bv. virus geïnfecteerde cel):
o eiwit vh pathogeen intracellulair in cytoplasma afgebroken door proteasoom =>
peptides van 10tal AZ lang
o transport naar ER => peptides laden in MHCI molecule (aanw op alle cellen) => naar
cel-opp => herkent door CD8+ T-cel met R => CTL gaat cel afdoden
o CTL maakt het verschil tss eigen & niet-eigen => stel niet-eigen DAN cel afgedood
1
, - Adaptieve immuniteit tegen extracellulaire pathogenen:
o Eiwit extracellulair => opgenomen door APC
o Endosoom gaat antigen kapot klieven tot peptide => presenteren op MHCII (enkel
aanw op APC)
o Complex op opp van APC gebracht => herkent door CD4+ T-cel => geactiveerd tot Th
cel => interageert met B-cel => B-cel R bindt antigen => maakt antistof tegen antigen
o Hoe werkt B-cel?
Naiëve B-cel gaat Ab aanmaken, enkel membraangebonden Ab
Antistof herkent antigen => binden => endocytose
Ag wordt afgebroken in fagolysosoom tot peptides
Peptides worden geladen in MHCII => naar het opp van de B-cel
MHCII met antigen herkent door Th cel
Dan pas T-cel de B-cel verder activeren => Ab ook secreteren
(eventueel isotype switch)
o Th cel maakt onderscheid tss eigen en niet-eigen => stel niet-eigen DNA Th cel
geactiveerd
VERSCHILLENDE KLASSEN VAN TH CELLEN
Th1 cel:
- Zorgen dat B-cellen cytofiele antistoffen maken (opsonisatie = Ab bindt op Ag waardoor er
een conformatieverandering is en deze gemakkelijker herkent worden door Fc R DUS ook
snellere fagocytose)
- Stimulatie cellulaire immuniteit (activatie van macrofagen)
- Uitgesproken bij virale en intracellulaire infecties
- Veel betere activatie van CD8+ T-cellen
Th2 cel:
- Non-cytofiele antistoffen
- IgE antistoffen => kunnen leiden tot allergische reactie
- Typisch bij worm-infecties
- Eosinofielen ook goed reageren => aanleiding geven tot degranulatie
Th17 cel:
- Stimulatie aanmaak neutrofiele chemokines => aantrekking van neutrofiele granulocyten
- Typisch bij bacteriële infecties
Treg cel:
- “regulatorische T-cellen”
- Verminderen de immuunrespons => vermijden een te sterke immuunrespons & gaan auto-
immuniteit tegen
2
,CYTOKINEN
Th1: macrofaag/DC produceert IL-12
- IL-12 induceert IFN-g in T-cellen en NK-cellen
- IFN-gamma activeert macrofaag/DC
o productie TNF-a (pro-inflammatoir)
Th2 cel produceert IL-4 en IL-10
- IL-4 activeert B-cellen
- IL-10 is immunosuppressief en de-activerend
Th17 cel produceert IL-17 (=> induceert neutrofiel-aantrekkende chemokinen)
Treg: produceren IL-10
IL-6: induceert acuut-fase eiwitten in de lever en stimuleert B-cellen om Ig te maken
INFECTIES EN IMMUNITEIT: NIET ALTIJD IN BALANS
Immuunreactie gebalanceerd tov pathogeen?
- Goed-gebalanceerde immuunreactie:
o Verwijderen van microben/parasieten
o Als parasiet niet verwijdert wordt => toch voldoende onderdrukken zodat we
asymptomatische pathologie hebben
- Niet-gebalanceerde immuunreactie:
o Niet voldoende effectief:
Parasiet te fel prolifereren, heel hoog aantal parasieten
Kan problemen geven, lethaal zijn
o Te fel effectief:
Zware inflammatie, terwijl aantal parasieten heel laag
Kan ook lethaal zijn, gepaard met metabole problemen bv. weefselschade
Let op!!!:
- Wat bepaalde de balans?
o Parasiet- en gastheergenen, omgevingsfactoren, co-infecties, behandelingen, ….
- Dood van de gastheer = dood van de parasiet DUS parasiet heeft niet als doel om de gastheer
te doden, parasiet streeft naar die goede balans tss parasiet en immuunreactie
HEMOFLAGELLATEN
ALGEMENE MORFOLOGIE
- Amastigoot = zonder flagel; promastigoot = einstandige flagel
- Epimastigoot = flagel zijdelings verbonden met cel door membraan
- Trypomastigoot = flagel zijdelings verbonden met cel, nu ook voorbij de celkern
3
, 1. AFRIKAANSE TRYPANOSO MA – AFRIKAANSE SLAAPZIEKTE
- Bron Afrikaanse slaapziekte
- 2 soorten Trypanosoma:
o T. brucei rhodesiense: Oost-Afrika, vrij acuut (2-6 maand)
o T. brucei gambiense: West Afrika, chronisch (2-4 jaar)
- Vector = tsetse vlieg (Glossina)
- Via speeksel van de vlieg in het bloed
- 2 soorten trypomastigoten:
o “slender” trypomastigoten: vermenigvuldigen zich in het bloed
o “stumpy” trypomastigoten: nieuwe tsetse vlieg infecteren + kan ook door BHB in
centraal zenuwstelsel & cerebrospinaal vocht geraken
- Zoonose; een groot probleem voor de veehouderij in Afrika
o “nagana” in huisdieren en vee: veroorzaakt door T. brucei brucei, T. Vivax en T.
congolense
- ziekte is weer fel toegenomen sinds 1960
SYMPTOMEN
- “Trypanosomal chancre”: 1-2 dagen na de beet van de tsetsevlieg, lymfeknopen zwellen op
- Onregelmatige koorts en hoofdpijn
- anemie
- neurologische symptomen (want doorheen BHB)
o Tremor van tong en oogleden
o Progressieve apathie
o Verminderde eetlust, anorexie
o Langer slapen
o Verlamming
o Irreversiebele coma
- Verstoorde slaappatronen
DIAGNOSE
- Winterbottom’s teken: neurologische symptomen gecombineerd met vergrote cervicale
lymfeknopen
- Uitstrijkjes van bloed en cerebrospinaal vocht
- Antistoffen
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lienconvents. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.18. You're not tied to anything after your purchase.