100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting oftamologie $7.92
Add to cart

Summary

Samenvatting oftamologie

1 review
 45 views  3 purchases
  • Course
  • Institution

Dit document is een samenvatting van het onderdeel oftalmologie van het vak zintuig 1 in de 2e master geneeskunde. Het is een overzichtelijk document, dat je een beter inzicht geeft in de te kennen leerstof. Dit document is een samenvatting tot en met hoofdstuk 9 "traumata van het oog"

Preview 4 out of 54  pages

  • September 23, 2024
  • 54
  • 2023/2024
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: Jeff12123 • 2 weeks ago

Translated by Google

table of contents does not match content at all...

avatar-seller
Samenvatting oftalmologie: Prof
Casteels
Inhoudstabel
1. Anatomie, fysiologie en histologie van het oog en het visuele systeem
2. Het oogonderzoek en onderzoekstechnieken in de oogheelkundige kliniek
3. Refractie afwijkingen en optische correcties
4. Het rode oog
5. Belangrijkste systeemziekten met oftalmologische afwijkingen en oftalmologische medicatie
6. Trage visusdaling bij uitwendig normaal oog
7. Plotse visusdaling bij uitwendig normaal oog
8. Oogleden, orbita en traanwegen
9. Traumata van het oog

1. Anatomie, fysiologie en histologie van het oog en het
visuele systeem
1.1. Inleiding
Anatomisch gebied van oogheelkunde:
- Oogbol
- Oogkas
- Oogleden
- Zenuwen
- Bloedvaten

1.2. De oogbol
Oogbol
- Gelegen in de orbita
- Voorachterwaartse diameter van 24.2 mm
- Ondersteund door accessoire structuren
(Adnexen)
o Oogleden
o Conjuctivae
o Traanapparaat
o (uitwendige oogspieren)
Oogbol wordt onderverdeeld in 2 segmenten
- Voorste segment: tussen cornea en lens
- Achterste segment: achter het achterste
lenskapsel

1.2.1. Sclera en cornea
Buitenste laag van oogbol = sclera (of harde oogrok)
Bloedvoorziening: gering via ciliaire arteriën

OPM: sclera en cornea vormen samen een stevig omhulsel, dat door intraoculaire druk op spanning
gehouden wordt zodat de bolvorm van het oog behouden blijft

,Voorste gedeelte van de sclera: sterkere kromming en glashelder doorzichtig  cornea (hoornvlies)
- Diameter: 12 mm
- Dikte: 600µm

Cornea
Opbouw
Bestaat uit 5 lagen
- Epitheel: 5-6 cellagen
- Laag van Bowman: acellulair, helder
- Stroma: 90% van de cornea, collageenfibrillen
- Descemet membraan: lamina basalis
- Endotheel : 1 laag cellen met beperkte celdeling 
helderheid van cornea wordt zo behouden

Functie
Helderheid van cornea ontstaat door
- Parallelle opbouw van cornea lamellen
- Pompfunctie van endotheelcellen
Gevoelig orgaan: rijk aan sensibele zenuwuiteinden
Vanaf dat er een vuiltje in het oog zit doet het enorm veel pijn
Niet gevasculariseerd
Voeding: via pompmechanisme vanuit het kamerwater in voorste oogkamer

1.2.2. Uvea
Bestaat uit 3 delen:
- Choroidea (vaatvlies)
o Lamina vasculosa: grote vaten buitenkant
o Lamina choroidocapillaris: laag fijne vaatjes binnenkant
 Bezit een bijzonder dicht vlechtwerk van vaatjes, vooral in het gebied van de
fovea centralis
o Membraan van Bruch: basale membraan van pigmentblad van retina
- Corpus ciliare (straallichaam)
o Functies
 Productie van voorkamervocht
 Route: achterste oogsegment 
door pupil  voorste oogkamer 
afgevoerd thv trabeculum
 Lensophanging: aan zonulaire vezels die
verbonden zijn met corpus ciliare
 Accommodatie: bevat m. ciliaris, kan zonulae
opspannen en relaxeren  ooglens een wisselende scherpstelling geven voor
objecten veraf en kortbij
- Iris (regenboogvlies): diafragma rond een centrale opening, de pupil
o 2 gladde spiertjes reguleren de pupilgrootte
 M sphincter pupillae (Parasympatische innervatie)
 M dilator pupillae (sympatische innervatie)
o Pupil: regelt hoeveelheid licht die op retina komt
 Isocorie: beide pupillen zijn even groot
 Anisocorie: verschil in grootte van pupillen
 Mydriase: pupillen zijn groot

,  Miose: pupillen zijn klein
 Opening
 Gemiddeld: 3mm
 Bij jongere wijder, bij oudere wordt die kleiner en stugger

1.2.3. Retina
Ontstaat uit een bekervormige uitstulping van de hersenen
Bestaat uit
- Buitenste pigmentlaag
o Ligt tegen de binnenzijde van choroidea aan en bedekt naar voor toe ook corpus
ciliare en achterzijde van iris
o Hechte functionele en mechanische verbinding tussen het pigmentepitheel en
fotoreceptorcellen
 Pathologische scheiding hiertussen = netvliesloslating
o Functies
 Absorbeert licht  gaat weerkaatsing licht in de oogbol tegen
 Vitamine-A-metabolisme
 Instandhouding bloed-retinabarrière
 Fagocytose van zich vernieuwende fotoreceptoren
 Licht- en warmte uitwisseling met de aderen
o O2-voorziening pigmentepitheel en fotoreceptoren door diffusie uit choriocapillaris
- Binnenste neurale laag
o Bevat ganglioncellen  bipolaire neuronen  foto-receptoren (staafjes en kegeltjes)
 Lichtstralen moeten ganglioncellen en bipolaire neuronen
passeren voor ze foto-receptoren bereiken
 Foto-receptoren
 Kegeltjes: 6 milj, met sterke ophoping in achterpool,
vooral in de fovea centralis (daarop
gezichtsscherpte hier het grootste)
o Functie: kleurenzien, scherp zien
 Staafjes: 12 milj, vooral in de periferie van het
netvlies
o Functie: zien bij lage intensiteit
 Hebben verschil in vorm en verschillende
fotopigmenten
o Rodopsine in staafjes

1.3. Voorste en achterste oogkamer, glasvochtruimte
1.3.1. Voorste oogkamer
Voorkant begrensd door achterzijde van cornea
Achterkant begrensd door iris en voorste kapsel van de lens
Diepte: 3 mm
Varieert met aslengte, accommodatietoestand en leeftijd
Hier bevindt zich kamerwater
Voorziet voeding in cornea en de lens

1.3.2. Achterste oogkamer
Voor- en zijkant begrensd door achtervlak van de iris en corpus ciliare
Achterkant begrensd door lens en voorste van het voorste glasvochtmembraan
Volume 0.06ml

, Wordt doorkruist door ophangvezeltjes van de lens, de zonulae ciliares

1.3.3. Glasvocht of vitreum
= Helder avasculair gelatineus lichaam
Glasvocht
- 4.5ml  grootste volume van de 3 compartimenten van het oog
- Bestaat uit fibrillair netwerk gevuld met 98% water en 2% collageen en hyaluronzuur
Vult de ruimte begrensd door de lens, retina en de papil
Pathologie: degeneratie, glasvochtloslating

1.4. De lens
Embryologie:
1. Eerste 2 weken na conceptie: blaasje in het ectoderm vormt lensplacode
2. Door een instulping ontstaat de lensgroeve waaruit het lensblaasjes afgegrensd wordt dat
aan de binnenzijde bedekt is met epitheelcellen
3. Deze epitheelcellen delen verder en vormen de lens

Kenmerken
- Actieve stofwisseling
o Voeding wordt verzorgd vanuit het voorkamervocht dat door kapsel diffundeert
o Actief transport in vorm van kationenpomp
- Eiwitrijkste orgaan van het lichaam (eiwitgehalte: 35%)

Structuur: biconvexe, avasculaire heldere structuur
9mm diameter, 4 mm dik
Over 360° opgehangen aan zonulaire vezels, verbonden met het corpus ciliare
Omhuld door het lenskapsel, opgehangen en uitgespannen binnen de ring van het corpus
ciliare

Functie
- Licht doorlaten
- Lichtstralen bundelen
- Werkt als UV-filter
- Beeld dichtbij scherp stellen (accommodatie)
o Ontspannen van m. ciliaris (iets in de verte bekijken): diameter van corpus ciliare max
 lenskapsel maximaal aangespannen door zonulae  lens plat
o Contractie van m. ciliaris (iets van dichtbij bekijken): diameter van corpus ciliare
kleiner  zonulae worden slapper  lens boller (= accommodatie)
o Het accommodatievermogen daalt met de leeftijd
 1e levensjaar: 18D
 30-jaar: 7D
 40-jaar: 4.5D
 45-jaar: 2.5D
 65-jaar: geen enkel accommodatievermogen = presbyopie

 Niet enkel verlies aan accommodatievermogen, maar ook langzaam
vertroebeling van lens (staar)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lieslseverens. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.92. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.92  3x  sold
  • (1)
Add to cart
Added