100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting MZK 1 - Parodontologie, Preventie, Plaque (MHVP1CLL2B) $14.48
Add to cart

Summary

Samenvatting MZK 1 - Parodontologie, Preventie, Plaque (MHVP1CLL2B)

 3 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Ben jij eerstejaars Mondzorgkunde en op zoek naar een goede voorbereiding voor het tentamen Parodontologie, Preventie en Plaque? Mijn zeer overzichtelijke samenvatting, met alle benodigde informatie, helpt je gegarandeerd verder. Ik heb hiermee zelf een 8,5 gehaald! Wat je krijgt: - Heldere uit...

[Show more]

Preview 4 out of 32  pages

  • September 23, 2024
  • 32
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
College 1 – Microbiologie
Definities van microbiologie:
• Microbiologie = De wetenschap van de micro-organismen, meer specifiek vooral de
bacteriën, eencellige schimmels oftewel gisten, (soms ook) schimmels en virussen.
• Microbiologen houden zich bezig met de studie van dergelijke micro-organismen.
➔ Daarbij ligt het accent vooral op de studie van de biochemie (=wat hebben micro-
organismen nodig om te kunnen leven) en de ecologie (=hoe leven micro-
organismen samen met hun omgeving)
• Ziekteverwekkende micro-organismen worden vanouds vooral bestudeerd in de
medische (en veterinaire) microbiologie.

Typen microbes (=micro-organismen):
Microbe Grootte
Fungi 2-300 µm
5-10 µm (gist)
Bacterie 0,3 µm
Virussen 0,01-0,25 µm
Protozoa
Algae
Microbes zijn kleiner dan een menselijke cel, want die is 15 µm groot.

Kenmerken van schimmels (=fungi):
Fungi kunnen in 2 vormen voorkomen =
→ Eencelligen (bv. gisten voor bier en brood)
→ Meercelligen (bv. paddenstoelen/zwammen)
o Saprofyten (=afbraak van plantaardig materiaal dat belangrijk is voor recycle
processen in de natuur bv. bij een dode boom zodat er nieuw leven kan groeien).
Schimmels leven vaak in symbiose (=samenlevingsvorm bv. waarbij een schimmel
mineralen levert aan een boom in ruil voor suikers). Sommige schimmels zijn
parasieten (=wanneer de samenlevingsvorm uit balans is en voor de plant is dit
schadelijk bv. bij iepen en kastanje)
o Schimmels zijn eukaryoten (=cellen met een kern)
o Hyfen = schimmeldraden die uit cellen bestaan, gescheiden door celwanden met
poriën voor uitwisseling van cytoplasma.

Genus – Penicillium:
Penicillium = een schimmelsoort (=genus of fungi) die belangrijk is voor de natuurlijke
omgeving en de mens om voedsel en medicijnen te produceren.
o Sommige penicilliumsoorten worden gebruikt om kaas te maken (P=Penicillium) bv. P
camemberti, P roqueforti, P glaucum (gorgonzola).
o Sommige penicilliumschimmels kunnen worden gebruikt om infecties te bestrijden en
produceren penicilline, dit is een molecuul dat wordt gebruikt als antibiotica en dood
bacteriën of stopt de groei van specifieke soorten bacteriën in het lichaam bv. P
notatum, P rubens en P chrysogenum. Door Alexander Fleming is ontdekt dat de
penicillineschimmel ook antibioticum maakt.

Genus – Candida:
• Deze schimmel is bij vrijwel iedereen aanwezig als onschadelijke commensaal
(=vredige samenleving tussen schimmel en mens) in de mond, darm, vagina en op
de huid dit vormt met bacteriën een zeker evenwicht.
• Kinderen bouwen natuurlijke weerstand op tegen deze schimmel, die voornamelijk
aanwezig is in de mond bij de productie van speeksel, want daar zitten ook stoffen
die schimmels onder controle houden voor een gezonde balans
(=antischimmelwerking van speeksel). Bij verminderde weerstand (bv. bij ziekte of


1

, langdurig antibiotica gebruik, roken, diabetes) kan de schimmel overwicht krijgen op
de bacteriën en ontstaat er een opportunistische infectie.
• Candidiasis = spruw bij babies waarbij er een teveel is aan schimmel.

Kenmerken van bacteriën: (Belangrijk! t/m LPS molecuul)
Bacteriën zijn prokaryoten (=hebben geen kern of andere celorganellen met membranen)
- Bacteriën hebben 1 chromosoom, plasmid, flagellen (=staart voor beweging), pili
(=uitstekende haartjes om vast te hechten voor het vormen van een kolonie), celwand en
slijmerig kapsel.
→ Plasmid (=klein, rond stukje DNA)
▪ kan onafhankelijk van het chromosomale DNA repliceren.
▪ kan van de ene bacterie doorgegeven worden aan de andere bacterie.
▪ eigenschappen die de ene bacteria een voordeel geeft boven de
andere (bv. Antibiotica resistentie).




Bacteriën komen in verschillende vormen voor:
• Cocci (mv van coccen) = ronde bacterie vorm. Kan een cluster of keten vormen.
• Bacilli (mv van bacillen) = staafvormige bacteriën. Kan een keten vormen.
• Spirilla = spiraalvormige bacteriën. Kunnen bewegen.




De celwand van bacteriën bestaat uit peptidoglycan (mureïne) en beïnvloed de kleuring
van bacteriën wanneer de kleurstof kristalviolet wordt toegevoegd.
- Celwand: kan verschillen tussen bacteriën.
Bacteriën kunnen twee soorten celwand hebben:
- Gram-negatief: een dunnere celwand met daar omheen nog een
buitenmembraan. Bij kleuring in het lab zal de bacterie roze kleuren,
doordat de kleurstof kristalviolet wordt uitgespoeld, omdat de celwand
dun is en niet wordt opgenomen.
→ Dunne celwand 1-3 moleculen dik.
- Gram-positief: een dikke celwand zonder buitenmembraan. Bij
kleuring in het lab zal de bacterie paars kleuren. (Positief = paars). De
kristalviolet wordt niet uitgespoeld, omdat de celwand dik is en wordt
opgenomen
→ Dikke celwand 30-200 moleculen dik




2

,Bacteriën kunnen ons ziek maken doordat ze schadelijke stoffen uitscheiden. Deze
schadelijke stoffen, ook wel toxinen genoemd, kunnen leiden tot koorts, shock en in extreme
gevallen tot dood. Er bestaan twee soorten toxinen:
- Exotoxinen: worden door de bacterie aangemaakt, actief geproduceerd en uitgescheiden
door zowel gram-positieve bacteriën als gram-negatieve bacteriën. Er zijn weinig exotoxinen
nodig voor grote gevolgen. Voorbeelden hiervan zijn cholera, difterie en tetanus.
- Endotoxinen: zitten in het buitenmembraan van gram-negatieve bacteriën. De celwand
van de gram-negatieve bacterie bestaat uit peptidoglycaan, de buitenste laag van het
buitenmembraan bestaat uit lipopolysacharide (LPS).

LPS is het molecuul die de mens erg ziek kan maken.
Bestaat uit:
• Lipide A: zit in het membraan vast, bevat de
endotoxinen die de mens ziek maken.
• Kerngedeelte
• Antigeen O: de lange staart. Deze verschilt sterk
tussen verschillende bacteriesoorten, hieraan kan
het lichaam de bacteriesoort herkennen. Dit is
belangrijk voor het aanzetten van de juiste
immuunrespons.

Binary fission
Bacteriën kunnen groeien door zich domweg te splitsen, dit noemen we binary fission.
➔ Deze groei is exponentieel, iedere cel splitst zich steeds (1-> 2 -> 4 -> 8 etc.).
➔ De generatietijd is de tijd die het kost om van één moedercel naar twee
dochtercellen te komen. Deze varieert per bacteriesoort van 12 minuten tot 24
uur. Een prokaryoot heeft maar één chromosoom, deze
verdubbelt, wordt naar de polen toe getrokken, er wordt een
nieuwe celwand aangemaakt en de cel splitst zich af.

Het is een simpele manier van reproduceren, het is a-seksueel dus het
DNA wordt gekopieerd en niet uitgewisseld. Er is maar één microtubulus
nodig om de chromosomen naar de pool van de dochtercel toe te trekken.

Bacteriën kunnen op twee manieren opgekweekt worden:
1. Op een vaste bodem (petrischaaltje, agar bodemplaat)
2. Vloeibaar (in buisjes, medium kweek).

Bacteriën groeien niet overal, ze houden van bepaalde omstandigheden.
Groeiomstandigheden zoals:
o Temperatuur: meestal rond de 37 graden, soms thermofielen die warmere
temperatuur willen.
o Zuurgraad: meestal neutrale pH, sommige bacteriën zijn acidofiel andere weer
basofiel.
o Zuurstofspanning: hoeveelheid aanwezige zuurstof, anaeroob of aeroob.
o Osmotische waarde: hypertoon, isotoon of hypotoon.
o Aanwezigheid van specifieke nutriënten.

Bacteriën groeien bij een optimum het best. Als de temperatuur precies wenselijk is zal de
bacterie het snelst groeien. Mocht de temperatuur bijvoorbeeld lager liggen, dan groeien de
bacteriën nog wel, maar langzamer. Dit geldt niet alleen voor de temperatuur, maar ook voor
bijvoorbeeld de zuurgraad, hoeveelheid zuurstof etc.




3

, Voorbeeld: Deze bacterie heeft een optimum van 37 graden en groeit niet meer boven de 45
graden.


Afhankelijk van de ligging van het optimum spreekt men van
thermofiele micro-organismen (groeien het best bij hogere
temperaturen), mesofiele mico-organismen (groeien het
best bij gemiddelde temperaturen) of psychrofiele micro-
organismen (groeien het best bij lagere temperaturen).

Als je bacteriën in een vloeistof wil opkweken moet de
bacterie eerst even wennen, de hoeveelheid bacteriën blijft
laag. Hierna gaat de bacterie exponentieel groeien totdat alle voedingsstoffen in die vloeistof
opraken, dan stopt de groei van het aantal bacteriën. Als deze voedingsstoffen niet worden
aangevuld zal het aantal levende bacteriën langzamerhand afnemen.


Lag fase is de ‘wenfase’, daarna de exponentiële groei
fase, als de voedingsstoffen op zijn is de stationaire fase en
als de voedingsstoffen helemaal uitgeput zijn zie je een
afname in aantal bacteriën.




De voedingsstoffen die bacteriën nodig hebben kunnen we onderscheid maken tussen:
o Macronutriënten: hier heeft de bacterie veel van nodig. Bijvoorbeeld koolstof,
stikstof, fosfor, zwavel etc.
o Micronutriënten: heeft de bacterie ook nodig, maar in kleinere hoeveelheden.
Bijvoorbeeld kobalt, zink, koper, mangaan etc.

Deze voedingsstoffen worden gebruikt voor het metabolisme (stofwisseling) van de cel. Er
vallen twee begrippen onder het metabolisme:
• Anabolisme: de opbouwprocessen. De voedingsstoffen worden opgenomen en
gebruikt om nieuwe stoffen aan te maken zoals bijvoorbeeld nieuwe cel onderdelen.
Dit proces kost energie/energieverbruikend. (Nutriënten + ATP)
• Katabolisme: de afbraakprocessen. Het afbreken van voedingsstoffen, hierbij komt
energie vrij die gebruikt kan worden voor bijvoorbeeld groei en beweging.

De eerste stap van het afbraakproces is de glycolyse, het gaat
hierbij voornamelijk om de omzetting van glucose (suiker) in
pyruvaat (pyrodruivenzuur). Bijvoorbeeld vetten, suikers en
eiwitten worden in kleine stukjes gehakt en op een gegeven
moment komen die stukjes in de glycolyse terecht. Tijdens de
glycolyse ontstaat al wat ATP. Het pyruvaat gaat het
mitochondrium in, hier vindt de Krebs cyclus/citroenzuurcyclus
plaats. Ook dit levert ATP op. Voor het proces in de
citroenzuurcyclus is zuurstof nodig. Hierna vindt het
elektronentransport plaats, ook in het mitochondrium. Dit
transport levert de meeste ATP op. (Zie afbeelding)

Bij het proces van metabolisme wordt veel energie verbruikt, maar ook veel energie
aangemaakt. Onder energie verstaan wij ATP. De bacterie komt aan ATP door
voedingsstoffen af te breken, dit is een katabool proces. De voedingsstoffen die hiervoor
worden gebruikt zijn onder andere koolhydraten, eiwitten en vetten.


4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller annemiekpiest. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $14.48. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$14.48
  • (0)
Add to cart
Added