100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting MAC deel 2: Management accounting $3.80   Add to cart

Summary

Samenvatting MAC deel 2: Management accounting

2 reviews
 158 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting voor deel 2 van het vak management accounting en controle. Dit is een samenvatting op basis van de powerpoints en de lesnotities.

Preview 4 out of 33  pages

  • December 20, 2019
  • 33
  • 2019/2020
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: lorelemmens60 • 1 year ago

Translated by Google

Doesn't quite match anymore

review-writer-avatar

By: inakipeeters • 4 year ago

avatar-seller
Samenvatting management accounting &
controle
Boek 2: management accounting
Deel 1: management accounting
 Informatie van cost accounting gebruiken voor het maken van beslissingen
 Werkelijkheid confronteren met de budgetten
 Dit deel niet kennen op examen, enkel toepassing met cases en meerkeuzevragen (gefocust
op toepassingen)




Doelstellingen:

 Cost accounting levert infor-
matie voor het waarderen van
voorraden, voor de afgewerkte
productie  belangrijk voor
balans (extern gebruik)
 Kosteninformatie is belangrijk
om beslissingen te nemen (in-
tern gebruik)
 1 van de knelpunten is de pro-
ductiecapaciteit  beper-
kende factor
 Planning: toekomst, budgetten
opmaken. Je kan geen onder-
neming leiden zonder budgetten op te maken
 Controle: performantie, prestatiemeting. Op basis van financiële indicatoren (vb. rende-
ment). Ook op basis van niet-financiële indicatoren (reviews van hotels)
 Strategisch beleid: winstgevendheid van producten en klanten

Deel 2: besluitvorming




1

,1 Relevante kosten en opbrengsten
1.1 One-time-only special order
 Invloed op output
 Beschikbare capaciteit
 Geen LT-implicaties

De onderneming WOLK produceert kleding die ze direct verkoopt aan de kleinhandel. In één van
haar departementen maakt ze sweaters. Dit departement heeft een capaciteit van 50 000 swea-
ters per maand. Onlangs verloor ze een belangrijke klant waardoor de onderneming beschikt over
vrije capaciteit. Voor het volgend kwartaal wordt een productie en verkoop verwacht van 35 000
sweaters tegen € 80 per sweater. Hier volgt een overzicht van de maandelijkse kosten en opbreng-
sten voor een productie van 35 000 sweaters:




 Extra order die geplaatst wordt door een nieuwe potentiële klant  heeft invloed op de out-
put, rekening houden met beschikbare capaciteit. Beslissing nemen op korte termijn
 In dat departement kan je 50.000 sweaters produceren en maar verwachte verkoop van
35.000 sweaters dus vrije capaciteit van 15.000 sweaters
 Winst van 14 per sweater

De onderneming verwacht een opleving van de vraag en is van mening dat de overcapaciteit tijde-
lijk is. Er is voldoende directe arbeidscapaciteit is om 50.000 sweaters te produceren. De onderne-
ming heeft de intentie het tijdelijke overaanbod aan directe arbeidskrachten voor de verwachte
toename van de vraag tijdelijk te behouden.
Een potentiële nieuwe klant wenst volgend kwartaal 15 000 sweaters aan te kopen tegen € 40 per
sweater. Deze onderneming zou de transportkosten voor haar rekening nemen en er zullen geen
extra marketing- en distributiekosten worden gemaakt. De potentiële nieuwe klant vraagt wel
haar logo op te nemen op de sweater. De extra kost hiervoor bedraagt € 1 per sweater.
Moet WOLK dit order al of niet accepteren?
Relevante kosten zijn kosten die ontstaan in de toekomst en die verschillen in functie van de alterna-
tieven.

Relevante opbrengsten zijn opbrengsten die in de toekomst ontstaan en verschillen in functie van de
alternatieven.

 Nu is er voldoende directe arbeidscapaciteit en je gaat geen arbeiders ontslaan en dus de ar-
beidscapaciteit behouden
 Kan je de extra sweaters produceren?  kan perfect!, we hebben capaciteit over
 De prijs verlagen maar dan ga je je bestaande klanten benadelen
 Wat zijn de extra opbrengsten als je het order aanvaardt? 600.000
 Wat zijn de extra kosten als je het order aanvaardt?
 Arbeidskosten zijn niet relevant want je behoudt het aantal arbeiders  totale arbeidskost
blijft




2

,  Materiaalkosten gaan toenemen,
indirecte variabele productiekost
neemt ook toe, logo  relevant
 Op KT blijven de vaste kosten on-
veranderd  niet relevant
 Vanuit financieel oogpunt is het in-
teressant om het order te aanvaar-
den want de opbrengsten zijn ho-
ger dan de kost

1.2 Make or buy
De onderneming SHIMANO produceert remmen voor racefietsen. Het voorbije jaar werden 20
000 remmen geproduceerd. De volgende tabel geeft een overzicht van de verbruikte kosten:




De onderneming kan de rem aankopen tegen 30 per stuk. Keuzeprobleem: zelf de rem produ-
ceren of aankopen?
 Je moet rekening houden met de overhead die je wordt toegewezen van boven. Die kosten
zijn niet relevant.
 Indien je het aankoopt kan je besparen of vaste productiekosten met 20.000
 Los van het financiële: betrouwbaarheid van de leverancier niet onderschatten  goede
kwaliteit, op tijd geleverd, afspraken nagekomen?




1.3 Keep or drop




 Bepaalde activiteiten behouden of afstoten
 Vaste kosten die verbonden zijn aan de productlijn



3

,  Sunk costs: kost die vaststaat voor een langere periode en die je niet kan beïnvloeden en die
ook niet relevant is
 Puur financieel zou je de productlijn afstoten maar als een bepaalde klant producten van A, B
en C koopt dan kan je de klant verliezen als je geen product C meer produceert




 Geen supervisor voor productlijn C, minder publiciteit. De afschrijvingskost is niet relevant
want de machines blijven er nog als je productlijn C afstoot. Enkel wanneer het specifieke
machines zijn enkel voor C die dat je daarna nog kan verkopen, heeft het wel invloed
 Resultaat ligt lager als je de productlijn zou afstoten. Dus het is interessanter om productlijn
C te behouden

2 Schaarse factoren
2.1 1 schaarse factor
2.1.1 Voorbeeld 1




 Twee producten en een schaarse productiefactor
 Succesvolle producten en vraag naar producten neemt alsmaar toe  probleem: beper-
kende factor van machines (max. 60 000 machine-uren)  men kan niet aan vraag voldoen.
 A: 4 MU vraag = 8000  32 000 MU nodig
 B: 8 MU vraag = 5000  40 000 MU nodig
 In totaal 72 000 MU maar men kan maar max. 60 000  men kan niet aan vraag voldoen.
 Belangrijk gegeven is de contributie = verkoopprijs – extra kost (variabele kost verbonden
aan product).




4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ann-sophielenaerts. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.80. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

62890 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.80  1x  sold
  • (2)
  Add to cart