Inhoudsopgave
1 Inleiding .............................................................................................................................. 2
2 Ontstaan monopolie: houdt verband met toetredingsbarrières ............................................. 2
2.1 Exclusief gebruiksrecht over productiefactoren (hulpbronnen) ........................................... 2
2.2 Door de overheid gecreëerde monopolies............................................................................ 2
2.3 Natuurlijke monopolies ......................................................................................................... 2
2.4 Externe groei door overnames en fusies ............................................................................... 3
3 Hoe monopolisten beslissen m.b.t. prijs en hoeveelheden .................................................... 3
4 Het welvaartsverlies van monopolies (= reden voor marktfaling) .......................................... 6
5 Prijsdiscriminatie ................................................................................................................. 7
5.1 Definitie ................................................................................................................................. 7
5.2 Soorten .................................................................................................................................. 8
5.3 Welvaartseconomische analyse van prijsdiscriminatie ......................................................... 8
6 Overheidsbeleid ten aanzien van monopolies ....................................................................... 8
6.1 Verhoging concurrentie ......................................................................................................... 8
6.2 Regulering .............................................................................................................................. 9
6.3 Monopolie onder overheidsbeheer ('publiek eigendom') .................................................... 9
6.4 Niets doen.............................................................................................................................. 9
7 Gerelateerde marktvorm: monopolie aan koperszijde ........................................................ 10
HOOFDSTUK 11: MONOPOLIE 1 van 10
, HOOFDSTUK 11: Monopolie
1 Inleiding
- Bij volkomen concurrentie kunnen individuele bedrijven de marktprijs niet beïnvloeden
Elke individuele producent is 'prijsnemers’
- Monopolisten kunnen echter de marktprijs wel beïnvloeden
(binnen de grenzen van de vraagcurve = betalingsbereidheid (WTP))
Ze zijn ‘prijszetters'
2 Ontstaan monopolie: houdt verband met
toetredingsbarrières
2.1 Exclusief gebruiksrecht over productiefactoren (hulpbronnen)
- Als één enkel bedrijf eigenaar is van een cruciale input of grondstof voor het productieproces
(bv. vroeger was DeBeers eigenaar van bijna alle diamantmijnen in de wereld)
2.2 Door de overheid gecreëerde monopolies
- De overheid geeft een exclusieve licenties, octrooien, auteursrechten aan een bepaald bedrijf of
persoon (om uitvindingen 'mogelijk te maken', want uitvindingen hebben het karakter van een publiek goed)
2.3 Natuurlijke monopolies
- Ingevolge schaalvoordelen of netwerkeffecten kan één bedrijf het goed aan de hele markt
aanbieden tegen een lagere kost (en prijs) dan wanneer dit zou gebeuren door meer bedrijven
(schaalvoordelen vormen hier een soort toetredingsbarrière)
• Automatische of 'natuurlijke' selectie zal er dan vanzelf toe leiden dat op lange termijn slechts
één aanbieder overblijft (het initieel grootste bedrijf wordt nog groter)
Natuurlijke selectie impliceert dat soorten (of bedrijven) die zich het best kunnen
aanpassen aan hun omgeving (aan de concurrentiële-marktdruk) het sterkst zijn in de
strijd om het voortbestaan
• De overheid – die dit probleem voorziet – kan echter ook vooraf reeds een exclusieve licentie
toekennen aan deze bedrijven (bv. waterdistributie, elektriciteit, kabel tv)
HOOFDSTUK 11: MONOPOLIE 2 van 10
, 2.4 Externe groei door overnames en fusies
- Een reeks fusies kan leiden tot 'dominantie positie' en eventueel monopolie
3 Hoe monopolisten beslissen m.b.t. prijs en hoeveelheden
- Verschil met volkomen concurrentie:
• Bij monopolie: Vraagcurve is nu dalend en 𝑀𝑂 < 𝑃 (= 𝐺𝑂)
• TO-curve zal ook niet meer lineair verlopen, maar concaaf
HOOFDSTUK 11: MONOPOLIE 3 van 10
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller evsmts. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.80. You're not tied to anything after your purchase.