very bad where the chapters that is not b you must be honest. Do not buy is not good
By: HULisanne • 3 year ago
Translated by Google
Hi ddo,

May I ask what version of the book you have? Maybe you have a different version/print. The chapters do correspond to the summary. I'd love to see your message back so I might still be able to help you.

Greetings,
Lisanne
Seller
Follow
HULisanne
Reviews received
Content preview
Basischemie voor het MLO - Samenvatting H3, H4, H5, H7, H14
Les 7: Atoombouw en periodiek systeem:
Lesboek:
H5.1 t/m 5.5
Kennen:
1. Atoomkern:
Atoom:
Is het kleinst mogelijke deeltje van een element. Niet met een normale microscoop waar te
nemen. Alleen met een naaldmicroscoop. Alle stoffen zijn opgebouwd uit atomen en elk element
heeft zijn eigen atoomsoort. Er zijn dus ook 92 verschillende atoomsoorten.
Alle atomen zijn opgebouwd uit 3 andere deeltjes: protonen, elektronen en neutronen.
Atoomkern:
Bestaat uit neutronen en protonen.
2. Proton:
Is een positief deeltje. Gelijknamige ladingen stoten elkaar af, dus protonen stoten elkaar af.
Bevindt zich in de kern.
3. Neutron:
Is een neutraal deeltje. Bevindt zich in de kern.
4. Elektron:
Is een negatief deeltje. Gelijknamige ladingen stoten elkaar af, dus elektronen stoten elkaar af.
Bevindt zich in de elektronenwolk/negatieve wolk, draait met grote snelheid om de kern.
Voor de chemische eigenschappen is het aantal elektronen belangrijk.
5. Atomaire massa-eenheid:
Ook wel het aantal u’tjes.
6. Atoomnummer:
Dit staat weergegeven bij het elementsymbool. Het staat linksonder. Geeft aantal protonen weer.
7. Massagetal:
Staat ook weergegeven bij het elementsymbool. Het staat linksboven. Geeft aantal protonen +
neutronen weer.
, Basischemie voor het MLO - Samenvatting H3, H4, H5, H7, H14
8. Ion:
Atoom (of groepje atomen) met elektronen te veel of te weinig. Een atoom kan elektronen
opnemen of afstaan → ontstaat dan een ion.
Hoeveel protonen, neutronen en elektronen heeft het volgende ion 11/5 B3+:
Stap 1: Schrijf het aantal protonen, neutronen en elektronen van het atoom/element:
Stap 1: protonen + neutronen = 11
Stap 1: protonen =5
Stap 1: elektronen =5
Stap 1: neutronen = 11 – 5 = 6
Stap 2: Kijk naar de lading en haal er zoveel elektronen vanaf:
Stap 2: Lading is 3+, dus er moeten 3 elektronen vanaf (B kan gemakkelijk 3 elektronen
Stap 2: weggeven/afstaan → door het weggeven ontstaat er een ion)
Stap 3: Schrijf opnieuw het aantal protonen, neutronen en elektronen op (van het gevormde ion):
Stap 3: protonen =5
Stap 3: neutronen =6
Stap 3: elektronen =5–3=2
Hoeveel protonen, neutronen en elektronen heeft het volgende ion 36/17 Cl-:
Stap 1: Schrijf het aantal protonen, neutronen en elektronen van het atoom/element:
Stap 1: protonen + neutronen = 36
Stap 1: protonen = 17
Stap 1: elektronen = 17
Stap 1: neutronen = 36 – 17 = 19
Stap 2: Kijk naar de lading en haal er zoveel elektronen vanaf:
Stap 2: Lading is -, dus er moet 1 elektron bij (Cl neemt dus 1 elektron op → door het opnemen
Stap 2: ontstaat er een ion)
Stap 3: Schrijf opnieuw het aantal protonen, neutronen en elektronen op (van het gevormde ion):
Stap 3: protonen = 17
Stap 3: neutronen = 19
Stap 3: elektronen = 17 + 1 = 18
9. Elektronenverdeling:
Pauli-principe:
Elektronen zitten niet zomaar in een wolk. Ze zitten in verschillende schillen, aangeduid met de
letters: K, L, M, N, O. De schillen worden vanaf binnen gevuld met elektronen, dus vanaf schil K.
Pauli heeft ontdekt dat er nooit meer dan 2n2 elektronen in een schil kan zitten.
Schil n Maximum
K 1 2
L 2 8
M 3 18
N 4 32
(O) 5 50
n = hoofdquantumgetal (elke schil heeft zijn eigen n waarde)
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller HULisanne. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.37. You're not tied to anything after your purchase.