1
a Beschrijf het atoommodel van Dalton.
b Beschrijf het atoommodel van Rutherford.
c Beschrijf het atoommodel van Bohr.
2
Beschrijf het verschil tussen de atoommodellen van Dalton, Rutherford en Bohr.
3
Alle atomen bestaan uit dezelfde bouwstenen.
a Noem deze bouwstenen.
b Leg uit hoe het komt dat de eigenschappen van atomen van verschillende soorten toch zo
verschillend zijn.
4
Schrijf het symbool van de atoomsoort op met:
a atoomnummer 15;
b 12 protonen in de kern;
c 25 elektronen in zijn elektronenwolk.
5
Teken een model van elk van de volgende atomen volgens het atoommodel van Bohr.
a Een magnesiumatoom met massagetal 25.
b Een waterstofatoom met massagetal 1.
c Een neonatoom met massagetal 20.
6
Een atoomsoort heeft atoomnummer 14 en massagetal 31.
a Wat is de naam van deze atoomsoort?
b Hoeveel protonen, elektronen en neutronen heeft dit atoom?
c Beschrijf de bouw van dit atoom volgens het atoommodel van Bohr.
7
a Teken een model volgens Rutherford van een Si-28 atoom.
Er bestaan siliciumatomen met massagetal 28 en met massagetal 30.
b Waarin verschillen deze Si-atomen van elkaar?
c Leg uit dat beide siliciumatomen op dezelfde plaats in het periodiek systeem staan.
8
a Teken een model volgens Rutherford van een calciumatoom met massagetal 40.
b Wat is het verschil en wat is de overeenkomst tussen een calciumatoom met massagetal 40 en
een calciumatoom met massagetal 43?
c In welke groep en in welke periode van het periodiek systeem staat calcium met massagetal 40
en waar staat calcium met massagetal 43? Licht je antwoord toe.
9
Er bestaan Pb-atomen met massagetal 208 en Ni-atomen met massagetal 62.
a Teken een model volgens Rutherford van elk van beide atomen.
Door atoomkernen samen te laten smelten, kunnen nieuwe elementen worden gemaakt. Men laat de
kern van een Pb-atoom met massagetal 208 samensmelten met een Ni-atoom met massagetal 62.
Hierbij ontstaat de kern van een nieuw atoom.
b Leg uit hoeveel neutronen de nieuwe atoomkern bevat.
c Leg uit wat het atoomnummer van de nieuwe atoomsoort is.
,d Leg uit of de nieuwe atoomsoort tot de metalen of tot de niet-metalen behoort.
e In welke periode van het periodiek systeem hoort de nieuwe atoomsoort thuis?
, 10
Een deuteriumatoom is een waterstofatoom met massagetal 2.
Een tritiumatoom is een waterstofatoom met massagetal 3.
In een fusiereactor kan men de kernen van beide atomen laten samensmelten. Hierbij ontstaat de
kern van een nieuw atoom.
a Geef de atoombouw volgens Rutherford van de nieuwe atoomsoort.
b Geef de naam van de nieuwe atoomsoort die tijdens de fusie is ontstaan.
Behalve de fusie tussen een deuteriumkern en een tritiumkern kunnen er in principe nog twee andere
kernfusies optreden.
c Geef de massagetallen van elk van de twee nieuwe atoomkernen die hierbij ontstaan.
11
a Wat zijn isotopen?
b Geef twee manieren waarop je isotopen kunt weergeven.
12
Bepaal het aantal neutronen in de volgende atomen:
33
a 15 P
63
b 28Ni
c Ba-137
d Kr-86
13
Geef steeds twee notaties in symbolen voor elk van de volgende atomen.
a zilver met massagetal 109
b argon met massagetal 36
14
a Waarop is de volgorde van de atoomsoorten in het periodiek systeem gebaseerd?
b Waarom plaatste Mendelejev bepaalde atoomsoorten in dezelfde verticale kolom van zijn
periodiek systeem?
15
a Hoe heten de horizontale rijen in het periodiek systeem?
b Hoe heten de verticale kolommen in het periodiek systeem?
c Welke elementen lijken, wat betreft hun stofeigenschappen, een beetje op helium?
16
Er bestaan drie isotopen van magnesium: Mg-24, Mg-25 en Mg-26.
Op welke plaats in het periodiek systeem staat elk van deze isotopen? Goed uitleggen.
17
a Hoeveel atoomsoorten staan er in de eerste periode van het periodiek systeem?
b Geef het symbool van het metaal met de kleinste atoommassa.
c Geef de namen van de edelgassen.
d Wat is het atoomnummer van het (nog niet ontdekte) element dat geplaatst kan worden in groep
2 en periode 8?
e Zou het element uit vraag d een metaal of een niet-metaal zijn? Licht je antwoord toe.
f Welke valentie zou het ion hebben dat uit deze atoomsoort kan ontstaan?
18
Sommige groepen elementen in het periodiek systeem worden weergegeven met een verzamelnaam.
a Wat is de verzamelnaam van de elementen die in de eerste groep van het periodiek systeem
staan?
In Binas staat een tabel met gevaarlijke chemicaliën. Hierin staan ook de metalen natrium en kalium
uit de eerste groep van het periodiek systeem. Bij deze metalen staat geen grenswaarde vermeld.
b Bedenk een verklaring voor het feit dat er geen grenswaarde is vermeld.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller chemistrymaster2012. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.88. You're not tied to anything after your purchase.