100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Methoden en onderzoek deel 2: volledige samenvatting $8.69   Add to cart

Summary

Methoden en onderzoek deel 2: volledige samenvatting

1 review
 452 views  9 purchases
  • Course
  • Institution

Dit is een volledige samenvatting van het vak methoden en onderzoek 2 gedoceerd door Martens in het eerste semester van het tweede academiejaar Mondzorg aan de UCLL Leuven. Het is een samenhang van de theoretische slides en enkele examenvragen van het examen in 2020, maar ook enkele voorbeeldoefen...

[Show more]
Last document update: 3 year ago

Preview 8 out of 51  pages

  • December 27, 2019
  • December 22, 2020
  • 51
  • 2019/2020
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: strawberry27 • 2 year ago

avatar-seller
METHODEN EN ONDERZOEK DEEL 2


Hoofdstuk 1: kenmerken van onderzoek

1. Evidence based practice

EBP is de gouden standaard in het verstrekken van gezondheidszorg wereldwijd waarbij gebruik

gemaakt wordt van het best beschikbare bewijs bij het maken van keuze voor behandeling van

patiënt. Er moet gezocht worden naar betrouwbare antwoorden in evidence-based richtlijnen of

wetenschappelijke artikels.




1.1. Vijf stappen in evidence-based practice

1) Klinisch probleem Examenvraag januari 2020: stel een PICO vraag op aan de hand van een voorbeeld

vertalen in vraag Vraag: zouden we een tandpasta kunnen ontwikkelen tegen kaasmolaren?

- Populatie = kinderen

- Interventie = tandpasta X

- Controle = tandpasta placebo

- Outcome = kaasmolaren

 PICO: Leidt tandpasta X tot minder kaasmolaren vergeleken met het placebo bij kinderen?

2) Efficiënt zoeken naar Zoeken met behulp van PICO termen, of Pubmed of LIMO met behulp van AND / OR

bewijsmateriaal

3) Gevonden Methodologische kwaliteit:

bewijsmateriaal - Onderzoeksmethode

wegen op kwaliteit - Steekproef

en toepasbaarheid in - Verwerking van resultaten

eigen praktijk

4) Beslissing voor

behandeling nemen

5) Beslissing evalueren




2. Belang van wetenschappelijk onderzoek voor EBP

Het belang van statistiek tijdens het latere beroepsleven is dat men evidence based practice zal moeten werken (methodologische

kwaliteit). Tijdens de opleiding is het eerder om statistische data in wetenschappelijke literatuur te kunnen interpreteren en

dataverwerking toe te passen in uw afstudeerwerk. EBP is niet mogelijk zonder medisch wetenschappelijk onderzoek want hieruit

komt uw bewijsmateriaal. Hiervoor moeten we weten wat onderzoek betekent, dit is het verzamelen van (nieuwe) info om kennis

te vergroten en antwoord te geven op vragen.



2.1. Doelen van onderzoek

FUNDAMENTEEL ONDERZOEK PRAKTIJKGERICHT ONDERZOEK

Het ontwikkelen en toetsen van theorieën voor Het ontwikkelen, uitvoeren en evalueren van oplossingen voor

kennisproblemen en het genereren van nieuwe kennis praktijkproblemen

,3. Kenmerken van onderzoek

3.1. CONTROLEERBAARHEID

= verstorende factoren minimaliseren zodat volgende steekproef met zelfde eigenschappen tot dezelfde resultaten leidt.

Minimaliseren aan de hand van:

- Gerandomiseerd

- Gecontroleerd

- Placebo-gecontroleerd

- Dubbelblind

- Objectief te meten outcomes



3.2. GENERALISEERBAARHEID (HIËRARCHIE)

= gevonden resultaat moet iets kunnen zeggen over volledige populatie waarin je je onderzoek hebt uitgevoerd. De

resultaten van de steekproef moeten te vertalen zijn naar de populatie.




Vormen van onderzoeken van veel naar weinig wetenschappelijk bewijs:

SYSTEMATIC REVIEW / Systematic review = uitgebreid overzicht van kwalitatief hoogwaardige onderzoeken

META-ANALYSE - Voorbeeld: Cochrane reviews, Cambell reviews

Meta-analyse = statistische procedure die data uit verschillende studies combineert

- Soms niet wenselijk vanwege kwalitatieve data en te veel verschillen tussen studies

RANDOMIZED Cross over design = longitudinaal (data op meerdere tijdstippen gemeten)

CONTROLLED - Personen afwisselend in controle en experimentele groep met ertussen ‘wash out’ periode

TRIAL (RCT) - Gerandomiseerd: proefpersonen random of aselect verdeeld over groepen

- Gecontroleerd: controlegroep en interventiegroep

- Dubbelblind (idealiter)

COHORT Cohort = longitudinaal (data op meerdere tijdstippen gemeten)

ONDERZOEK - Prospectief = data worden actief verkregen in de tijd / personen worden opgevolgd in de tijd

- Retrospectief = na vaststellen van uitkomst of aandoening wordt teruggegaan in tijd om data

te verzamelen die in verleden verkregen zijn (onafhankelijk van het huidige onderzoek)

CASE Case control studies = herkennen van factoren die kunnen bijdragen aan het ontstaan

CONTROL van een duidelijk beschreven aandoening

ONDERZOEK - Beschrijving van enkele of meerdere cases is onvoldoende om een verband aan te tonen

- Vergelijking met (controle)groep die lijken op de patiënten maar de aandoening niet hebben

CROSS Cross-sectioneel = transversaal (data op één moment in tijd verzameld)

SECTIONEEL - Verschillende groepen representatief voor verschillende kenmerken op één moment

ONDERZOEK - Snel en makkelijk uitvoerbaar

- Schatting van voorkomen van bepaalde aandoening

- Geen info over mogelijk causaal verband tussen gevonden correlaties

, CASE SERIES EN Case series = beschrijving van aantal gelijksoortige casussen

CASE REPORTS Case reports = beschrijving van een individuele casus

- Brengen nieuwe zeldzame aandoeningen of bijwerkingen aan het licht

- Kunnen op zich geen causale oorzaak of effectiviteit van een behandeling aantonen

MENINGEN EXPERTS, Subjectieve en niet intrinsiek verifieerbare meningen = experts hebben het vaak verkeerd

IDEEËN EN THEORIEËN - Toch boven in vitro en proefdierenonderzoek (toetsen van validiteit)

- Soms makkelijk (vb: bacteriële infecties – oorzaak van cholera is bacterie)

- Vaak veel moeilijker (vb: complexe chronische aandoeningen – risicofactoren ipv oorzaken)

- Causaliteit denken moet weer een belangrijkere plaats gegeven worden in EBP

- Middeleeuwen was er theorie van aderlaten, nu is er theorie waar niet iedereen over eens

PROEFDIEREN EN Extrapolatie naar de mens is vaak moeilijk maar toch noodzakelijk

IN VITRO ONDERZOEK - Relatief korte tijd en relatief lage kosten

- Gecontroleerde, gestandaardiseerde praktische omstandigheden (vb: knock-out muis)

- Ontrafelen van oorzaken van ziekten en verhelderen van werking van behandelingen

- Vormt basis voor hypothesen (vb: cholesterol hypothese (atherosclerose))

- Testen van geneesmiddelen (overheid)



3.3. SYSTEMATISCH

= bij het uitvoeren van onderzoek moet er een stappenplan ofwel een onderzoekscyclus gevolgd worden.

1) WAARNEMING VAN KLINISCH PROBLEEM

Onderwerp voor onderzoek komt niet zomaar uit de lucht gevallen, aanleiding of motief nodig

- Aanleiding via praktijkvoorbeelden of patiëntenzorg

- Aanleiding via resultaten uit vorig onderzoek geven aanleiding tot verder onderzoek



2) LITERATUURONDERZOEK

Wat is er gekend over het onderwerp

- Goede zoekstrategie + beschikbare literatuur kritisch lezen + beoordelen of het bruikbaar is

- Op basis van de beschikbare kennis uit literatuur en ervaringen wordt vervolgens een theorie opgesteld

- Theorieën zijn onderhevig aan veranderingen en kunnen worden bijgesteld op basis van nieuwe onderzoeken



3) ONDERZOEKSVRAAG

PICO of SMART toepassen

- Populatie – interventie – controle – outcome

- Specifiek – meetbaar – acceptabel – realistisch – tijdgebonden



4) VORMEN VAN EEN HYPOTHESE

Onderzoekshypothese (alternatieve hypothese) = voorlopige en verwachte antwoord op de onderzoeksvraag

- Onderzoekshypothese stelt dat er wel verschil of effect is, terwijl nulhypothese stelt dat er geen verschil of effect is

- Hypothese wordt geformuleerd op basis van eerdere bevindingen en waarnemingen

- Hypothese kan worden getoetst in wetenschappelijk onderzoek en ervoor zorgen dat deel van theorie aanpast

- Voorbeeld: negatieve relatie tussen roken en mondgezondheid bij volwassen patiënten met lage SES

▪ Nulhypothese = geen negatieve relatie tussen roken en mondgezondheid (geen effect)

▪ Alternatieve hypothese = wel negatieve relatie tussen roken en mondgezondheid (wel effect)

, INDUCTIEF REDENEREN DEDUCTIEF REDENEREN

Inductief onderzoek doe je als onderzoek over toekomst gaat Deductief onderzoek doe je als onderzoek over heden of

en/of weinig literatuur te vinden is over jouw onderwerp verleden gaat en veel bestaande theorieën te vinden zijn

Inductie = een theorie Deductie = een hypothese

ontwikkelen en bijstellen uit afleiden uit theorie (top down)

observaties (bottom up)




5) ONDERZOEKSOPZET

Verschillende soorten onderzoeken zoals kwalitatieve (subjectief) en kwantitatieve (objectief) onderzoeken

- Elk meetbaar gegeven is een variabele en een onderzoeksopzet bevat er altijd meerdere en verschillende types



6) OPERATIONALISEREN

Meetbaar maken van variabelen

- Hoe worden variabelen gemeten en welke meetinstrumenten worden gebruikt?

Onderzoekspopulatie

- Inclusiecriteria = voorwaarden waaraan voldaan moet worden om deel te mogen nemen aan het onderzoek

- Exclusiecriteria = omstandigheden waaronder een potentiële proefpersoon wordt afgewezen

Onderzoeksplan is de blauwdruk

- Onderzoeksopzet en meetmethoden

- In- en exclusiecriteria

- Werven van de proefpersonen

- Tijdschema

Informed consent en ethische commissie

- Deelnemer op hoogte stellen en laten instemmen van de risico’s, belasting en werkwijze van het onderzoek



7) TOETSINGSFASE EN RESULTATEN (DOOR EXPERIMENT IN PRAKTIJK)

Toetsingsfase = uitvoeren van het onderzoek

- Resultaten van analyse (statistiek tenzij kwalitatief onderzoek)



8) EVALUATIEFASE (EMPIRISCHE CYCLUS ADHV TOETSEN VAN HYPOTHESEN)

Alternatieve hypothese wordt wel of niet ondersteund

- Deductie = klinisch probleem  theorie  hypothese  observatie  bevestigen of ontkrachten

- Inductie = observatie  dataverzameling  hypothese  theorie



9) RAPPORTAGE

Onderzoeksrapport

,4. Soorten variabelen

Een variabele is een kenmerk van een persoon, omgeving of situatie die kan variëren of andere waarden kan aannemen.

Voorbeelden hiervan zijn lengte, bloeddruk, lichaamstemperatuur, pijn, haarkleur, angst, bloedgroep, ras, geslacht, religie,…

Onafhankelijke variabele (OV) Afhankelijke variabele (AV)

- Veroorzaakt verandering - Verandert onder invloed van onafhankelijke variabele

- Voorspeller/predictor = variabele waarvan we in huidige - Uitkomstvariabele = wat je gaat meten (vb: halitose)

onderzoeksprobleem verwachten dat het invloed heeft op

andere variabele (vb: roken)



4.1. Relatie tussen variabelen

Intermediërende Bevindt zich tussen onafhankelijke en afhankelijke variabele en heeft effect op afhankelijke variabele.

variabele

Voorbeeld: is er een relatie tussen overgewicht en het krijgen van hart- en vaatziekten?

 OV = overgewicht

 IM = diabetes mellitus

 AV = hart- en vaatziekten

Interveniërende Een variabele die het verband tussen de onafhankelijke en afhankelijke variabele ook beïnvloedt, maar

variabele die niet wordt gemeten.



Voorbeeld: patiënt komt op controle en je merkt halitose. Tijdens de anamnese vertelt patiënt dat hij erg

vaak naar het toilet moet gaan. Is er een relatie tussen vaak naar toilet gaan en halitose?

 OV = vaak naar toilet gaan

 IV = diabetes mellitus

 AV = halitose

Verstorende Dit zijn variabelen die een invloed hebben op de onafhankelijke of de afhankelijke variabele.

variabele

(confounder) Voorbeeld: patiënt komt op controle en je merkt tandverkleuring. Tijdens de anamnese vertelt patiënt

dat hij wel 2 keer per dag zijn tanden poetst. Is er een verstorende variabele die een invloed heeft?

 OV = tandenpoetsen

 AV = tandverkleuring

 Confounder = langdurige inname antibiotica

 Confounder = te veel inname fluoride tijdens tandvorming

,5. Begrippen uitleggen

Gerandomiseerd Het op willekeurige wijze (bvb door loting) samenstellen van onderzoeksgroepen, die vervolgens

aan verschillende behandelingen worden blootgesteld.



Gecontroleerd Bij interventie wordt onderzoeksgroep op aselecte wijze verdeeld in controle en interventie groep.



Dubbelblind Noch de proefpersonen noch de onderzoeker hebben gedurende experiment kennis over wie tot

experimentele groep en wie tot controlegroep behoort.



Placebo Vergelijkend onderzoek waarbij 1 van de 2 behandelingen zonder effect is.

gecontroleerd

Placebo-effect Positief psychisch verwachtingseffect dat optreedt door vertrouwen in heilzame werking van

behandeling, de placebo zelf geneest echter niets. Ook bij geneesmiddelen treedt placebo op door

verwachting die patiënt heeft. Echte geneesmiddelen dienen het placebo-effect significant te

overstijgen om een ‘medicinale werkzaamheid’ te hebben.



Voorbeeld: Als de arts door een positieve beschrijving over het middel een positieve verwachting

wekt, kan het een placebo-effect veroorzaken.



Nocebo-effect Negatief verwachtingseffect en tegenhanger van positieve verwachtingseffect (placebo-effect).

Iemand met autoriteit kan door ongunstige diagnose te stellen, een negatieve verwachting wekken.



Voorbeeld: Als een naaste vertelt dat zij bepaald geneesmiddel niet verdraagt en bijwerkingen krijgt,

dan is kans aanwezig dat patiënt door nocebo-effect deze bijwerkingen ook krijgt bij zelfde middel.

,Hoofdstuk 2: kwalitatief onderzoek

1. Kwalitatief onderzoek

Statistiek wordt gebruikt in kwantitatief onderzoek waar men getallen gebruikt, bij een kwalitatief onderzoek worden geen getallen

maar wel waarnemingen en beschrijvingen gebruikt. Vraagstukken in gezondheidszorg onderzoeken we via kwalitatief onderzoek.

Bij kwalitatief onderzoek bestuderen de onderzoekers een fenomeen in zijn natuurlijke omgeving. Het doel van de

onderzoekers is om te begrijpen of te interpreteren welke betekenissen mensen aan dit fenomeen verbinden.



Voorbeeld: onderwijsonderzoeker wil nagaan hoe studenten omgaan met examenstress, zij loopt mee met aantal studiegroepen.

 Fenomeen = examenstress

 Natuurlijke omgeving = studiegroepen of bibliotheek

 Doel = begrijpen wat examenstress voor studenten betekent en hoe ze hiermee omgaan



1.1. Verzameling van onderzoeksvormen met volgende gemeenschappelijke kenmerken

Natuurlijke omgeving Onderzoeker observeert alleen.

- Observationeel onderzoek

- Tijdsintensief

Flexibiliteit Onderzoeksopzet ligt niet vooraf vast, maar kan in loop van onderzoek aanpassen.

Hypothese als uitkomst Niet om een hypothese te testen, maar om een hypothese te formuleren.

Patroonherkenning De verzamelde gegevens.



1.2. VORMEN VAN KWALITATIEF ONDERZOEK

ETNOGRAFIE Cultuur (manier waarop mensen leven) van bepaalde groep mensen wordt onderzocht om deze

te begrijpen en interpreteren. Het geeft info over cultuur en gedrag (vb: hoe gaan medewerkers

of patiënten om met gezondheid en ziekte).

- Woorden = datgene wat mensen zeggen

- Gedrag = datgene wat mensen doen

- Producten = datgene wat mensen maken/gebruiken OF holistische beschrijving culturele groep

Ethisch perspectief Emisch perspectief

Bril waardoor onderzochte mensen hun eigen Bril van wie buiten de groep staat

wereld zien


FENOMENOLOGIE Ervaringen van mensen worden gebundeld.

- Ongestructureerde interviews (onderwerpen liggen niet van tevoren vast)

- Bracketing = proces waarbij onderzoeker zijn eigen vooroordelen probeert uit te sluiten

GROUNDED Dient om menselijk gedrag te begrijpen.

THEORY - Onderliggend probleem (main concern) identificeren dat gedrag (core variable) veroorzaakt

- Geen voorbereidend literatuuronderzoek

CASE STUDIES / Case = individuele persoon (case studies) of groep personen (case series).

CASE REPORTS - Vaak longitudinaal

- Verschillende informatiebronnen worden gecombineerd

- Diepgaand maar moeilijk te generaliseren

- Vaak als voorbereiding op ander onderzoek (hypothese op basis van case study)

- Meestal kwalitatief (beschrijvend) maar soms ook kwantitatief

, 1.3. Gegevens verzamelen voor kwalitatief onderzoek

Bronnen:

- Interviews

- Observaties

- Documenten (dagboek, foto’s, archief,…)



Gegevens gebruiken onder volgende voorwaarden:

▪ De onderzoeker moet toestemming hebben om de gegevens te gebruiken

▪ De onderzoeker moet kunnen verantwoorden waarom hij voor ene bepaalde gegevensbron heeft gekozen

▪ De onderzoeker moet kunnen verantwoorden hoe hij aan de onderzoeksresultaten komt



2. Verschillen tussen kwalitatief en kwantitatief onderzoek

Eigenschap KWALITATIEF ONDERZOEK KWANTITATIEF ONDERZOEK

Wat wordt er Betekenis van een fenomeen Oorzaak – gevolg relatie

onderzocht

Welke benadering Holisme Reductionisme

wordt gebruikt

Wat is het doel van Beschrijven Meten

het onderzoek

In welke context Natuurlijke omgeving van deelnemers Gecontroleerde omgeving, bij elke deelnemer

vindt onderzoek in dezelfde omgeving

Hoe verloopt het Procedures kunnen aangepast worden Alle procedures zijn van tevoren vastgesteld

onderzoek

Welke deelnemers Vertegenwoordigen een specifieke subgroep Steekproef en vertegenwoordigen een grote groep

worden gebruikt

Waarmee worden Vrije observaties en interviews Gesloten vragenlijsten, labo onderzoek of

data verzameld andere gestandaardiseerde metingen

Hoe worden data Coderen en patroonherkenning Statistiek

geanalyseerd

Hoe worden Woorden en beelden Cijfers

resultaten (antwoord op hoe en waarom) (antwoord op hoe vaak en hoeveel)

gepresenteerd

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller vanessadv. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.69. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

64438 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.69  9x  sold
  • (1)
  Add to cart