100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting (neuro)biologie $5.88
Add to cart

Summary

Samenvatting (neuro)biologie

 12 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Alle lessen aanwezig. Samenvatting.

Preview 4 out of 61  pages

  • September 29, 2024
  • 61
  • 2019/2020
  • Summary
avatar-seller
NeuroBiologie SRW




(Neuro)biologie
1 Deel 1: (Epi)Genetica = overdracht van erfelijke
informatie
1.1 De bouwstenen: 4 groepen Moleculen
 Koolhydraten
 Lipiden
 Eiwitten
 Nucleïnezuren: DNA & RNA
 Bouwstenen zijn onderdelen waaruit wij zijn opgebouwd, ons systeem.

1.1.1 Koolhydraten: sachariden of suikers- ose
= Suikers, worden meestal omschreven met -ose achteraan bv, glucose, lactose

 Gebruiken we als brandstof
 Monosachariden (klein deeltje van een koolhydraat) gaan we omzetten in energie
 Polisachariden (keten van koolhydraten) => gebruiken als opslag

MAAR we kunnen er ook eiwitten of vetten van maken

1.1.2 Lipiden: vetten
= vetten opslaan om onszelf warm te houden => isolatielaag

 Gebruiken we als afbraakstof om : te produceren
 Energie die afkomstig is van afbraak van vet => meer energie
o Verzadigde vetten: dierlijke producten
o Onverzadigde vetten: plantaardige producten
 In elke cel zit er vet, in het celmembraan

1.1.3 Eiwitten of proteïnen
= essentieel voor organisme en heeft verschillende functies

 Onderdeel van spieren
 Eiwitten zit in ons bloed
o Plasma eiwitten = immunoglobuline
o Stollingsfactoren = stollen van het bloed
o Hemoglobine = eiwit dat in de rode bloedcel zit en transporteert zuurstof, een
molecule dat zuurstof mee neemt
o Receptoreiwitten = eiwitten die het signaal van buitenwereld ontvangen bv, het oog
o Insuline = eiwitten die controleren van suiker
o Enzymen = zorgen voor afbraak van andere eiwitten bv, Pepsine

Eiwitten zijn het product van het DNA

1.1.3.1 Opbouw van een eiwit
Aminozuren (AZ) = kleinste onderdeel van eiwit

In ons lichaam 20 verschillende aminozuren die een keten vormen => Polypeptideketen => kan een
eiwitvormen



1
Saskia Smets

,NeuroBiologie SRW



2 AZ die met elkaar binden = Peptidebinding

Keten => driedimensionale structuur vormen van een eiwit => eiwit kan functie uitvoeren

Enorme variëteit zijn aan eiwitten, die variaties worden omschreven in het DNA.

Eiwitstructuur

- Polypeptideken
- Hemoglobine = zuurstof
- Myoglobine = vezels, spieren
- Keratinevezel = vezels, spieren

1.1.4 Nucleïnezuren
Twee soorten nucleïnezuren:

- DNA (Deoxyribe Nucleine Acid)
- RNA (Ribo Nucleine acid)
o Gekopieerd stukje van het DNA
 Erfelijk materiaal => opgeslagen in onze chromosomen

DNA => Molecule waar ons erfelijk materiaal is in opgeslagen

Een klein onderdeel waar er bv, in staat welk kleur ogen je hebt noemt men een gen, al deze genen
zitten op die lange moleculen, zo zijn er eigenlijk 46 verschillende moleculen.

Deze moleculen gebruiken ze om te lezen, ze halen een gen eruit, dat gen wordt van DNA omgezet
naar RNA en van RNA naar eiwit.

1.1.4.1 Bouw nucleïnezuren
Bestaat uit nucleotiden => kleinste onderdeel v/d nucleïnezuur

Nucleotide bestaat uit:

- Base
- Suiker
- Fosfaatgroep (5’)

Als deze aan elkaar hangen krijgen we een ladderstructuur

Stikstofbasen die in een nucleïnezuur zitten zowel in DNA & RNA:

- Adenine (A)
- Cytosine (C)
- Guanine (G)
- Thymine (T)/ Uracil (U) in RNA

Guanine G + Cytosine C binden

Thymine T/ Uracil (U) RNA + Adenine A binden

Fosfaten en suikers vormen de spijlen van de ladderstructuur en de basen
de trappen

Dit vormt dus DNA.

DNA lees je altijd af van 3’ naar 5’

2
Saskia Smets

,NeuroBiologie SRW



1.2 Richting van het DNA
 DNA bestaat uit 2 strengen, deze 2 strengen zijn complementair maar lopen in
tegenovergestelde richting.
o Indien fosfaat bovenaan = 5’
o Indien suiker onderaan = 3’
o DNA lees je van 3’ naar 5’
 Dubbele helix = 2 strengen winden zich op rond een denkbeeldige as
 De volgorde van de basen zijn voor ieder gen verschillend en vormt een code => omgezet
eiwit en oneindig veel codes
 Die code vormt de basis van de erfelijkheid

Waarom spiraliseerd het DNA zich?

Omdat dat zich op die manier op oppervlak doet verkleinen en zo past het DNA in het lichaam

1.3 DNA vs RNA
DNA RNA
Bevindt zich in de celkern Bevindt zich zowel IN als UIT de celkern (alle
thymines worden vervangen door uracil, omdat
dat een enkelstreng is)
RNA-streng is een stukje van het DNA, een stukje DNA wordt gekopieerd naar een enkel streng

2 De cel
DNA bevindt zich in iedere cel.

Cel = omgeven door celmembraan, binnen in celmembraan => cytoplasma. En 1 specifiek celorganel
is de celkern en houdt het erfelijk materiaal in zich.

Ribosomen zijn kleine celorganellen in de cel en die zorgen voor de omzet van een RNA => eiwit.
RNA is een code voor een eiwit te produceren, een code die staat voor een gen.

Eiwitsynthese gebeurt in cytoplasma

RNA komt vanuit de celkern in het cytoplasma terecht.

DNA bevindt zich in een vorm van chromosomen. (X-binding)

Chromosomen bestaat uit DNA en andere eiwitten (Histonen) en als dat opspiraliseerd noemt met
dat een chromosoom (X-binding). Een mens bestaat uit 46 chromosomen: 23 chromosomen.

Chromosomen vinden we in de celkern vlak voor de cel gaat delen.

DNA verdubbelt zich zodat de cellen kunnen splitsen en elke cel de informatie kan hebben




3
Saskia Smets

, NeuroBiologie SRW



2.1 DNA in de cel
 DNA zit in de chromosomen
 Kern: chromosomen (46) -> DNA + eiwitten
 DNA strengen worden omgezet naar RNA

RNA => uit de celkern => ribosoom gaat RNA omzetten => eiwit => polypeptide => eiwit.

Eiwitsynthese: m-RNA naar ribosomen => AZ-keten opgebouwd => vormt eiwit

3 DNA processen
1. DNA-replicatie: gebeurt voor de celdeling: verdubbelen van het erfelijk materiaal
2. Eiwitsynthese DNA -> RNA -> Eiwit
3. Mutatie

3.1 DNA-replicatie: DNA verdubbeld
DNA-replicatie is de verdubbeling van het DNA

Waarom?

 Als onze cel wilt delen, moet hij alle DNA informatie meekrijgen, om dan aan elke cel
dezelfde informatie te kunnen geven

Chromosoom ontleed: (zie illustratie)

DNA-streng gaat openbreken, alle waterstofbruggen (basen hangen aan elkaar vast daardoor)
worden verbroken door een enzym helicase => die gaat de streng in 2 knippen, er worden nieuwe
strengen aan de oude keten gebonden.

1 streng wordt heel gemakkelijk opgebouwd (leidende streng) => de streng inrichting van 3’ naar 5’

1 streng wordt in stukjes opgebouwd (lagging streng)

Alle basen kunnen er aan geplaatst worden => nieuwe streng is ontstaan

 Zo krijg je twee exacte kopieën




4
Saskia Smets

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller LLiezeLC. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.88. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.88
  • (0)
Add to cart
Added