100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Leerdoelen uitgewerkt staatsrecht/ constitutioneel recht $6.95
Add to cart

Other

Leerdoelen uitgewerkt staatsrecht/ constitutioneel recht

 114 views  3 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Heel erg handig en overzichtelijk. Bevat alle nodige stof voor tentamens; alles wat is besproken in de werkgroepen aangevuld met het boek en hoorcolleges/ werkcolleges. Heel chil!

Preview 3 out of 21  pages

  • December 31, 2019
  • 21
  • 2019/2020
  • Other
  • Unknown
avatar-seller
Leerdoelen Staatsrecht.
Het begrip “staat” kennen
Het begrip Staat is
1) Een gebied met grenzen
2) Met een bevolking
3) Een overheid
4) Die effectief gezag uitoefent over de bevolking
5) D.m.v. machtsmiddelen zoals de geweldsmonopolie.

De kenmerken van de democratische rechtstaat uitleggen,
herkennen in een casus en uitleggen wat hun functie is.
Kenmerken zijn:
- Democratische
1) Er zijn verkiezingen art. 54 Gw.
2) Het parlement is medewetgever art. 81 Gw
3) Uitvoerende macht is democratisch gelegitimeerd (steunt op
meerderheid) vertrouwensregel parlement moet vertrouwen op
regering. Regering moet opstappen als parlement dat wil.
Ongeschreven regel!!
- Rechtstaat
4) Legaliteit: overheidsbevoegdheden moeten een basis hebben in
de wet.
Art. 16 Gw. Art. 89 lid 1 en 2 Gw Niet volledig in Grondwet.
5) Machtenscheiding: trias politica; uitvoerende, rechtsprekende,
wetgevende. Hoofdstuk 6 : onafhankelijke rechtspraak
Geen duidelijk onderscheid in grondwet. Is geen groot probleem.
6) Rechtspraak: rechter beslist onafhankelijk (benoem voor het
leven) Hoofdstuk 6
7) Grondrechten. Hoofstuk 1

Wetgevende macht:
= Regering (koning, ministers) en de Staten-Generaal (1e en 2e Kamer)
Uitvoerende macht:
= Regering (koning, ministers) en de decentrale overheden
Rechterlijke macht:
= Alle rechters.

Uitleggen waarom er spanning kan bestaan tussen democratie
en rechtsstaat:
Voorbeelden zijn: een politicus die wordt veroordeeld vanwege belediging
van bevolkingsgroep.
 Tussen grondrechten (vrijheid van meningsuiting) en de democratie
bestaat er een spanning, omdat het volk de volksvertegenwoordiger kiest.
Als hij vervolgens dan beledigt, loopt er spanning in de democratie.
Voorbeeld 2: Rechter veroordeelt politieke partij die vrouwen weigert.
 Grondrechten botsen met elkaar, waardoor er een spanning ontstaat in
de democratie.

,Het verschil tussen directe en indirecte democratie uitleggen
Directe democratie=
Door het volk, rechtstreekse democratie. Je kan jezelf verkiesbaar stellen,
het volk neemt direct zelf besluiten.
Indirecte democratie=
Namens het volk, wij kiezen volksvertegenwoordigers die dan de besluiten
voor ons nemen.


Het verschil tussen parlementair en presidentieel regeerstelsel
uitleggen
In het parlementaire stelsel=
Vinden verkiezingen plaats voor een parlement. Op grond van de uitslag
moet er een regering worden gevormd. Hiervoor is er een meerderheid
van zetels nodig.
In het presidentieel stelsel=
Verkiezingen voor beide machten, de bevolking kiest het parlement en de
wetgevende macht, ofwel de president. De president heeft eigen
machtsbasis, hij stelt zelf een regering samen, die niet afhankelijk is van
een meerderheid in het parlement. De regering wordt rechtstreeks geleid
door de president. Er moet wel een samenwerking zijn tussen deze 2.

Parlementaire stelsel Presidentiele stelsel
Democratisch legitimatie van de Regering en parlement eigen
regering via het parlement. De democratische legitimatie; deze is
bevolking kiest de samenstelling soms direct: worden rechtstreeks
van het parlement. gekozen. Of indirect: via
kiesmannen.
Ministers worden benoemd en Ministers worden niet benoemd en
ontslagen door het parlement. ontslagen door het parlement,
maar door de president.
Minder striktere scheiding van de Strikte scheiding van de
machten door de samenwerking wetgevende en uitvoerende macht
tussen parlement en regering en
de vertrouwensregel.




Beschrijven hoe het Nederlandse tweekamerstelsel werkt:
a) Algemeen
1e en 2e Kamer bepalen zelf grotendeels de regeling van hun eigen
werkzaamheden; zij onderzoeken zelfstandig de geloofsbrieven (kamerlid;
waarom iemand aanspraak verdiend op een andere positie) Elke Kamer is
autonoom in de regeling van de volgorde van zijn werkzaamheden. De
Kamer bepaalt zelf wanneer er een wetsvoorstel op de agenda wordt
gezet.

, b) De plenaire vergadering
Hiermee wordt bedoeld: de vergadering van de Eerste en Tweede kamer
als geheel. Dit wordt door de voorzitter belegd 1. Wanneer hij dat nodig
acht, of 2. Wanneer ten minste 30 leden daarom gemotiveerd verzoeken.
De vergaderingen zijn meestal openbaar.
c) Commissievergaderingen
Elk van de Kamers stelt voor het verrichten van bepaalde werkzaamheden
commissies in.
De vergaderingen van deze commissies uit de Tweede Kamer zijn
openbaar. Vaste commissies zijn belast met het voorbereidend onderzoek
van wetsvoorstellen, een belangrijk deel hiervan is het overleg met het
kabinet zowel schriftlelijk als mondeling.

Tweede Kamer houdt zich bezig met dagelijks politiek, roept ministers ter
verantwoording, doet uitspraken over nieuw beleid en behandelt
wetsvoorstellen gedetailleerd.
De Eerste Kamer staat verder af van de dagelijkse politiek. Zij houdt zich
alleen bezig met de hoofdlijnen van beleid. Zij kan onafhankelijker operen
dan de Tweede Kamer. Zij hebben een heroverwegende functie.

De belangrijkste soorten kiesstelsels uitleggen
Evenredige vertegenwoordiging=
Aantal stemmen is evenredig met het aantal zetels dat een partij heeft.
Een partij die 20% van de stemmen haalt, heeft recht op ongeveer 20%
van de zetels.
Meerderheids districtenstelsel=
Het land wordt in 2+ districten verdeeld, waarin afgevaardigden worden
gekozen. Een kandidaat om te worden gekozen in een district moet een
meerderheid halen (of de meeste stemmen). Het is dus een kiesstelsel
waarin een partij in een gebied (district) een meerderheid moet behalen
om zetels te veroveren.
- Groot-Britannie: kandidaat met de meeste stemmen wordt gekozen,
relatieve meerderheid: de partij die de grootste is in een district
krijgt de zetel(s).
- Frankrijk: absolute meerderheid nodig; de helft + 1 stem


De samenstelling van parlement, regering, minsterraad en
kabinet uitleggen
Parlement=
1e en 2e Kamer samen. Ofwel: de Staten-Generaal.

Regering=
art. 42 lid 1: Koning en Ministers.
Kroon: Koning handelt onder ministeriele verantwoordelijkheid, dus als
eenheid.

Ministerraad=

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Shaylynn. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.95. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

48756 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$6.95  3x  sold
  • (0)
Add to cart
Added