Psychologie
Leerstof = boek + leerpad (ook bijkomende teksten)+ PowerPoint, hoofdstuk 7
en 9 NIET
HOOFDSTUK 1: een palet vol theorieën
1.1. Inleiding
Informatie over alles wat aan bod komt in het hoofdstuk.
Psychologie is een wetenschap waarbij het gedrag bestudeerd wordt en
waarbij de gedragsevidentie gebruikt wordt om de interne processen te
begrijpen die aan dat gedrag ten grondslag liggen.
1.2. Het studieonderwerp of object van de psychologie
ONENIGHEID OVER DE DEFINITIE
Geen eenduidigheid over het object/studieonderwerp zowel intern als extern. Bijna alle
psychologische onderwerpen worden ook in andere wetenschappen bestudeerd.
Voorbeeld: emoties, ouderdom, agressie en seksualiteit worden ook bestudeerd
in de biologie en sociologie.
Rivaliserende beschrijvingen en verklaringen over eenzelfde onderwerp (zie
boek vb ‘depressieve klachten’ p20)
veel voorkomende klacht
Kan op meerdere invalshoeken en manieren bekeken en geanalyseerd worden, door
verschillende psychologen. De ene psycholoog ka de klachten bekijken vanuit de relatie
met de partner van de hulpvrager (partner- of gezinsrelatiesysteem HF6), terwijl de
andere kijkt naar de ervaringen – en belevingen daarbij – die de hulpvrager heeft
opgedaan in zijn jeugd (psychoanalystische gedachtegoed HF2).
Een arts kan er echter op wijzen dat depressiviteit samenhangt met een verstoorde
chemische huishouding in de hersenen.
VOORBEELD: verschillende wetenschappelijke vragen over ADHD
• De psycholoog
Wat ervaart een kind dat gediagnosticeerd is met ADHD?
Welke beperkingen levert ADHD op en hoe gaat het kind daarmee om?
De arts
Welk tekort of teveel aan neurotransmitters veroorzaakt ADHD?
Welke medicijnen werken?
,• De arts
Welk tekort of teveel aan neurotransmitters veroorzaakt ADHD?
Welke medicijnen werken?
• De socioloog
Is er sprake van een toename van ADHD in vergelijking tot 25 jaar geleden?
Zo ja, hoe is dat te verklaren vanuit veranderingen in de maatschappij?
KADER 1 – DEPRESSIVITEIT EN DE TIJDSGEEST
Depressiviteit is een stemmingsstoornis. T
wee belangrijkste symptomen:
1) Neerslachtig gevoel
2) Verlies van interesse in vrijwel alle dagelijkse bezigheden
Uit berekeningen bleek dat na verloop van twee generaties de kans om depressief te
worden ruwweg vertienvoudigd was. Over de oorzaak van deze toename bestaan
verschillende meningen.
Bij depressiviteit horen gevoelens van hulpeloosheid (niet weten hoe je iets moet
aanpakken) en hopeloosheid ( geen uitweg meer zien). Doordat in de huidige cultuur
mensen zelf verantwoordelijk worden gesteld voor hun successen en hun falen zouden
deze gevoelens zich sneller ontwikkelen.
EEN POGING TOT DEFINIËRING VAN DE PSYCHOLOGIE
“Psychologie is een wetenschap waarbij zowel het gedrag van mensen wordt
bestudeerd als de gevoelens en gedachten die mensen hebben bij het ervaren van
hun gedrag en de omstandigheden waarin dat plaatsvindt. (aandacht bij het individu
= verschil met andere wetenschappen)
Het verschil met andere wetenschappen is erin gelegen dat in psychologische
theorieeën de beschrijving en verklaring van het object vooral plaatsvinden op
individueel niveau. Dit in tegenstelling tot tot de sociologie, waarin meer naar
maatschappelijke of groepsverbanden wordt gekeken.
Extern (veel raakvlakken tussen de psychologie en andere (mens)wetenschappen))
Psychologie kent van oudsher veel raakvlakken met andere
mens- en sociale wetenschappen
Intern (verschillende theoretische stromingen binnen de psychologie + de daarmee
samenhangend methode waarmee kennis wordt verworven)
Veel meningsverschillen tussen psychologen
Poging tot definiëren wetenschap aan de hand van:
Beschrijving en verklaring
Methoden en theorieën
, Maatschappelijk draagvlak
Object= studieonderwerp van een wetenschap, maar psychologie heeft intern en extern
geen duidelijk object.
Wetenschap kan getypeerd worden aan de hand van drie factoren:
A) De soorten vragen en problemen (het object)
B) De methoden en theorieën
Dynamische spel tussen deze twee factoren
GEVOLG: grenzen tussen wetenschappen liggen niet vast
C) De grenzen en legitimiteit van een wetenschap worden beïnvloed door het
maatschappelijk draagvlak van een wetenschap (Van Strien)
Weerklank in de maatschappij
Westerse wereld = een gepsychologiseerde wereld (Rigter)
Ligt niet per definitie vast
1.3. THEORIEËN
De psychologie kent vele gezichten. Daarom kent zij meerdere indelingen om ordening
aan te brengen in de wirwar van opvattingen en inzichten. In dit boek staan theoretische
ordeningen centraal.
Theorieën zijn referentiekaders:
Bieden interpretaties waarmee verschijnselen bekeken en verhelderd worden
Grote verscheidenheid
Specifieke onderwerpen
Theorieën zijn typeren als referentiekader waaruit psychologen te werk gaan. Ze
bieden interpretaties waarmee verschijnselen bekeken en verhelderd worden. Hierin
kent de psychologie een grote verscheidenheid.
Omdat er binnen de psychologie geen theoretische overeenstemming is, heeft dit tot
gevolg dat eenzelfde verschijnsel vanuit meerdere theorieën verschillend beschreven
en verklaard kan worden. Voorbeeld:
Anorexia nervosa
Boulimia nervosa
Het ontstaan van deze eetstoornissen wordt zowel verklaard vanuit het functioneren
van het gezin, traumatische ervaringen van de patiënt, karaktertrekken van de
patiënt, de invloed van het maatschappelijke schoonheidsideaal en erfelijke aanleg.
Functies van theorieën (kader 2 niet kennen)
Wetenschappelijke theorieën vervullen drie functies.
1) Systematiseren of ordenen
Wetenschappelijke kennisverwerving geschiedt volgens duidelijke regels:
controleerbaar en herstelbaar.
, Het begrip is afgeleid van het Griekse woord theoria, dat beschouwing betekent. De
eerste stap is een systematische weergave van wat er wordt waargenomen. Omdat
wij ook in het dagelijks leven kennis ervaren is deze vaak persoonlijk gekleurd en
weinig systematisch vergaard. Daarom verloopt wetenschappelijke kennisverwerving
via expliciete regels. De procedures van verwerving moeten duidelijk en
controleerbaar zijn.
Een verband wordt pas geldig gezien als het ook in andere experimenten wordt
aangetoond. Herhaalbaarheid speelt een grote rol. Wat in het ene onderzoek wordt
aangetroffen, moet in een ander onderzoek opnieuw aangetroffen worden.
De menselijke waarneming wordt onder andere gekleurd door behoeften, emoties en
kennis. Ook wetenschappers kennen geen objectieve waarneming. Hun waarneming
is vooral theoriegeladen
2) Verklaren en voorspellen van gedrag
Doorredenerend op het gehoorzaamheidsexperiment: De resultaten kunnen verklaard
worden door aan te geven dat ze in specifieke omstandigheden bereikt worden. De
gehoorzame persoon moet bijvoorbeeld extreem afhankelijk zijn van de opdrachtgever.
Op grond daarvan kan voorspeld worden dat in een experiment waarin de proefpersonen
minder afhankelijk zijn, zij ook minder gehoorzaam zullen zijn.
3) Heuristische functie
Hiermee wordt aangegeven dat op grond van het inzicht dat de theorie opleverd
nieuwe voorspellingen gedaan kunnen worden. Met nieuw wordt hier bedoeld: ‘Hé,
daar had ik nog niet aan gedacht.
’ Een theorie is nooit af; zij levert weer nieuwe ideeën op.
1.4. KENMERKEN VAN PSYCHOLOGISCHE STROMINGEN
Psychologisering = psychologie neemt overal toe
1.4.1. GESCHIEDENIS VAN THEORETISCHE STROMINGEN
Historische ontwikkeling
Een stroming heeft een geschiedenis en een mensbeeld.
De start van de wetenschappelijke psychologie ligt zo’n 130 jaar achter ons, maar
filosofische tradities waaruit zij voortkwam zijn veel ouder en soms te herleiden tot
‘oude Grieken’.
In 1889 werd in Parijs het Eerste Internationale Congres voor de Psychologie
gehouden. Men dacht toen dat de toekomstige psychologie de mens zou helpen bij
het vinden van zijn bestemming. Over de manier waarop dat doel gerealiseerd moest
worden, liepen de meningen uiteen.
Er ontstonden snel meerdere stromingen. Deze bestonden uit groepen
wetenschappers met eigen, specifieke vraagstellingen en onderzoeksmethoden.
Binnen de stromingen in de psychologie ontstond schoolvorming.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller camilledegrauwe. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.