100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Deeltoets 2 Lessen 1 & 2 Leergrammatica Arabisch 1 Universiteit Utrecht Islam & Arabisch $3.40   Add to cart

Summary

Samenvatting Deeltoets 2 Lessen 1 & 2 Leergrammatica Arabisch 1 Universiteit Utrecht Islam & Arabisch

 1 view  0 purchase
  • Course
  • Institution

Hey! Check deze "beter geformuleerde lesstof" van lessen 1 en 2 uit Leergrammatica Arabisch van Corne Hanssen. Het is een superhandige hulp voor je studie Arabisch aan de Universiteit Utrecht. De samenvatting behandelt belangrijke onderwerpen zoals woordsoorten, persoonlijke voornaamwoorden, en het...

[Show more]

Preview 2 out of 12  pages

  • October 2, 2024
  • 12
  • 2024/2025
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting Deeltoets 2 Les 1 & 2
Les 1

1.1 Woordsoorten
De woorden van het Arabisch delen wij in drie categorieën in:
1. Naamwoorden (nomen)
- Deze woorden geven zaken, wezens of eigenschappen aan. Voorbeelden zijn
zelfstandige, bijvoeglijke en persoonlijke (voor)naamwoorden. Voorbeelden zijn de
woorden ‘ik', 'boom', 'geluk', 'groot', 'blauw', 'wie' en 'Kees'.
2. Werkwoorden (verbum)
- Deze woorden geven een handeling aan en de tijd waarin de handeling plaatsvindt.
Voorbeelden zijn de woorden ‘zien', 'gedaan' en ‘las’.
3. Partikels
- Alle woorden die noch naamwoord noch werkwoord zijn noemen wij partikels. Deze
woorden maken het mogelijk uitspraken te doen over naamwoorden, werkwoorden of
verbindingen van beiden. Voorbeelden zijn de woorden 'maar', 'niet', 'in', 'nog' en 'als'.


1.2 Persoonlijke voornaamwoorden (pronomen)
Zelfstandig naamwoorden kunnen worden vervangen door persoonlijke voornaamwoorden.
Hier moet je denken aan woorden als ‘ik’ (1e persoon enkelvoud), ‘jij’ (2e persoon
enkelvoud), ‘hij’ (3e persoon enkelvoud) enzovoorts. Het Arabisch kent voor 'jij’ een
mannelijke én een vrouwelijke variant.
- ‘Ik’: ‫َأ َنا‬
- Mannelijke ‘jij’: َ‫َأ ْنت‬
- Vrouwelijke ‘jij’: ‫ت‬ِ ‫َأ ْن‬
- ‘Hij’: ‫ه َُو‬
- ‘Zij’: ‫ِي‬َ ‫ه‬

‘U’ kan in het Arabisch met het persoonlijke voornaamwoord ‫( َأ ْن ُت ْم‬jullie) vertaald worden,
maar dit gebeurt heel weinig.

(De arabische persoonlijke voornaamwoorden bezitten de tegenwoordige tijd van het
werkwoord ‘zijn’. Zo betekent ‘‫ ’َأ َنا‬eigenlijk ‘ik ben’.)


1.3 Zelfstandige naamwoorden
Zelfstandige naamwoorden zijn woorden die dieren, personen, voorwerpen en dergelijke
aangeven. Voorbeelden zijn de woorden ‘deur’, ‘raam’ en ‘ziel’. Het zelfstandig naamwoord
wordt ook de substantief genoemd.

, 1.4 Bepaaldheid
Naamwoorden kunnen bepaald (het is precies duidelijk wie of wat) of onbepaald (het is niet
duidelijk wie of wat) zijn. Een voorbeeld van een onbepaald naamwoord is 'een huis', want
wij weten niet precies welk huis gesproken wordt. Daarentegen is 'het huis' bepaald omdat
het dan over één bepaald huis gaat.

De persoonlijke voornaamwoorden zijn altijd bepaald. Zelfstandige en bijvoeglijke
naamwoorden zijn onbepaald als het lidwoord 'een' ervoor staat. Als het lidwoord 'de' of ‘het’
ervoor staat, dan zijn ze bepaald.

In het Arabisch is een woord bepaald wanneer het lidwoord ‫ ال‬ervoor staat. Kenmerkend aan
een onbepaald woord is de an-, un- en/of in-klank (nunatie/tanwīn) aan het eind van het
woord.
- een deur : ‫اب‬ ٌ ‫َب‬
- de deur : ‫اب‬ُ ‫اَ ْل َب‬
- een koningin : ‫َملِ َك ٌة‬
- de koningin : ‫اَ ْل َملِ َك ُة‬


1.5 De nominale zin
Een Nederlandse zin bestaat minimaal uit een onderwerp en een gezegde. Het onderwerp
(subject) is dat waarover iets gezegd wordt, terwijl het gezegde (predicaat) is wat er over het
onderwerp wordt gezegd. In het Nederlands bevat het gezegde altijd een werkwoord:
1. Hij slaapt.
- Hij: subject
- slaapt: predicaat
2. Zij is lerares.
- Zij: subject
- is lerares: predicaat

In het Arabisch is het werkwoord 'zijn' niet zichtbaar in de tegenwoordige tijd, maar die schrijf
je in de Nederlandse vertaling wel bij. Zinnen waarin dit het geval is worden nominale zinnen
genoemd. Zij beginnen meestal met een naamwoord:
1. ‫ِب‬ٌ ‫( َأ َنا َطال‬Ik (ben) student)
- ‫َأ َنا‬: subject
- ‫ِب‬ ٌ ‫ َطال‬: predicaat
2. ‫ِي ٱ ْل َملِ َك ُة‬
َ ‫( ه‬Zij (is) de koningin)
- ‫ِي‬ َ ‫ه‬: subject
- ‫ٱ ْل َملِ َك ُة‬: predicaat

Zinnen die met een werkwoord beginnen, worden verbale zinnen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller JeFavoStudent. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.40. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

79789 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.40
  • (0)
  Add to cart