Samenvatting van het vak celbiologie uit de opleiding life sciences, ook wel biologie en medisch laboratoriumonderzoek.
Per onderwerp zijn de leerdoelen uitgewerkt aan de hand van het boek ''Campbell'', de powerpoints en de extra lesstof.
De onderwerpen zijn puntsgewijs samengevat, om zo een goed ...
Samenvatting Hoofdstuk 12 van Biology a Global Approach 11th edition
Samenvatting Hoofdstuk 8 van Biology a Global Approach 11th edition
Samenvatting Hoofdstuk 7 van Biology a Global Apprach 11th edition
All for this textbook (58)
Written for
Hogeschool Utrecht (HU)
Biologie en Medisch Laboratoriumonderzoek
Celbiologie
All documents for this subject (18)
8
reviews
By: jorgedehing1 • 1 year ago
By: azadekilic2 • 10 months ago
By: maaikehiensch • 3 year ago
By: kaczmarczyknetherlands • 4 year ago
By: Rochelle44 • 4 year ago
By: Arig • 4 year ago
By: nouralfares • 3 year ago
Show more reviews
Seller
Follow
IvHouwelingen
Reviews received
Content preview
Les 1 Pro- en eukaryote cellen
Campbell 7.2 Pro- en eukaryote cellen
• Prokaryoten: bacteriën en archaea
Eukaryoten: protisten, schimmels, dieren en planten.
• Bij prokaryoten:
- DNA ligt in de nucleoide
- Circulair DNA en plasmiden (=losse circulaire DNA moleculen)
- Eencellig (unicellulair)
- Kleiner (1-10 um)
- Meestal haploïd
- Hebben een celwand
- DNA is 1 geheel
Bij eukaryoten:
- DNA ligt in de kern
- Lineair DNA (chromosomen)
- Meercellig (multicellulair) (zodat wanneer er 1 cel dood gaat niet alles vergaat).
- Groter (10-100 um)
- Meestal diploïd
- Hebben organellen
- Sommige een celwand
- Meerdere chromosomen
• Planten
- Bevatten een celwand en een vacuole deze zorgt voor stevigheid (turgor).
- Plasmodesmata (verbindingen tussen plantaardige cellen).
- Chloroplasten
• Dierlijke cellen
- Geen celwand, het bindweefsel zorgt voor de stevigheid.
- Verschillende junctions (zie verderop).
- Lysosomen
• In de cel bevindt zich het cytosol (zonder organellen). Cytoplasma (met organellen).
• Het plasmamembraan laat voldoende zuurstof, voedingsstoffen en afvalstoffen toe.
• Elk type membraan heeft zijn eigen samenstelling.
• Naarmate een cel groter wordt groeit het oppervlakte verhoudingsgewijs minder dan het
volume. De verhouding oppervlakte/inhoud wordt dus kleiner. Dit is ongunstig voor diffusie.
• De diffusieconstante is afhankelijk van
- Molecuuleigenschappen
- Temperatuur
- Medium (water/gassen)
• Biofilms is de leefgemeenschap van bacteriën.
Campbell 31.1 Schimmels
• Schimmels zijn heterotroof (=kunnen hun eigen voedsel niet maken).
• Schimmels absorberen voedsel met behulp van hydrolytische enzymen die moleculen kleiner
maken. Andere schimmels gebruiken enzymen om de celwand binnen te dringen en om
voedingsstoffen op te kunnen nemen.
• Parasitaire schimmels: halen voedingsstoffen uit cellen van levende gastheren. Sommige
parasitaire schimmels zijn ziekteverwekkend.
, Mutualistische schimmels: doen hetzelfde als parasitaire schimmels ten goede van de
gastheer.
• Lichaamsstructuren van schimmels kunnen meercellige filamenten of afzonderlijke cellen
(gisten) zijn.
• Hyfen is een netwerk van kleine filamenten. Deze vormen samen mycelium. Mycelium groeit
snel.
• Septa poriën: zijn groot genoeg om voedingstoffen, organellen, ribosomen, mitochondriën
en kernen van cel naar cel te laten stromen.
Coenocytic hypa: ontstaat door kerndeling zonder cytokinese.
• De celwand:
- Zorgt voor structuur en stevigheid
- Beschermt tegen schadelijke stoffen
- Voorkomt een te hoge osmotische druk
Bestaat uit:
- Chitine (versterkt de celwanden)
- Polysachariden
- Glycoproteïnen (eiwitten met daaraan gekoppelde koolhydraat ketens)
(functioneren als herkenningspunt)
Campbell 26.1 Virussen
• Een virus is een kleiner en een eenvoudiger deeltje dan een bacterie.
• Het genoom van een virus bestaat uit: dubbelstrengs DNA, enkelstrengs DNA, dubbelstrengs
RNA of enkelstrengs RNA.
• Kan niet zelfstandig repliceren.
• Virusdeeltjes kunnen zich door de plasmodesmata verspreiden.
• Een virus bestaat uit een nucleïnezuur dat wordt omgeven door een eiwit laag, die de
capside wordt genoemd. (Bij sommige virussen is dit omgeven door een membraneuze
envelop).
• De capside is opgebouwd uit eiwitten genaamd capsomeren.
, • De capside is:
- staafvormig (ookwel spiraalvormige virussen)
- polyedrisch (ookwel icosahedrale virussen)
- complexer van vorm
• De virale enveloppen bevatten fosfolipiden en membraaneiwitten van de gastheercel, maar
ook eiwitten en glycoproteïnen van virale oorsprong.
• Complexe capsiden worden gevonden bij virussen die alleen bacteriën infecteren
(bacteriofagen).
Campbell 26.2 Reproductie van virussen
• Virussen kunnen alleen in de gastheercel repliceren.
• Het gastheerbereik van het virus is het aantal gastheersoorten dat het virus kan infecteren.
1. Het virus infecteert de cel door de receptoren op de cel.
2. Het virus komt de cel binnen.
3. Eiwitten gaan de gastheercel commanderen om het virale genoom te kopiëren (DNA)
en virale eiwitten (mRNA) te produceren.
4. Het virale genoom en de virale eiwitten komen samen en wordt een nieuw virus.
, Les 2 Organellen
• Door het cytoskelet kan de cel van vorm veranderen. Het is een netwerk van eiwitvezels. Het
zorgt voor stevigheid, structuur en transport.
• Homeostase= het handhaven van een chemisch en fysiologisch evenwicht binnen het
organisme. Cellen reageren voortdurend op interne en externe signalen. Het aantal
organellen of de grootte is afhankelijk van de functie van de cel.
Membranen
• Membraan is opgebouwd uit:
- Fosfolipiden:
o Vloeibaar en flexibel
o Zwak maar stabiel
- Eiwitten:
o Transport van polaire stoffen en grote moleculen.
o Receptoren
o Enzymen
• Kleine apolaire stoffen (hydrofoob) zoals CO2 en O2 kunnen gemakkelijk over het membraan
diffunderen.
• Door membranen hebben de organellen een uniek milieu. Dit kost wel energie en
belemmerd transport.
• Peripheral (in een deel van het membraan) en integral (door het hele membraan) eiwitten
staan in contact met de buitenwereld.
• Bij hogere temperaturen verhindert cholesterol dat de membraan te vloeibaar wordt en bij
lagere temperaturen verhindert cholesterol dat de membraan te star wordt.
• Meer dubbele bindingen in een vetzuur verhoogt de flexibiliteit van het membraan.
Organellen
• Een organel is een door een membraan omgeven structuur met gespecialiseerde functies
binnen de cel. (Alleen bij eukaryoten).
• Enkelmembraan: ER, golgi, lysosoom, peroxisoom, endosoom, vacuole.
Dubbelmembraan: kern, mitochondriën, chloroplasten.
• Geen organellen: ribosomen, cytoskelet, celwand, cytosol.
• Het endomembraansysteem bestaat uit:
- Nucleaire envelop (binnen- en buitenmembraan en de poriën)
- ER
- Golgi-apparaat
- Lysosomen
- Blaasjes en vacuolen
- Plasmamembraan
Campbell 7.3 De kern en ribosomen
• De kern bevat het meeste DNA en het is het regelcentrum van de cel.
• De nucleaire matrix helpt het genetische materiaal te ordenen.
• Het DNA is georganiseerd in chromosomen. Het complex van DNA en eiwitten waaruit
chromosomen bestaan is chromatine.
• Sommige genen bevinden zich in de mitochondriën en chloroplasten.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller IvHouwelingen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.92. You're not tied to anything after your purchase.