100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
BP - Samenvatting Basiscoschap Paard $6.74   Add to cart

Summary

BP - Samenvatting Basiscoschap Paard

 6 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Dit bestand bevat alle aantekeningen die je nodig hebt om het tentamen van het basiscoschap paard (BP) te halen! Bespaar jezelf weken werk met deze uitwerkingen.

Preview 4 out of 105  pages

  • October 3, 2024
  • 105
  • 2024/2025
  • Summary
avatar-seller
- Module Koliek
- Module Neonatologie
- Module Bloeduitslagen
MTE1
Module Koliek
Casus 1
Een paard van een van jouw cliënten vertoont sinds twee uren koliekverschijnselen:
krabben, liggen en opstaan en soms zelfs even rollen. Het dier zweet niet of nauwelijks.
Er zijn ook perioden zonder pijnuitingen.

1. Welke anamnesevragen stel je bij aankomst met betrekking tot de klacht?
a. Wanneer is het begonnen?
b. Wanneer heeft het dier voor het laatst gemest?
c. Heeft het dier een geschiedenis met koliek?
d. Krijgt het dier medicatie? Waarmee? Reageert het dier hierop?
e. Is er een recente voerverandering geweest?

2. Welke klinische gegevens wil je hebben om tot een eerste opvang te komen en wat is de betekenis
van die parameters?
a. Algemeen onderzoek
b. Digestieonderzoek
i. Borborygmi → frequentie, toonhoogte, aard, locatie.
1. Steelbandgeluiden wijzen op gas boven water onder druk.
2. Waterige borborygmi kunnen wijzen op diarree.
ii. Défense musculaire → meestal bij peritonitis.
iii. Buikomvang → vraag altijd of het dier ook is veranderd in dit opzicht.

Bij het klinisch onderzoek vind je een ademfrequentie van 16 teugen/min, een pols van 44 slagen/min en
een temperatuur van 38.2 °C. De oren en lippen zijn warm. De slijmvliezen zijn roze. De buik is niet hard. Er
zijn rechts volop borborygmi te horen, maar in de linker flank is het stil.

3. Stel een probleemlijst op.
a. Tachycardie
b. Lichte verhoging
c. Gebrek aan borborygmi in de linker flank

4. Wat wordt je differentiaaldiagnose?
a. DDx milde koliek met verminderde geluiden in de linker flank:
i. Milt-nierband entrapment van het colon.
ii. Linksventrale colonimpactie (vaak door stro)

5. Wat wordt je waarschijnlijkheidsdiagnose op basis van de bevingen in het klinisch onderzoek?
a. Leg nader uit aan de hand van de anatomie van het maagdarmstelsel van het paard.

6. Maak een plan van aanpak voor deze patiënt.
a. De milt-nierband entrapment kan je diagnosticeren middels echografie.
b. Met rectaal onderzoek kun je de linksventrale colonimpactie vaak voelen. Soms kun je ook
de milt-nierband voelen, en hiermee eventueel een entrapment diagnosticeren.

7. Welke uitleg en adviezen geef je mee aan de eigenaar?
a. Milt-nierband entrapment
i. Afwachten bij een stabiel paard → vaak herstel binnen enkele dagen. Hierbij krijgt
het paard geen eten en wordt er regelmatig rustig mee gelopen.
ii. Paard omrollen onder anesthesie (klein risico op complicatie door colontorsie).
b. Linksventrale colonimpactie
i. Paraffine

, ii. Magnesiumsulfaat → osmotisch laxantium → trekt water aan en maakt zo de stro
in de impactie zachter.

Casus 2
Je wordt ‘s nachts (om 1 uur) gebeld voor een paard dat sinds een uur koliek heeft. Het dier krabt, gaat
liggen en staat weer op, en rolt soms zelfs even over zijn rug.

Bij het klinisch onderzoek blijkt de temperatuur normaal te zijn; de pols is 44 slagen/min, de slijmvliezen
zijn roze, de turgor is goed en de oren zijn lekker warm. Er zijn volop borborygmi te horen, terwijl navraag
bij de eigenaar leert dat de buik niet dikker is dan normaal.

1. Is het onderzoek voor dit moment voldoende compleet? Doe altijd een volledig AO en
digestieonderzoek.

2. Je wil het paard een pijnstiller geven. Welke pijnstiller kies je, en hoe is het werkingsmechanisme
van deze pijnstiller?
a. Metamizol (NSAID) → werkt ~2u.
b. Buscopan (spasmolyticum) → werkt ~20 minuten. Door de korte werkingsduur kun je de
ernst van de koliek beter monitoren.
c. Flunixine (NSAID) → werkt langer, waardoor je moeilijk kunt inshcatten of de koliek
verergerd. Risico op rechtsdorsale colitis.

Tevens geef je de eigenaar opdracht jou te bellen als de koliek niet overgaat of terugkomt.
Tot die tijd mag de eigenaar het paard afstappen. Als je de volgende morgen wakker wordt, realiseer je je
dat je niet meer gebeld bent.

3. Wat is nu je (waarschijnlijkheids-) diagnose?

4. Moet je nog verdere adviezen geven aan de eigenaar?

Casus 3
Je wordt ’s morgens vroeg in consult geroepen bij een paard dat een half uur daarvoor in de stal is
gevonden. De stal lag overhoop en het paard heeft kale, gezwollen plekken op de heupen, oogbogen,
atlasvleugels en hakken.

1. Welke anamnesevragen stel je bij aankomst met betrekking tot de klacht?

Wanneer je een algemene indruk uitvoert zie je dat het paard heel suf is en stil op zijn plaats blijft staan.
Het is kletsnat van het zweet. Nader onderzoek levert een polsfrequentie van 92 slagen/min en een
temperatuur van 39.0 °C op. De slijmvliezen zijn rood en de oren en lippen koud. Volgens de eigenaar is de
buik dikker dan de vorige dag. Er zijn geen borborygmi te horen en de buik is te hard.

2. Stel een probleemlijst op.

3. Hoe ga je nu verder?

Bij rectaal onderzoek vind je een buik vol uitgezette dunnedarmlissen. Het rectum is leeg.

4. Wat is op basis van de bevindingen je waarschijnlijkheidsdiagnose? Kun je daar alle klinische
bevindingen mee verklaren?

5. Wat wordt je plan van aanpak voor dit paard?

Casus 4

,Het is 15 mei en al een paar dagen heerlijk weer. Het gras groeit en de vogels fluiten. Je wordt in consult
geroepen bij een paard dat met vrij heftige koliek in de weide is gevonden.

Bij het klinisch onderzoek vind je een polsfrequentie van 72 slagen/min en een temperatuur van 38.2°C. De
slijmvliezen zijn wat te rood maar de extremiteiten voelen warm aan. Het paard heeft een dikke en erg
gespannen buik, maar geen echte défence musculair. Er zijn beiderzijds te weinig hoogtonige borborygmi te
horen. Zowel links als rechts is er een positieve steelbandproef. U kunt rectaal niet verder dan tot uw
elleboog in het rectum komen, omdat u grote ballonen tegenkomt, die het onmogelijk maken dieper door
te exploreren.

1. Wat zijn in dit stadium van onderzoek de differentieeldiagnostische mogelijkheden?
a. Gasdistensie
b. Colonvolvulus

2. Wat wordt het plan van aanpak?
a. Intuberen
b. Doorverwijzen naar een kliniek
i. Indien de eigenaar dit niet wik
1. Laxeren, zolang er geen obstructie is
2. Trocar plaatsen in het basis cecum bij overmatige hoeveelheid gas.

Casus 5.
Je bent op vrijdagavond bezig met het gezelschapsdierenspreekuur als een eigenaar van een KWPN-ruin
belt. De man is duidelijk in paniek omdat zijn paard heftige koliek heeft. Hij heeft al geprobeerd het paard
uit de box te halen om af te stappen, maar het paard laat zich steeds vallen en slaat dan wild om zich heen.

1. Onderbreek je hiervoor het spreekuur? Ja

Bij het paard gekomen blijkt het paard inderdaad voortdurend te rollen en om zich heen te slaan.

2. Wat wordt het plan van aanpak?
a. Start met analgesie, zodat het paard überhaupt onderzocht kan worden.
i. IM detomidine is vaak nog mogelijk toe te dienen in een paard dat wild om zich
heen slaat.
b. AO & digestieonderzoek
i. Bedenk bij de interpretatie dat detomidine de polsfrequentie verlaagt.
c. Stabiliseren
d. Doorsturen (vaak is hierbij sedatie tijdens transport nodig)

, Module Neonatologie
Een merrie is gemiddeld 341 (range 327 - 365) dagen drachtig.
Bij een prematuur veulen is de dracht <320 dagen, of meer dan 14 dagen vroeger dan wat ‘normaal’ is voor
die specifieke merrie.
Bij een dysmatuur veulen is de draagtijd normaal, maar is het veulen onderontwikkeld.

Bij een prematuur veulen kun je vaak de volgende verschijnselen zien:
- Benauwdheid (onvoldoende surfactant & minder longcompliantie)
- Floppy ears
- Hypoglycemie (kleine glycogeenvoorraad & nog suboptimale werking van het endocriene systeem)
- Onvoldoende gewrichtsossificatie (is normaal een van de laatste onderdelen van de dracht)
- Slappe pezen → standafwijkingen van de benen
- Laag geboortegewicht
o Normaal is een veulen bij de geboorte ~10% van het volwassen gewicht van de merrie; prematuur is
dit vaak 7-8%.
- Rode slijmvliezen (slijmvliezen zijn nog zeer dun)
- Zijdeachtige vacht

Partus & postpartum
De uitdrijvingsfase duurt max. 15min., waarna de merrie nog ~15min. blijft liggen voor overdracht
van 1-1,5L bloed via de navelstreng naar het veulen. Hierna staat de merrie op en toont ze
interesse in het veulen en stimuleert ze deze tot opstaan & drinken.

Het paard heeft een epitheliochoriale placenta. Het veulen is
hierom afhankelijk van het allantochorion. Wanneer deze
loslaat zie je een ‘red bag’, welke je dus direct moet
stukmaken omdat het veulen dan geen zuurstof krijgt. Het is
normaal om de amnionblaas (‘white bag’) te zien.

Rechts staat een kort overzicht van de tijden die ‘normaal’
worden geacht voor het optreden van verschillende gebeurtenissen
postpartum.

Er wordt gesproken van retentio secundinarum na 6u; dit is altijd spoed.
De placenta moet volledig afkomen, en hoort slechts één opening te
hebben t.h.v. de cervixster. De tip van de niet-drachtige uterushoorn blijft
heet vaakst achter in de merrie.

Onderzoek van het veulen
Direct postpartum kan er voor veulens gebruik gemaakt worden van een
APGAR score:
Parameter 0 1 2
Ademhaling Geen <60/min. >60/min.
Pols Geen <60/min. >60/min.
Spiertonus In zijligging - In zijligging – Sternaal
slap spiertonus
Prikkel toedienen Geen reactie Milde Forse
aan neus afweerreactie afweerreactie

Interpretatie APGAR score:
- 0–3 → levensbedreigend; grote interventie noodzakelijk;
- 4-6 → interventie noodzakelijk;
- 7-8 → gezond veulen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller remconederlof. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.74. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

76800 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.74
  • (0)
  Add to cart