Alle vragen in dit document zijn ooit al eens gesteld geweest (2023 en eerder)!! De casussen uit de proefexamens in dit docu komen ook aan bod op het examen, soms met de vraagstelling een klein beetje aangepast!
Ook de oefencolleges met de juiste antwoorden + helemaal uitgetypt zijn aanwezig in d...
OEFENCOLLEGE 1:
● Zijn de hiernavolgende stellingen juist of fout, en waarom?
a. Het vermogen is het geheel van vermogensrechtelijke en niet-vermogensrechtelijke
rechten en plichten van een rechtssubject.
- FOUT:
- Het vermogen is het geheel van patrimoniale rechten en verplichtingen.
- Patrimoniale rechten = subjectieve rechten die in geld waardeerbaar zijn.
- Extra Patrimoniale rechten = subjectieve rechten zonder economische waarde (bv.
persoonlijkheidsrechten en familiale rechten).
b. Het vermogen is een feitelijk geheel van activa en passiva.
- FOUT:
- Het vermogen is een juridisch geheel/ algemeenheid (art. 3.35BW) van
patrimoniale rechten en verplichtingen. Een feitelijk geheel doet er niet toe in de
rechten, iets wat afhankelijk is van de actuele samenstelling (bv. collectie van een
museum). Een vermogen in rechte geldt ongeacht de samenstelling. Juridische
algemeenheid = de algemeenheid die juridisch als dusdanig als eenheid/ geheel
wordt erkend, ongeacht de actuele samenstelling.
c. Wanneer een voetbalclub een rechtspersoon is en een lid sluit een contract met een
drankenhandelaar voor de jaarlijkse fuif van die voetbalclub, dan is steeds de
voetbalclub zelf de contractpartij bij dat contract.
- FOUT
- Het is fout want u moet in naam van de voetbalclub ageren. Wanneer je een ander
persoon vertegenwoordigt moet er voldaan worden aan:
1) Kenbaarheidsvereitsten: Dit betekent dat je het kenbaar moet maken aan
de contractpartij (= de drankenhandel) als je in de naam en voor rekening
van een andere persoon handelt (= in naam en voor rekening van de
voetbalclub). Doet hij dit niet, dan is hij zelf verbonden.
2) Vertegenwoordigingsbevoegdheid: Je moet
vertegenwoordigingsbevoegdheid hebben. De voetbalclub kan namelijk enkel
gebonden worden als er een bekrachtiging plaatsvindt. Anders is er sprake
van een schijnmandaat.
d. Een zakelijke rechtshandeling kan slechts geldig tot stand komen door de
overdracht van de zaak
- JUIST:
- De stelling is juist. Een zakelijke rechtshandeling is een rechtshandeling die de
afgifte van een voorwerp als essentieel bestanddeel heeft voor een geldige
totstandkoming. De overeenkomst komt maar tot stand, kan pas uitvoering krijgen als
er een zaak wordt overgedragen.
- Bv. handgift of lening. (art. 1875 OBW)
e. Bij een formele rechtshandeling is de naleving van een wettelijk voorgeschreven
vorm vereist voor de tegenwerpelijkheid van de rechtshandeling
- FOUT:
, - De stelling is niet juist door de nuance in de vraagstelling. Een formele
rechtshandeling vereist een bepaalde vorm bv. schenking, testament.
- MAAR: Dit is niet relevant voor de tegenwerpelijkheid van de rechtshandeling. Het is
namelijk niet tegenwerpelijk als de vormvoorschriften niet worden nageleefd.
- MAAR: Als de rechtshandeling niet rechtsgeldig tot stand komt, dan is die ook niet
tegenwerpelijk aan derde. (dan is de stelling wel juist).
f. Op grond van het specialiteitsbeginsel kan een rechtspersoon slechts rechtsgeldig
optreden binnen de grenzen van de wettelijke en statutaire bevoegdheden
- JUIST:
- Een rechtspersoon = een groepering van rechtssubjecten, 1 of meerder natuurlijke
personen met een afzonderlijk vermogen. Fungeert met een eigen vermogen en als
eenheid. Ook fungeert het in een gegeven rechtssysteem op grond van het
zogenaamde specialiteitsbeginsel !! = 2 zaken:
1) steeds wettelijke grondslag die vereist is om een rechtspersoonlijkheid te
verschaffen, om een rechtspersoon te gaan creëren (je kan het enkel
oprichten via een wettelijk kader dat ervoor is vereist).
2) De rechtspersoon kan enkel handelen binnen de grenzen die voor hem zijn
opgesteld: binnen de wettelijke en de statutaire bevoegdheid. Wat de wet of
de statuten bepalen is bindend voor de rechtspersoon.
- beperking uit aard en wet
- beperking uit doel (bv. VZW: mag geen winstoogmerk beogen)
g. Een reeds verwekt kind kan zelfs voor zijn geboorte rechten en plichten hebben, op
voorwaarde dat het levend en levensvatbaar geboren wordt
- FOUT:
- Vanaf je geboorte ben je een rechtspersoon, een persoon met rechten en plichten,
maw een juridische persoonlijkheid van een natuurlijk persoon die geldt gedurende
het menselijke leven. De aanvang van de rechtspersoonlijkheid begint pas bij de
geboorte als het kind levend en levensvatbaar is.
- De uitzondering is de infans conceptus regel = kind vanaf ogenblik van verwekking
titularis van enkel rechten, geen verplichtingen, op voorwaarde dat het later levend
en levensvatbaar wordt geboren.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rechtenstudentje004. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $12.90. You're not tied to anything after your purchase.