Strategisch kader
Strategie = de langetermijnrichting van een organisatie.
Drie soorten activiteiten met verschillende tijdshorizons:
1. Huidige kernactiviteiten: uitbreiden en verdedigen
2. Opkomende bedrijven bouwen
3. Maak uitvoerbare opties
Strategische planning – drie onderling afhankelijke fasen:
Strategische positie
Doel (purpose): Strategisch kader/doel (visie, missie en doelstellingen), het is
de basis voor de analyse van:
Omgeving (environment): Externe omgeving van het bedrijf: externe analyse
-> kansen en bedreigingen.
Capaciteit (capacity): De strategische mogelijkheden van het bedrijf: interne
analyse -> sterktes en zwaktes.
Cultuur (culture):
Strategische keuzes
Business
International
Acquisitions & alliances
Innovation
Cooperate
Strategie in actie – implementatie
Evaluating
Organising
Practice
Changing
Processes
,Het Strategiemodel bevat:
- inzicht in de strategische positie van een organisatie; het beoordelen van strategische
keuzes voor de toekomst en het beheren van de strategie in actie.
Het strategisch kader vormt de algehele basis van het beleid en de activiteiten van het bedrijf en
geven aan hoe deze doelen gerealiseerd gaan worden. Het is een samenhangend geheel.
Fundamentele doelen weerspiegeld in:
Missie: waarom zijn we op aarde? (In welke ‘business’ zitten we)
Visie: gewenste toekomstige staat (wat willen we bereiken)
Bedrijfswaarden: welke kernwaarden leiden tot gedrag van de organisatie? (Zouden deze
waarden veranderen met andere omstandigheden?)
Doelstellingen: bijvoorbeeld verkoop, marktaandeel, innovatie; bij voorkeur SMART
geformuleerd
Drie dimensies volgens Abell:
Klantgroepen
Behoeften van de klant
Technologieën, producten of diensten
, Het Abell-schema beschouwt de klant als uitgangspunt. Elke dimensie kan uitbreidingsmogelijkheden
voor het bedrijf bevatten, waaronder digitale kansen: marktpenetratie, marktontwikkeling,
productontwikkeling en diversificatie.
Doel: de klantgroepen, klantbehoeften en technologieën producten/diensten van het bedrijf
in kaart brengen en daarmee de business scope van het bedrijf bepalen.
Klantbehoeften: definiëren van de markt waarin het bedrijf zich bevindt op basis van
afnemersbehoeften.
Klantgroepen: wie, welke doelgroepen
Technologieën (producten/diensten): hoe ga je de klantbehoeften van de
klantgroepen vervullen?
Business scope en business domein bepalen je positie ten opzichte van de concurrent.
Inzicht in dingen waarin je kunt groeien -> zijn er klantengroepen die je nu niet
bediend maar wel kan gaan bedienen -> net als producten en behoeften van klanten
waarin je kan gaan voorzien.
Business domein = de gehele markt. Business scope = de reikwijdte, het deel van de
markt dat wordt bediend door de organisatie.
Product development = uitbreiding van de business scope op de productas
Strategische capaciteiten -> concurrentievoordeel
Voordelen worden gebaseerd op (geglobaliseerde ondernemingen):
1. Economising of scale: schaalvoordelen en reikwijdte (bewegingsruimte), omvang waarmee je
concurrentievoordeel kan creëren.
2. Economising of scope: voordelen die je hebt vanwege je business scope, dat je op bepaalde
plaatsen ervaring opdoet die je op andere plekken kan gebruiken en die de concurrentie niet
heeft.
3. Strategic thinking as a core competence: strategisch denken als kerncompetentie.
4. Exploitation of local advantages: gebruiken van lokale voordelen.
5. Company specific competitive advantages: bedrijfsspecifieke concurrentievoordelen.
6. Ability to provide global services: mogelijkheid om wereldwijd diensten aan te bieden.
7. The ability to use human resources in developing competitive advantage: het vermogen om
personeel te gebruiken bij het ontwikkelen van concurrentievoordeel.
The glocalisation framework
Global + local = wereldwijd & lokaal = globalisatie
Think global, act local
Pas je handelingen (marketingmix) aan aan de lokale omstandigheden.
Macro-omgeving
Belangrijke drijfveren voor verandering: de omgevingsfactoren die waarschijnlijk een grote impact
hebben op het succes of falen van de strategie van het bedrijf.
DESTEP
1. Demografisch: rol van de overheid
2. Economisch: economische groei, werkloosheid, wisselkoersen, online betaalmethoden
3. Sociaal-cultureel: demografisch; toenemend sociaal contact via internet, ouder wordende
bevolking, ethische populaties
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sharaynieborg. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.