Hoofdstuk 1: de interactionele theorie
1.2 het model van Leary
De drijvende kracht achter interpersoonlijk gedrag is de vermindering van angst en dan vooral van verlatings-
en vernietigingsangsten.
De accenten in verschillende vormen van interactioneel gedrag worden in de kindertijd gelegd.
- Bevelsaspect = wanneer kinderen zulke beperkte gedragsalternatieven tot hun beschikking hebben
waardoor ze hun omgeving als het ware dwingen op een vrij eenduidige, weinig gevarieerde manier
op hen te reageren. De uitgelokte reactie uit de omgeving zorgt dat het gedrag van dat kind in stand
wordt gehouden.
Er is een indeling te maken tussen de verschillende interacties tussen mensen, het model van Leary.
- Dominantiedimensie = hier kan het machtsaspect in een relatie worden aangegeven
- Affiliatiedimensie = hier kan het nabijheidsaspect in een relatie worden aangegeven
- Boven-onder = hiermee wordt bedoeld dat in het interactionele gedrag van mensen een bevelsaspect
te onderkennen is, dat aangeeft hoe de hiërarchische verhouding wordt gezien of wordt gewenst. Op
een schaal is aan te geven in welke mate iemand zich bepaald gedrag in een leidende, gelijkwaardige
of onafhankelijke positie ten opzichte van de ander opstelt
- Tegen-samen = hiermee wordt bedoeld dat tegelijkertijd ook een bevelsaspect te onderkennen is, dat
aangeeft in hoeverre de verhouding wordt gezien of gewenst als nabij-vriendelijk of oppositioneel-
afstandelijk. Er is op een schaal aan te geven in welke mate iemand meer op de ander of meer op
zichzelf gericht is
Gedrag is te beschrijven in 4 hoofdvarianten
- Boven en samen; ik stel me leidend en solidair op ten opzichte van de ander en beveel hem daarmee
vriendelijke volgzaamheid
- Onder en samen; ik stel me afhankelijk en vriendelijk op ten opzichte van de ander en beveel hem
daarmee om welwillend het initiatief te nemen
- Onder en tegen; ik stel me onderdanig, maar ook wantrouwend of vijandig op ten opzichte van de
ander en beveel hem daarmee mij maar met rust te laten, of me af te wijzen
- Boven en tegen; ik stel me superieur en in oppositie ten opzichte van de ander op en beveel hem
daarmee ontzag voor me te hebben
De interactieroos van Leary
Aanknopingspunten om het interactionele gedrag binnen elk
octant te beoordelen
1. Hoe omschrijft de persoon in kwestie met dat gedrag
zichzelf op dat moment
2. Hoe omschrijft hij daarmee de anderen
3. Wat voor voorstel gaat er van dat gedrag uit voor de
relatie tussen hen
4. Welke communicatiestijl gebruikt hij daarvoor
5. Welke reactie van de anderen lokt dat uit
6. Is het gedrag van de persoon in kwestie functioneel
of disfunctioneel
, 1.3 Gesproken taal en lichaamstaal
- Metacommunicatie = de communicatie die door het lichaam wordt uitgedrukt.
Lichaamstaal heeft een 5 maal sterker effect dan de verbale inhoud.
1.4 Gepast en ongepast gedrag
De volgende criteriapunten kunnen worden aangehouden als we kijken naar gepast en ongepast gedrag
- Ongepast gedrag = als het kind gevangen zit in een bepaalde gedragsstijl en niet kan variëren in
gedragsstijlen al naar gelang dat vereist of wenselijk is in verschillende situaties.
- Gepast gedrag = als een kind met een bepaald gedrag reageert op het juiste moment en in de juiste
situatie.
- Gepast wil ook zeggen dat het kind met een adequate gedragsintensiteit reageert op een situatie.
Ongepast is als het kind in een gedragsstijl systematisch tekortschiet of overdrijft
- Gedrag dat niet het gewenste effect oproept is ongepast.
1.5 Toepassingen, kritiek en consequenties
Kritiekpunten tegen het model van Leary
- De tweedimensionale aanpak leidt automatisch tot geforceerde toestanden.
- Gedragsbeschrijvingen niet af te laten hangen van één situatie of van een korte tijdsperiode, maar uit
gaan van ervaringen over meerdere situaties en over een langere periode.
- Het vertoont een aantal tekortkomingen
Een aantal uitbreiding die aan het model moeten worden toegevoegd om voldoende te zijn voor toepassing in
de orthopedagogische praktijk
- Kinderen kunnen in sommige situaties wel een gelijkwaardige positie ten opzichte van de
professionele opvoeder in nemen. Het kind heeft dan de positie boven gedrag.
- De professionele opvoeder moet WEL op de hoogte zijn van het onderkennen van de verschillende
interactionele appèls van kinderen.
- De ontwikkeling van het kind is nog niet voltooid en nog in beweging. Het is dus JUIST karakteristiek
voor een opvoedingssituatie dat de verschillende sociale vaardigheden nog moeten worden
aangeleerd.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nluttikholt. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.75. You're not tied to anything after your purchase.