Hoorcollege 1 – Werkdomein fysiotherapie Extramuraal
Introcollege
Nuldelijn zorg – Centra waar mensen terecht komen voor ondersteuning
Eerstelijns zorg – Huisarts, fysio, etc.… extramurale zorg
Anderhalve lijn zorg – Tussen de eerste en de tweede lijn in, komt steeds vaker voor transmurale zorg
Tweedelijns zorg – Ziekenhuis, diverse instellingen intramurale zorg
Derdelijns zorg – Hele hoge specialistische centra (patiënt wordt vaak intern opgenomen)
In Nederland zijn ongeveer 30.000 fysiotherapeuten. Ruim 17.800 zijn extramuraal werkende fysiotherapeuten.
59% van alle fysiotherapeuten in Nederland is vrouwelijk. 16% van alle patiënten hebben een chronische
klacht. Het gemiddelde aantal behandelingen voor een chronische indicatie is 35.
Voor alle chronische aandoeningen is een verwijzing van een medisch specialist of een huisarts nodig. Dit is
gekoppeld aan het zorgverzekeringsstelsel. Sommige aandoeningen zitten in de basisverzekering, sommigen in
het aanvullend pakket.
Cortex cerebri (hersenschors)
Hier liggen de aller belangrijkste taken van de mens. De meest belangrijke taak ligt helemaal voorin, daarmee
maak je bewuste keuzes. Dit is het rationele deel van de hersenen.
Bovenin ligt het deel van bewegen. In het midden wordt het spreken en taal vooral gereguleerd. De zintuigen
liggen meer in het achterste deel van de hersenen.
In het midden zit de silcus centralis, een soort groeve die de hersenen in twee delen verdeelt.
- Voorste deel vanaf de silcus is gericht op actie
Motorische schors
- Achterste deel vanaf de silcus is gericht op waarneming
Sensorische schors
Alle taken van de cortex liggen op neoniveau, dit zijn de bewuste taken.
Bewegen
- Bedenken wat je gaat doen prefrontale cortex
- Programmeren van de bewegingen (grote bewegingen, maar ook aansturing van alle spieren etc.)
- Dit wordt gestuurd naar het uitvoerende deel primaire motorische cortex deze is verbonden met
het ruggenmerg
De primaire motorische schors ligt in het midden. Daar waar de hersenhelften niet met elkaar verbonden zijn
loopt die nog een stukje naar beneden.
De linkerhelft stuurt de rechterhelft van het lichaam en andersom.
,De verdeling van de neuronen ziet eruit als de homunculus. Aan de binnenkant helemaal meer bovenop de
hersenen zitten de benen van het poppetje. Meer naar beneden vind je de armen en helemaal in het midden
van de hersenen, dus het meest naar beneden, zit het hoofd met name de mond.
Hoe meer zenuwcellen, hoe beter de sturing en hoe groter de onderdelen van de homunculus.
Hierdoor kun je het nog specifieker aansturen. De handen en de mond zijn het grootste geprojecteerd.
De sensorische schors heeft ook zo’n soortgelijk poppetje. Hier komt de informatie binnen uit het lichaam. De
motorische schors ligt net voor de silcus, en daarachter ligt de sensorische schors. Als je de samenwerking pakt
van deze beide kan je spreken van een sensomotorische kring. Het motorische en sensorische deel beïnvloeden
elkaar constant.
- Tertiaire motorische cortex (M3) meest complexe deel van de schors. Hier worden de keuzes die je
maakt gereguleerd.
- Secundaire motorische cortex (M2) hier wordt het programmeren van bewegingen geregeld.
- Primaire motorische schors (M1) de beweging wordt uitgevoerd.
Het bewegen leidt uiteindelijk weer tot informatie die via de sensoriek weer het lichaam binnen komt:
- Primaire sensorische
schors (S1)
somatosensorische
informatie komt het
lichaam binnen
- Secundaire sensorische
schors (S2)
informatie wordt hier
geanalyseerd
- Tertiaire sensorische
schors (S3)
informatie wordt
gekoppeld aan alle
andere sensoriek die je
hebt
Sensomotorische kring
Je kunt in de kring op drie momenten beginnen
- Motivatie
Op basis van je bewuste keuze (prefrontale cortex)
Limbisch systeem (bv. honger)
Als reactie op een sensorische prikkel (S1)
- Handeling
Je voert een handeling bewust uit.
Cerebellum stuurt bij waardoor de handeling goed wordt uitgevoerd.
Bewuste taken worden geregeld door de cortex en automatische handelingen worden geregeld door basale
kernen.
Centrale zenuwstelsel (CZS)
- Centraal Motorisch Neuron sturen andere neuronen aan in het ruggenmerg
Cortex cerebri/hersenschors
Zorgen voor facilitatie en inhibitie PMN (opdracht naar het ruggenmerg wordt uitgezet en
specifieke neuronen naar de spieren worden aangezet)
- Perifeer Motorisch Neuron hoort ook bij het CZS
Medulla spinalis/ruggenmerg
De verbinding van de centrale naar de perifere neuronen is het uitvoerende deel van de handeling. Deze
verbinding heet de tractus corticospinalis (piramidebaan). Dit is een directe verbinding die loopt van de cortex
naar het ruggenmerg.
,Er zijn ook indirecte verbindingen die je niet precies hoeft te weten. Deze gaan bijvoorbeeld via de hersenstam
naar het ruggenmerg.
Tractus corticospinalis
- Direct naar interneuronen in het ruggenmerg
In de hersenstam kruisen de banen. Het grootste gedeelte doet dit: 85%. Die gaan naar de
motoneuronen die de spieren van de extremen aansturen. 10% gaat ook direct naar de hand,
dit betekent dat je een hele fijne controle hebt over de handen. Dit maakt de handen ook wel
heel kwetsbaar.
Dit deel dat kruist is de Tractus corticospinalis Lateralis
15% is ongekruist en gaat naar axiale spieren (nek en romp). De romp wordt dus vanuit twee
kanten aangestuurd.
Dit is de Tractus corticospinalis Anterior
- Overige banen uit de hersenstam/basale kernen zijn ongekruist en gaan indirect naar axiale spieren.
Terugkoppeling
- Bijsturing via de somatosensorische cortex (S1)
Feedback (wat is het resultaat van je handeling)
- Bijsturing via cerebellum
Feedback: vergelijkt instructies met het effect (langzaam)
Feedforward: onderschept instructies en stelt bij op basis van verwachting (snel)
Neurologische functiestoornissen
- Centraal neurologische aandoeningen
Motorisch
Spierkracht, Spiertonus & Sturing
Sensorisch
Sensibiliteit
Cognitief
Motorisch en sensorisch kun je herkennen met de 4 S’en.
Bij dit blok gaat het alleen nog over de motorische en sensorische problemen.
Klinische beelden
Schade in de Cortex cerebri
- Klacht is afhankelijk van de locatie van de schade. Er wordt nu gefocust op de primaire cortex.
Een hemibeeld is een verschil in boven en onder en links en rechts in het beweegpatroon.
Uitvalsverschijnselen:
- Parese : krachtsverlies
- Paralyse : helemaal slaphangen van de spier
Sensibiliteit;
- Homunculus (gekruist)
- Distaal meer uitval dan proximaal
- Min uitval er is alleen maar sprake van uitval, prikkeling is bijna niet mogelijk
Spasticiteit:
- Reflexactiviteit ook in rust een hogere spanning
- Versterkt bij verhoogde activatie en beweging
- In antizwaartekrachtspieren neemt de spasticiteit meer toe
Flexie arm en extensie van het been
- Knipmes fenomeen
, - Synergievorming (patroon gekoppeld aan beweging)
Schade in het ruggenmerg
- Uitval onder laesie niveau en lager
Motorisch en sensorisch
Volledig of gedeeltelijk
Spierkracht en sensibiliteit
- Volledig of gedeeltelijk
- Op en onder niveau laesie
Spierkracht: parese/paralyse
Sensibiliteit: plus en min
Spiertonus en sturing:
- Hypotonie & hyporeflexie (slappe parese)
Spinale shock: uitval van de sturing vanuit de cortex ruggenmerg is kapot dus het
ruggenmerg stopt met het aansturen van de lichaamsdelen onder de parese.
- Secundair hypertonie & hyperreflexie
Geen inhibitie vanuit de cortex ruggenmergonderdelen onder de laesie kunnen nog wat
tonus opwekken door de reflexbogen.
Geen synergievorming
Basale kernen
- Extrapiramidale systeem
- Centrale positie motoriek
- Faciliteren en inhiberen grote patronen
- Onbewuste, aangeleerde en automatische bewegingen (geautomatiseerde beweging)
Hoorcollege 3 – Gaswisseling 2/Ademhaling
Ademminuutvolume = frequentie x Vt (ademvolume/teugvolume)
In rust is dit ongeveer 6L/min
Bij inspanning is er een toename tot 50L/min (of meer)
Onderdelen ademhalingsstelsel
In de longblaasjes zit het gebied waar de uitwisseling van zuurstof en koolstofdioxide plaats vindt. Er is een
sterke vertakking van alle luchtpijptakjes en longblaasjes.
Patiënten kunnen problemen hebben bij:
- Uitwisseling
- Toevoer naar de luchtwegen
- Slijm in de luchtwegen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ladmiraa. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.55. You're not tied to anything after your purchase.