Nederlands samenvatting
Periode 2: spelling en formuleren
● Tussenklank in samenstellingen:
Regel: hoor je een -s, dan schrijf je een -s.
- oorlogsfilm, oorlogstrauma, dus ook oorlogsverklaring
- dorpsplein, dorpsfeest, dus ook dorpsgek
Wanneer schrijf je geen tussen -n?
Het eerste deel:
- is geen zelfstandig naamwoord
- heeft geen meervoud met -en
- heeft ook een meervoud met -s
- is een unieke persoon of zaak
- is niet herkenbaar als woord
Het tweede deel:
- is een bijvoeglijk naamwoord en het eerste deel heeft een versterkende functie
● Aaneenschrijven:
Regel: getallen t/m duizend aan elkaar, na duizend volgt een spatie.
- driehonderdvijftig
- duizend twintig
Breuken schrijf je los.
- zes één derde (6 ⅓)
Regel: bijwoord + voorzetsel aan elkaar, tenzij er een voornaamwoord of zelfstandig
naamwoord achter staat.
- Joost wilt voorin zitten
- Joost zit voor in de bus
Regel: namen schrijf je aaneen, tenzij de naam uit twee delen bestaat.
- Tweede Kamerzitting
- Douwe Egbertskoffie
Teveel bij een zelfstandig naamwoord, te veel als dit niet het geval is.
- Ze heeft te veel gegeten.
- Er is een teveel aan aardappelen.
● Liggend streepje:
Bij botsende klinkers:
- diploma-uitreiking, auto-ongeval, maar: politieagent.
Bij getrouwde partners:
- Mevrouw Westra-Glimmerveen
Bij voorvoegsels:
- ex-vrouw, oud-leerling, non-roker
Bij naam of woord met hoofdletter:
- anti-Amerikaans, pro-Hollands
Periode 2: spelling en formuleren
● Tussenklank in samenstellingen:
Regel: hoor je een -s, dan schrijf je een -s.
- oorlogsfilm, oorlogstrauma, dus ook oorlogsverklaring
- dorpsplein, dorpsfeest, dus ook dorpsgek
Wanneer schrijf je geen tussen -n?
Het eerste deel:
- is geen zelfstandig naamwoord
- heeft geen meervoud met -en
- heeft ook een meervoud met -s
- is een unieke persoon of zaak
- is niet herkenbaar als woord
Het tweede deel:
- is een bijvoeglijk naamwoord en het eerste deel heeft een versterkende functie
● Aaneenschrijven:
Regel: getallen t/m duizend aan elkaar, na duizend volgt een spatie.
- driehonderdvijftig
- duizend twintig
Breuken schrijf je los.
- zes één derde (6 ⅓)
Regel: bijwoord + voorzetsel aan elkaar, tenzij er een voornaamwoord of zelfstandig
naamwoord achter staat.
- Joost wilt voorin zitten
- Joost zit voor in de bus
Regel: namen schrijf je aaneen, tenzij de naam uit twee delen bestaat.
- Tweede Kamerzitting
- Douwe Egbertskoffie
Teveel bij een zelfstandig naamwoord, te veel als dit niet het geval is.
- Ze heeft te veel gegeten.
- Er is een teveel aan aardappelen.
● Liggend streepje:
Bij botsende klinkers:
- diploma-uitreiking, auto-ongeval, maar: politieagent.
Bij getrouwde partners:
- Mevrouw Westra-Glimmerveen
Bij voorvoegsels:
- ex-vrouw, oud-leerling, non-roker
Bij naam of woord met hoofdletter:
- anti-Amerikaans, pro-Hollands