= modellen waar we ons op baseren wanneer we een zoolprotocol opstellen.
1. Root model
2. Sagittal plane facilitation of motion model (Dananberg)
3. SALRE-theory of foot function (Kirby) Subtalar Axis location and Rotational Equilibrium
4. Fuller-model: Center of pressure pathway
- = Plantaire druk en ligging COP
5. Tissue Stress model (Hunt & McPoil) !!
- Basis waar we uit starten (eerder een stappenplan)
6. Pathology-Specific Orthoses model (Scherer & Huppin)
7. Dosis-response principe!?
- Bepaalde dosis zal een bepaalde respons geven.
- vb. Wat gaat het element in de zool als “antwoord” geven?
1. Tissue stress ifv zoolprotocol
Tissue stress (ZOOS: zone of optimal stress) denkwijze
De aangedane structuur (anatomisch) definiëren
De oorzakelijke beweging definiëren
De overbelastende kracht definiëren
2. BPS – Dosis - responsmodellering
BPS is belangrijk in het ICF-model
De zone van optimale stress is niet enkel iets fysiek (bio) maar ook psycho-sociaal !
B (biologisch) P (psychologisch) S (sociaal)
- Aangezien we als zorgverlener meer dan ooit digitale skills moeten hebben zal naast
het BPS ook het digitale luik worden opgenomen binnen het ‘waarde gebaseerd
voetzorg kader’ (value based footcare framework).
- Het BPS model vereist vanuit de zorgverlener een breder perspectief op factoren die
van invloed zijn op de relatie tussen professionele praktijk en patiëntgerichte
uitkomsten!
- Dit nodigt de zorgverlener uit om zijn competenties en klinische creativiteit te
vergroten bij het bepalen van de geometrische, fysieke en visuele eigenschappen van
een voetorthese. (fysieke eigenschappen zool = hardheid,…)
1
, Effectiviteit orthesen gaan ‘meten’ adhv ‘actievelden’
Comfort is het gevoel van welbehagen/welzijn met een drievoudige oorsprong: fysiek, functioneel en
psychologisch
Factoren die het comfort van een orthese beïnvloeden:
- Skeletaal Alignement
- Voetsensitiviteit (aanvoelen effen-oneffen ondergrond, structuur, hardheid etc)
(= oppervlakkige gevoeligheid)
- Gewrichtsbewegingen
Comfort heeft alles te maken met pasvorm! interface voet-orthese
Comfort en hardheid van materiaal
Men zal zacht materiaal als comfortabeler/aangenamer beschouwen (wanneer geometrie
hetzelfde is)
Hoe mobieler de voet, hoe harder je kan werken
- Kinderen = heel mobiel = harde shore (NOOIT hoger dan 60shore gaan)
- RA, ouderen = minder mobiel = zachtere shore
VVelementen gebruik je het best icm een zachte shore (ifv comfort)
Wanneer een achtervoetsturing + VV correctie -> duoblok gebruiken (AV hard, VV zacht)
Een zachte cover (afhankelijk van de dikte en materiaaleigenschappen) op een ‘harde’ shore
basis zal men toch als comfortabel beschouwen.
Klinisch onderzoek - BMO
Bepaling STG-as
Supinatie Weerstandstest
- Geeft veel info over de stijfheid van het enkelgewricht.
- Kracht die nodig is om voet te supineren
- ALTIJD uitvoeren!!!
FPI
Jack’s test ifv windlass mechanisme, FHL,… !!!
OCS-NCS
MTG-STG
Naviculaire drop-drift
NP of specifieke testen gericht op het biomechanisch (statisch en dynamisch) functioneren
van het OL!!
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller martheverhaeghe. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.41. You're not tied to anything after your purchase.