Dit is de samenvatting van het boek Grondtrekken van het Nederlandse strafrecht, geschreven door mr. M.J. Kronenberg en dr. B. de Wilde. De samenvatting beslaat alle hoofdstukken uit het boek (1 t/m 16). Het bevat de belangrijkste punten van het vak ter voorbereiding van het tentamen. Als ondersteu...
H1 Inleiding
H2 Inleiding materieel strafrecht
H3 Opzet en schuld
H4 Strafuitsluitingsgronden
H5 Poging en voorbereiding
H6 Deelneming
H7 Inleiding strafprocesrecht
H8 Het voorbereidend onderzoek
H9 Vervolging
H10 Het onderzoek ter terechtzitting
H11 Het rechterlijk beslissingsschema
H12 Bewijsrecht
H13 Straffen en maatregelen
H14 Rechtsmiddelen
H15 Mensenrechten en strafrecht
H16 Strafrechtelijke rechtsvinding
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Eerste kennismaking
1.2 Plaats van het strafrecht
Strafrecht: houdt zich bezig met het bestraffen van personen die een strafbaar feit hebben
gepleegd. Regelt wie straf kan krijgen en waarvoor. De Staat heeft het monopolie op
straffen. Valt onder publiekrecht.
De vervolging van verdachten is de taak van de officier van justitie van het Openbaar
Ministerie.
1.3 Doelen van straffen
Vergelding: het kwaad dat de dader van een strafbaar feit veroorzaakt bij het slachtoffer of
aan de maatschappij als geheel, wordt door het opleggen van straf in de eerste plaats
vergoeden door leedtoevoeging. Dit vergeldingsaspect kan zorgen voor een morele
genoegdoening.
Preventie: mensen willen geen straf krijgen, dus zullen zij gedrag dat mogelijk tot straf leidt,
zo veel mogelijk proberen te voorkomen.
- Generale preventie: de gedachte achter de speciale preventie is dat een dader die in
aanraking is gekomen met de gevolgen van het overschrijden van een
strafrechtelijke norm, de volgende keer wel twee keer zal nadenken, voordat hij nog
eens iets dergelijks doet. Speciale preventie moet dus voorkomen, of ontmoedigen,
dat de gestrafte wederom in de fout gaat.
- Speciale preventie: heeft als uitgangspunt dat ook anderen dan de gestrafte lering
trekken uit het feit dat er voor het plegen van een strafbaar feit straf opgelegd kan
worden. De gestrafte moet een voorbeeld zijn dat potentiële wetsovertreders
afschrikt.
1.4 Materieel strafrecht, formeel strafrecht en sanctierecht
● Materieel strafrecht: bepaalt welk gedrag niet toegestaan is en welke personen
daarvoor kunnen worden gestraft. Voornamelijk Wetboek van Strafrecht
, ● Formele strafrecht/strafprocesrecht: bepaalt welke regels moeten worden gevolgd
wanneer een norm van het materiële strafrecht (vermoedelijk) is overtreden.
Voornamelijk Wetboek van Strafvordering
● Sanctierecht: heeft betrekking op de voorwaarden waaronder bepaalde straffen
mogen worden opgelegd en ten uitvoer gelegd. Zowel Wetboek van Strafrecht als
Strafvordering
1.5 Commuun en bijzonder strafrecht
Commuun strafrecht: het strafrecht dat in de wetboeken is opgenomen
Bijzonder strafrecht: alle strafbepalingen die in andere wetten staan
1.6 De opbouw van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering
Wetboek van Strafrecht (Sr)
- Boek 1: algemene leerstukken van materieel strafrecht (van toepassing op alle
strafbare delicten)
- Boek 2: delictsomschrijvingen misdrijven
- Boek 3: delictsomschrijvingen overtredingen
Wetboek van Strafvordering (Sv)
- Boek 1: belangrijkste bevoegdheden tijdens het opsporingsonderzoek
- Boek 2: vervolgingsbeslissing van de officier van justitie en de hele procedure voor
de berechting van een verdachte door de rechtbank
- Boek 3: rechtsmiddelen
- Boek 4: niet belangrijk
- Boek 5: niet belangrijk
- Boek 6: tenuitvoerlegging
1.7 De invloed van internationaal en supranationaal recht
Internationaal recht: recht dat tussen staten geldt, verdragen
Supranationaal recht: de regels die een internationale organisatie oplegt, waar de lidstaten
bij die organisatie zich aan moeten houden
Hoofdstuk 2 Inleiding materieel strafrecht
2.1 Plaats en structuur van strafbepalingen
Het materiële strafrecht bepaalt welk gedrag strafbaar is. De strafbepaling bestaat uit een
delictsomschrijving, een kwalificatie-aanduiding en een strafbedreiging.
Delictsomschrijving: geeft aan welke ongewenste gedraging de wetgever strafbaar heeft
willen stellen.
Kwalificatie-aanduiding: maakt duidelijk hoe het gedrag in juridisch opzicht moet worden
benoemd.
Strafbedreiging: bepaalt welke soort straf mag worden opgelegd en wat het maximum
daarbij is.
2.2 De opbouw van het strafbare feit in vier componenten
~Het vierlagenmodel
Strafbaar feit: een menselijke gedraging die valt binnen de grenzen van een wettelijke
delictsomschrijving, die wederrechtelijk is en verwijtbaar is.
Inhoud strafbaar feit:
, 1. MG menselijke gedraging
2. DO wettelijke delictsomschrijving
3. W wederrechtelijkheid
4. V schuld (als verwijtbaarheid)
~De menselijke gedraging
Als eerste voorwaarde voor strafbaarheid geldt dat er sprake moet zijn van een menselijke
gedraging. In sommige gevallen kan ook het nalaten om actief op te treden een strafbare
gedraging opleveren. Niemand kan gestraft worden voor het hebben van bepaalde
gedachten. De menselijke gedraging zal uiteindelijk tot uitdrukking moeten komen in de
tenlastelegging: een processtuk waarin staat beschreven welke gedraging de verdachte
volgens de officier van justitie zou hebben verricht. Het is aan de rechter om te onderzoeken
of de verdachte hetgeen in de tenlastelegging staat ook daadwerkelijk heeft gedaan.
Wanneer geen formele beletselen bestaan om het ten laste gelegde feit te beoordelen
beraadslaagt de rechtbank op den grondslag der telastlegging en naar aanleiding van het
onderzoek op de terechtzitting over de vraag of bewezen is dat het feit door den verdachte is
begaan. Als dat komt vast te staan, zal de rechter het feit bewezen verklaren. Als dit om
welke reden dan ook niet mogelijk is, zal de rechter hem moeten vrijspreken (art. 352 lid 1
Sv).
~De wettelijke delictsomschrijving
Als tweede voorwaarde voor strafbaarheid geldt dat de menselijke gedraging moet vallen
binnen de grenzen van een wettelijke delictsomschrijving. De rechter moet na de vaststelling
dat de verdachte het feit heeft begaan (dat heet de bewezenverklaring) bepalen welke
wettelijke delictsomschrijving precies van toepassing is op het bewezenverklaarde (art. 350
Sv). Als de rechter het bewezenverklaarde niet kan kwalificeren, zal hij de verdachte moeten
ontslaan van alle rechtsvervolging (OVAR) wegens niet-kwalificeerbaarheid van het
bewezenverklaarde.
~De wederrechtelijkheid
De derde voorwaarde voor strafbaarheid is dat de gedraging wederrechtelijk moet zijn.
Wederrechtelijkheid: in strijd met het recht.
Rechtvaardigingsgronden: gronden om aan te nemen dat de gedraging niet wederrechtelijk
is.
~De schuld
De vierde voorwaarde voor strafbaarheid is schuld. Niemand mag gestraft worden zonder
dat hij schuld heeft, wat in deze zin moet worden opgevat als verwijtbaarheid.
Verwijtbaarheid: iemand had een reëel gedragsalternatief, dus redelijkerwijs een andere
optie dan het overtreden van de wet. Schulduitsluitingsgronden: gronden om aan te nemen
dat een gedraging niet verwijtbaar is.
Voorwaarden strafbaarheid Hoofdvragen 350 Zo niet
Menselijke gedraging Kan het tenlastegelegde feit Vrijspraak > Art. 352 lid 1 Sv
bewezen worden?
Die valt binnen een Levert het OVAR > Art. 352 lid 2 Sv
wettelijke bewezenverklaarde een
delictsomschrijving strafbaar feit op?
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Replica. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.74. You're not tied to anything after your purchase.