100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Tentamenvragen + antwoorden Arbeids- en organisatiepsychologie $3.18
Add to cart

Exam (elaborations)

Tentamenvragen + antwoorden Arbeids- en organisatiepsychologie

 51 views  2 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Tentamenvragen antwoorden (onderaan het document) voor het tentamen Arbeids- en organisatiepsychologie.

Preview 2 out of 8  pages

  • January 14, 2020
  • 8
  • 2019/2020
  • Exam (elaborations)
  • Only questions
avatar-seller
Tentamenvragen (1)
1. Een attitude is een houding die je hebt tegenover bepaalde zaken. Wat is NIET éen van de
componenten van een attitude?
A: cognitieve component
B: persoonlijkheidscomponent
C: affectieve component
D: gedragscomponent
2. Welk aspect van de tevredenheid heeft de sterkste correlatie (samenhang) met een hoge
werktevredenheid?
A: het werk zelf
B: Salaris
C: Promotiekansen
D: collega’s
3. Wanneer een medewerker een onplezierige werksituatie ervaart en daarom steeds vaker te
laat komt, van welke reactie is dan sprake?
A: van een passieve actie: verwaarlozing
B: van een actieve actie: vermindere loyaliteit
C: van een passieve actie: vermindere loyaliteit
D: van een actieve actie: verwaarlozing
4. Onze waarneming wordt gevormd door verschillende factoren en is soms vertekend. Welk
van de onderstaande rijtjes geeft een juiste opsommingen van factoren die onze perceptie
beïnvloeden?

A. De waarnemer zelf, het waargenomen object en de waarnemingskwaliteit
B. De waarnemer zelf, het waargenomen object en de waarnemingscontext
C. De waarnemer zelf, het waargenomen object en de waarnemingsbeleving
D. De waarnemer zelf, het waargenomen object en waarnemingskwantiteit

5. A
Eén van de persoonlijkheidsmodellen is de Myers- Brigs Type Indicator (MBT)

6. Met het begrip affect duiden we het brede scala van menselijke gevoelens aan? Wat is WAAR
omtrent emoties?
A. Emoties zijn vaak niet zichtbaar in gezichtsuitdrukkingen
B. De oorzaak van emoties zijn vaak algemeen en onduidelijk
C. Emoties zijn actiegeörienteerd
D. Emoties zijn cognitief (stemmen tot nadenken)

7. Kijkend naar de definitie van motivatie van Judge en Robbins (2015), wat zijn dan de drie
hoofdelementen die er in voorkomen?

a. Intensiteit, Energie en Resultaat
b. Inspanning, Volgorde en Volharding
c. Intensiteit, Richting en Volharding
d. Energie, Richting en Resultaat

8. Volgens McClelland met zijn behoeftetheorie hebben mensen verschillende drijfveren.
Collega’s die veel belang hechten aan het behalen van succes, scoren hoog op…

a. NAch
b. NPow

, c. NSuc
d. NAff

9. Er zijn verschillende manieren om taken en werkschema’s te herontwerpen. Wanneer er een
periodieke verschuiving is van een werknemer van de ene taak naar de ander, spreekt men
van:

a. Taakvariatie
b. Taakroulatie
c. Taakverbreding
d. Taakverrijking

10. Is een groep zijn verschillende rollen te identificeren. Wanneer spreken we van ons idee over
het gedrag dat we horen te vertonen in een rol, waar hebben we het dan over?
A. Rolperceptie
B. Rolverwachting
C. Rolconflict
D. Rolidentiteit

11. Bij het maken van projectstuk werken 5 studenten samen. Dat wil zeggen dat drie studenten
fanatiek aan het werk zijn. de andere twee studenten zijn aan het facebooken. Waar is in dit
voorbeeld sprake van?


A. Social loafing/lijntrekken
B. Groupshift
C. Social acting/meetrekken
D. Social lifting

12. Een manager heeft een team van 7 werknemers samengesteld die allen afkomstig zijn van de
afdeling marketing. Ze komen drie keer per week samen met als doel het bespreken van de
kwaliteit, effectiviteit en de werkomstandigheden om met suggesties ter verbetering te
komen. van wat voor soort teams is hier sprake?

A. Crossfunctioneel team
B. Zelfsturend team
C. Er is geen sprake van een team
D. Probleemoplossend team


13. Leiderschap is het beste te omschrijven als het vermogen om
A. Een groep zo te beïnvloeden dat die zich voor een visie of serie doelstellingen inzet
B. Orde te handhaven en consequent op te treden in onzekere tijden
C. De visie en strategie van het management goed te kunnen implementeren
D. Te coördineren en alle voorkomende problemen op te lossen

14. De manier van kijken naar leiderschap via managerial Grid van Blake en Mouton is een
voorbeeld van
A: Persoonlijkheidstheorie
B: Houdingstheorie
C: Contingentietheorie

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller isavandenbrekel. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.18. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

51662 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$3.18  2x  sold
  • (0)
Add to cart
Added