100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Maatschappijwetenschappen context: maatschappelijke verschillen (H4) $9.14   Add to cart

Summary

Samenvatting Maatschappijwetenschappen context: maatschappelijke verschillen (H4)

 1 view  0 purchase
  • Course
  • Level

In dit document lees je een samenvatting van de samenlevingsvormen. Dit is een erg goede basis voor de voorbereiding op het tentamen. Het vak maatschappijwetenschappen is onderdeel van HAVO 4/5. Je leest meer over: - Maatschappelijke verschillen en sociale ongelijkheid - Het glazen plafond ...

[Show more]

Preview 2 out of 10  pages

  • October 14, 2024
  • 10
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
Maatschappijwetenschappen context: maatschappelijke verschillen
4.1 Maatschappelijke verschillen en sociale ongelijkheid
In een meritocratie bepaald niet je achtergrond, ras of leeftijd of je wel of niet slaagt in de
samenleving, maar je verdienste (’merites’). Iedereen moet gelijke kansen krijgen en
degenen die er wat mee doen, zullen een goede plek in de samenleving krijgen.

4.1.1 Maatschappelijke ladder
De reden dat jonge mensen verplicht worden om te leren is ook omdat we ze willen laten
stijgen op de maatschappelijke ladder.
De maatschappelijke ladder is een denkbeeldige ladder waar beroepen op gerangschikt
staan van een lage naar een hoge status (beroepsprestigeladder).

Vaak verklaren mensen het verschil in prestige van de verschillende beroepen door er op
te wijzen dat een beroep met hoge status ’meer verantwoordelijkheid’ betekent dan een
beroep met een lage status.
Onderaan de ladder vinden we beroepen met een lage status, maar ook met weinig macht
of waar je weinig inkomen mee kunt verdienen.
Elke samenleving heeft een eigen maatschappelijke ladder. In Nederland wordt je positie
op de maatschappelijke lader vooral bepaald door je diploma’s. Om deze redenen vinden
we het verplicht naar school gaan in Nederland zo belangrijk. Bovenaan de
maatschappelijke ladder vind je dus vooral hoogopgeleide.

4.1.3 Sociale mobiliteit
’Wie voor een dubbeltje geboren is, wordt nooit een kwartje’. = Dat als je binnen een
bepaalde klasse of stand wordt geboren je die klasse of stand nooit zult ontstijgen.
Vroeger: standenmaatschappij. De bevolking was opgedeeld in verschillende sociale lagen
gebaseerd op afkomst. Als iemand binnen een stand geboren was, bleef die persoon
onderdeel van die stand en ook zijn of haar kinderen.

Vanaf 19e eeuw: klassenmaatschappij. De bevolking was opgedeeld in verschillende
sociale lagen gebaseerd op bezit of beroep. De samenleving was wat opener dan een
standenmaatschappij.

Tegenwoordig kan je je dus opwerken, jezelf een betere maatschappelijke positie toe-
eigenen, door goed te leren en hard te werken.

Sociale mobiliteit kan op twee manieren gemeten worden. Hierbij kunnen we onderscheid
maken tussen mobiliteit ten opzichte van iemands ouders en mobiliteit in iemand eigen
leven.

De mate van sociale mobiliteit bepaalt of we van een open of van een gesloten
samenleving spreken.
Een open samenleving: een samenleving waarin er veel sociale mobiliteit mogelijk is voor
mensen. Mensen kunnen in een open samenleving dus makkelijk stijgen of dalen op de
maatschappelijke ladder.
Een gesloten samenleving: houd het tegenovergestelde in: de sociale mobiliteit is daarin
laag, mensen zitten ’vast’ in hun sociale laag. Denk bij een gesloten samenleving aan een
traditionele samenleving waarbij mensen op basis van bijvoorbeeld afkomst behoren tot de
leidende elite van de samenleving of juist verplicht zijn een bepaald beroep uit te moeten
oefenen, zoals boer.

Sociale mobiliteit betekent dus het stijgen of dalen op de maatschappelijke ladder.

, Er zijn factoren waar iemand niet zoveel invloed op heeft. Persoonlijke factoren, zoals
bijvoorbeeld je intelligentieniveau. Of sociale kapitaal van je ouders. Als je ouders goede
contacten hebben in het zakenleven kunnen ze je misschien wel aan een mooie baan
helpen.
Maatschappelijke factoren die ervoor kunnen zorgen dat iemand op een bepaalde positie
terecht komt. Dit noem je het precies van positietoewijzing.
We spreken van positietoewijzing als maatschappelijke factoren van buitenaf op een groep
of persoon inwerken (vooroordelen, stereotypen). Ook positief: als de overheid subsidie
geeft aan een sportvereniging als deze kinderen uit arme gezinnen gratis of met korting
laat sporten. Dit is positietoewijzing omdat een maatschappelijke factor (overheid) er voor
zorgt dat een bepaalde groep meer kansen krijgt om te stijgen op de maatschappelijke
ladder.

Ondanks persoonlijke factoren en positietoewijzing war je geen invloed op hebt, kan je
toch invloed uitoefenen op je maatschappelijke positie. Dit noemen we positieverwerving.
Bij positieverweving gaat het om de inspanningen die iemand of een groep zelf levert om
een bepaalde positie te verkrijgen.

4.1.4 Het glazen plafond
Sinds de Tweede Wereldoorlog zijn de mogelijkheden om te stijgen en dalen op de
maatschappelijke ladder sterk toegenomen. De meer gesloten samenleving is overgegaan
in een meer open samenleving, met meer kansen om sociaal mobiel te zijn.
De belangrijkste oorzaak: toegenomen onderwijskansen.
Als je in Nederland geen diploma hebt, is het heel moeilijk om later nog sociaal mobiel te
zijn. Niet alleen vinden veel werkgevers het vreemd dat je geen diploma hebt, maar ook
krijg je dan concurrentie van Europese laagopgeleide werknemers. Deze zijn vaak
goedkoper dan Nederlandse laagopgeleide werknemers.

Ook zien we dat de afkomt en het sociale milieu van de ouders nog steeds van groot
belang is. Dat betekent dat het behoren tot een bepaalde groep ten dele sociaal ergerlijk
is. Denk daarbij aan kinderen uit hoogopgeleide milieus: deze zie je vaker op het vwo dan
op het vmbo.
Het opleidingsniveau van de ouders werkt nog steeds door in de mogelijkheden van
kinderen.
Hulpbronnen (sociaal, economisch en cultureel kapitaal) die beschikbaar zijn, maken
verschil.

Naast afkomst en milieu van ouders zien we dat de rolverdeling tussen mannen en
vrouwen terugkomt in functies en beroepen. Zo zijn er typerende mannen en vrouwen
beroepen in Nederland. Nog steeds is er ongelijkheid tussen mannen en vrouwen.
’Glazen plafond’: vrouwen mogen wel kijken naar de topfuncties, maar ze mogen niet
participeren (meedoen).

Naast vrouwen, rekenen we ook jongeren, ouderen, laagopgeleiden, arbeidsongeschikten,
gedeeltelijk arbeidsgeschikten en niet-westerse allochtonen tot de groepen met een
zwakke positie op de arbeidsmarkt. Daarmee bedoelen we dan mensen in deze groepen
relatief weinig werk hebben.
Dat ’arbeidsparticipatie’ (het hebben van betaald werk) zoveel lager is bij al deze groepen,
heeft te maken met positieverwerking en positietoewijzing. Een voorbeeld: een gedeeltelijk
arbeidsongeschikte die blind is, heeft moeite om aan betaal werk te komen, om de
eenvoudige reden dat hij meer moeite moet doen om vacatures te vinden. Daarnaast vindt
de samenleving mensen met een handicap vaak lastig. Er is dus sprake van sociale

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller merelvanzijl. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.14. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

81311 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.14
  • (0)
  Add to cart