Volledige samenvatting met vragen over het boek. perfect om mee te studeren.
al heb je het boek niet gelezen de samenvatting is zo volledig dat je het verhaal snel snapt :)
Hoofdstuk 5: Kant en de verlichting
1. Het debat in de Berlinische Monatsschrift
In het decembernummer van 1783 van het Berlinische Monatsschrift (= een tijdschrift) verschijnt een
artikel van de Duitstalige vrijmetselaar en dominee, Johann Friedrich Zöllner:
Titel van artikel: “is het raadzaam om de huwelijksband niet verder te bekrachtigen door religie”
Hiermee begint hij een van de meest interessante debatten in het Duitstalige publieke opinie over de
betekenis van de verlichting.
Kant neemt ook dele aan het debat door ook een publicatie in het Berlinische Monatsschrift, met een
antwoord op de vraag: “ wat is verlichting”. Dat een kritisch antwoordt is op Zöllner zijn artikel.
2. Wat zegt Zöllner
We bespreken de filosoof Kant aan de hand van zijn artikel van 1784.
Het artikel van Zöllner bekritiseerd hij de gene dat denken dat de scheiding tussen kerk en staat een
van de doelen van de verlichting is. Zôllner verdedigt het gezag van de religie over het burgerlijke
huwelijkscontract tegen hen die in Pruisen voor een totale of beter duidelijke scheiding van kerk en
staat staan.
Zöllner verzetten zich tegen degenen die pleiten voor een totale of duidelijke scheiding van kerk en
staat, vooral in relatie tot het huwelijkscontract in Pruisen.
hij gelooft in een zekere mate van betrokkenheid of samenwerking tussen religieuze instellingen en
de overheid, vooral met betrekking tot het huwelijkscontract. Dit kan voortkomen uit het idee dat
religie een belangrijke rol zou moeten spelen in zaken als huwelijk en gezinsleven, en dat het
huwelijkscontract niet volledig losgemaakt moet worden van religieuze waarden en normen.
Zöllner zijn argument is dat de huwelijksband te belangrijk is op de sociaal en politiek valk om
de controle en reglementering ervan alleen in de handen van de overheid te laten. Het
huwelijk en het gezin zijn volgens hem wat het sociale weefsel en de staat uiteindelijk
bijeenhoud.
Bloed- en hartbanden zijn volgens hem fundamenten van de natie. De godsdienst kan volgens
hem tot een goede functionering van de samenleving bijdragen door ook al controleorgaan te
functioneren voor huwelijkssluitingen.
Hij is ervan overtuigt dat de religie huwelijken en het gedrag van de individuen beter kan
controleren dan de staat.
Uitleg:
Zöllner zegt eigenlijk dat het huwelijk heel belangrijk is, niet alleen voor individuen, maar ook voor de
samenleving en de overheid. Hij vindt dat de overheid niet alles alleen moet regelen als het om
huwelijken gaat.
Groot Belang van het Huwelijk:
Volgens Zöllner is het huwelijk niet zomaar iets persoonlijks. Hij denkt dat het heel belangrijk is voor
de manier waarop we samenleven en hoe de overheid werkt.
Niet Alles Aan de Overheid Overlaten:
,Zöllner is het er niet mee eens om alles over huwelijken aan de overheid over te laten. Hij vindt dat
de overheid niet de enige moet zijn die bepaalt hoe huwelijken geregeld worden.
Sociaal Weefsel en Staatssamenhang:
Hij zegt eigenlijk dat huwelijken en gezinnen als lijm dienen voor de samenleving. Een stabiel huwelijk
en gezin dragen volgens hem bij aan een gezonde samenleving en een goed werkende overheid.
(Dus, in eenvoudige bewoordingen, Zöllner benadrukt dat het huwelijk niet alleen iets is tussen twee
mensen, maar iets dat ons allemaal aangaat en dat het goed is voor de samenleving en de overheid
als we niet alles aan de overheid overlaten wat betreft huwelijksaangelegenheden.)
Citaat: “ vele van de belangrijkste dingen in het leven kunnen en moeten niet object van de
wetgeving worden: en de wetgeven kan allen overtredingen bestraffen die voor hem zichtbaar
worden en de misdadiger straffen als hij ze in zijn macht heeft. De religie werkt daarentegen- waar ze
werkt- op alles en overal.”
Zöllner bekritiseert met dit artikel mensen die pleiten voor het verminderen van de rol van
religie in de politiek, vooral degenen die dit doen in naam van de Verlichtingsidealen, en die
actief proberen religie weg te houden uit sociale en politieke kwesties.
Zöllner is geen anti-verlichtingsdenker. Hij was lid van de geheime genootschap
Mittwochsgesellschaft, het was een soort denktank geëngageerd met de principes van de verlichting.
Meeste figuren in de Berlijnse verlichtingen waren lid van deze genootschap.
Zöllner zijn punt was niet dat de verlichting gevaarlijk was voor de maatschappij, de religie en
de regering, maar dat de verlichting niet grenzeloos mag zijn. Ze mag niet overal toegepast
worden. Verlichting betekent voor hem niet per se een proces van een volledige
secularisering van het sociale en politieke leven.
De gelijkstelling tussen secularisering van de samenleving en de verlichting is voor hem niet
van zelfsprekend.
niet automatisch aanneemt dat het seculariseren van de samenleving gelijk staat aan het omarmen
van de idealen van de Verlichting.
Hij staat kritisch tegenover het idee dat secularisering per definitie synoniem is met het omarmen van
de Verlichtingsidealen. Er is wellicht ruimte voor nuance of verschillende benaderingen in zijn
opvattingen over religie, samenleving en de erfenis van de Verlichting.
Zöllner merkt op dat het concept verlichting meer verduidelijking nodig heeft. Hij merkt ook
dat de intellectuelen die voor meer verlichting pleiten in Pruisen geen duidelijke definitie
kunne geven van wat de verlichting eigenlijk is. Volgens Zöllner moet je eerst een antwoordt
kunnen geven op de vraag wat is verlichting, en dan pas er iets over schrijven.
In zijn artikel vraagt hij zich ook af wat is de verlichting?
Met deze vraag wou hij zijn verlichte tegenstanders en bondgenootschappen provoceren. Wat hij niet
wist of verwachten was dat Mendelssohn en Kant (toen twee van de meest gerespecteerde filosofen
in Duitse literatuur) zouden antwoorden.
Mendelssohn reageert in 1784 met een publicatie op de vraag wat is verlichting met
, “Over de vraag: Wat betekend verlichting?”
Twee maanden later reageert Kant ook op de vraag wat is verlichting met
“Antwoordt op de vraag: Wat is verlichting?”
Anders dan bij bet artikel van Mendelssohn heeft de uitgever bij Kant een verwijzing naar het artikel
van Zöllner onder de titel gezet.
Het debat vindt plaats in Berlinische Monatsschrift (tijdschrift) waar toen de meest representatieve
figuren van de verlichting in voorkwamen met hun visie over de wereldgebeurtenissen, cultuur,
politiek en maatschappij publiceren.
Berlinische Monatsschrift = een instrument ter verspreiding van de ideeën van de verlichting in
Pruisen en tegelijk een forum voor vrijdenken en discussie over deze ideeën.
Het huis der wijsheid van Al-Farabi is in de tijd van de Europese verlichting de wereld van de
tijdschriften en de boeken.
Het open debat gebeurt alleen door en in de pers.
Anders dan bij Al-Farbia betekent ‘verlichting’ bij Kant de Europese verlichting.
Kant definieert "verlichting" in de context van de Europese Verlichting, wat verwijst naar een
specifieke intellectuele en culturele beweging in Europa die pleitte voor rede, vrijheid en
wetenschappelijke vooruitgang. Wanneer men het woord "verlichting" gebruikt zonder
verdere specificatie, doelt men volgens Kant op deze Europese Verlichting
Als Kant over de verlichting schrijft, gaat het hem nooit over het veel bestudeerde tijdperk in de
geschiedenis van de filosofie en de wetenschappen.
(niet historische tijdperk voor kant) Kant onderscheidt zijn concept van verlichting van het
historische tijdperk van de Verlichting in de geschiedenis van de filosofie en wetenschappen.
Voor hem is "verlichting" niet alleen een bepaalde periode in het verleden, maar eerder een
voortdurende taak en doel voor de mensheid
Verlichting is voor Kant eerder een taak die de mens en de samenleving en instituties te verbeteren.
Kant benadert verlichting als een opdracht om de mens, de samenleving en de instituties te
verbeteren. Het is een lopende taak die gericht is op vooruitgang en het bevorderen van
redelijk denken, vrijheid en sociale verbetering
De verlichting waar mensen nog aan moeten werken, richt zich voor Kant net als bij Al-Farabi op de
beperking van de politieke en religieuze macht over de intellectuelen.
Net als Al-Farabi, benadrukt Kant de noodzaak om de politieke en religieuze macht te
beperken, met name over intellectuelen. Dit kan verwijzen naar het idee dat verlichting
impliceert dat mensen streven naar vrijheid van denken en handelen, vrij van onnodige
beperkingen door politieke of religieuze autoriteiten)
In essentie benadrukt deze passage dat Kant's concept van verlichting meer gericht is op een
voortdurende taak en een streven naar verbetering, in plaats van op een vaststaand historisch
tijdperk. Daarnaast wordt de Europese Verlichting geassocieerd met specifieke idealen van vrijheid en
vooruitgang
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller --19. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.51. You're not tied to anything after your purchase.