100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Methodes van onderzoek / Research methods samenvatting voorbereiding voor het tentamen $6.97
Add to cart

Summary

Methodes van onderzoek / Research methods samenvatting voorbereiding voor het tentamen

 3 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Dit document heb ik gebruikt om te studeren voor het vak Methodes van onderzoek / Research Methods en heb hiervoor een 9 gehaald!

Preview 3 out of 23  pages

  • October 14, 2024
  • 23
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Methodes van onderzoek
Tentamen
WEEK 1
 Variabele= Een kenmerk van een persoon of object dat varieert, altijd twee of meer niveaus.
 Kwalitatieve variabele= waarden staan voor categorieën (bijvoorbeeld 1 voor man en 2 voor
vrouw).
 Kwantitatieve variabele= een variabele waarvan de waarden een hoeveelheid aangeven
(bijvoorbeeld de variabele gewicht of lengte).
 Conditie: Een situatie waarin de deelnemers zich bevinden, of waarin zij door de onderzoeker
worden gebracht
 Treatmentgroep: Groep deelnemers die de “behandeling” krijgt waarvan men het effect wil
onderzoeken.
 Controlegroep: Groep deelnemers die niet de “behandeling” krijgt waarvan men het effect wil
onderzoeken. Vaak krijgen zij een alternatieve behandeling, zoals een “placebo” behandeling of
een traditionele behandeling.
 Controle variabele: Een variabele die in het onderzoek wordt gemeten (of anderszins wordt
geregistreerd), maar die niet wordt bestudeerd als onafhankelijke of afhankelijke variabele.
 Afhankelijke variabele= Een variabele waarvan wordt onderzocht of hij wordt beïnvloed door
een andere variabele. Vb: aantal hallucinaties gedurende een maand (tijd benoemen dus)
 Onafhankelijke variabele: Een variabele waarvan wordt onderzocht of hij invloed heeft op een
andere variabele.
 Doelstelling: De doelstelling geeft het belang van het onderzoek aan.
 Hypothese: voorlopig antwoord op de vraagstelling.
 Voorspelling: Een uitwerking van de hypothese in concrete en meetbare termen.
 Vraagstelling: De vraag die je met behulp van je onderzoek wilt beantwoorden.
 Empirisme: Het gebruik van objectieve observaties om vragen over gedrag te beantwoorden.
 Falsificeerbaarheid: Het principe dat van een goede wetenschappelijke theorie zou moeten
kunnen worden aangetoond dat hij onwaar is wanneer deze getest wordt met behulp van de
wetenschappelijke methode
 Meting: Registratie van een variabele door de onderzoeker.
 Voormeting = meting voorafgaande aan de treatment
 Nameting: Meting volgend op de behandeling (treatment).
 Test: Een vragenlijst waarbij de scores op de verschillende vragen (items) als getallen worden
gecodeerd en deze scores gecombineerd worden tot één totaalscore per persoon.
 Operationele definitie = De definitie van een concept in termen van de procedures die gebruikt
worden om het concept te meten of te manipuleren.
 Operationalisatie = iets meetbaar maken

Causaal verband = Causaal verband: een oorzaak-gevolg relatie, waarbij de ene variabele (X) invloed
heeft op een andere variabele (Y) Dit wil zeggen dat wij, door iets te veranderen aan de ene variabele
(manipulatie), iets kunnen veranderen bij de andere variabele. Een causaal verband is niet
waarneembaar, maar is iets dat we zelf verzinnen om bepaalde waarnemingen te verklaren. Een
causaal verband kan alleen worden aangetoond met een zuiver experiment.

, Manipulatie= Beïnvloeding van de onafhankelijke variabele door de onderzoeker (de groepen
bestonden nog niet voor het onderzoek. De onderzoeker bepaalt dus welke groep jij behoort)
 Experimenteel= Onderzoek waarbij de onafhankelijke variabele is gemanipuleerd.
 Niet-experimenteel= Onderzoek waarbij de onafhankelijke variabele niet is gemanipuleerd, doch
slechts is gemeten
 Zuiver experiment= Onderzoek waarin nagenoeg onweerlegbaar wordt aangetoond dat de
onafhankelijke variabele invloed heeft op de afhankelijke variabele (of juist niet).
Daarvoor is nodig:
- manipulatie van de onafhankelijke variabele
- randomisatie van groepen (between-subjects design)
of
randomisatie van volgorde / counterbalancing (within-
subjects design)
- eliminatie van alle potentieel storende variabelen
- nameting van de afhankelijke variabele
- vergelijking van de condities m.b.t. het gemiddelde van de afhankelijke variabele.

Belangrijk: Verklaring met een intermediërende variabele (is geen alternatieve verklaring!)
Intermediërende variabele: Een variabele die wordt beïnvloed door de onafhankelijke variabele en
invloed heeft op de afhankelijke variabele. Het causale model is (onafhankelijke variabele) →
(intermediërende variabele) → (afhankelijke variabele). Het is dus geen storende variabele! X -> I -> Y
is niet goed dus. Wanneer je storende variabele verzint checken of je niet I hebt. Maak dus altijd t
schemaatje.

Alternatieve verklaring !!!= Een verklaring voor een gevonden verschil tussen twee gemiddelden of
voor een correlatie, anders dan de verklaring die je wilde aantonen. Als er in een onderzoek een
verschil is aangetoond tussen twee condities of groepen, terwijl dat onderzoek geen zuiver
experiment was, dan zijn er naast het bedoelde causale verband meestal nog alternatieve
verklaringen voor het verschil. Een alternatieve verklaring moet plausibel en concreet zijn.

1) Alternatieve verklaring: Omgekeerd verband Y -> X. kan niet altijd
2) Alternatieve verklaring: Storende variabele: Een ongecontroleerde variabele die invloed heeft op
de afhankelijke variabele en die samengaat met de onafhankelijke variabele, maar daar geen
gevolg van is.
Het causale model is (onafhankelijke variabele) – (storende variabele) → (afhankelijke variabele).
Wanneer niet gerandomiseerd mogen verschillen tussen twee groepen als storende variabele.
Vb: Schematisch: Inkomen <-- opleidingsniveau --> Criminaliteit

In woorden: Opleidingsniveau heeft invloed op inkomen: hoe lager het opleidingsniveau hoe lager het inkomen en
opleidingsniveau heeft invloed op criminaliteit: hoe lager opleidingsniveau hoe eerder je in de criminaliteit belandt. Let er
ook op dat je variabelen gebruikt en geen niveaus. Dus geen "laag opleidingsniveau", maar "opleidingsniveau".




Een storende variabele is per definitie een variabele die:
1. invloed heeft op de te meten afhankelijke variabele, en die 2. samengaat met de onafhankelijke
variabele (de condities), maar daar geen gevolg van is.


Tip: politiek incorrecte storende variabelen mogen, zoals jongens beter dan meiden

, WEEK 2
Within-subjects design = Elke persoon alle condities
(~repeated measures design = herhaalde metingen)
Voordelen: Persoonsverschillen Controle maatregelen om volgorde effecten te voorkomen:
kunnen niet tot storende variabelen 1. Randomisatie van Volgorde: Intra-group !!!
leiden & Efficiënter, er zijn minder De volgorde wordt voor elke deelnemer opnieuw at random
subjecten nodig. bepaald.
Nadelen: Gevolg: In de groep worden alle condities gemiddeld in ongeveer
condities na elkaar aanbieden -> dezelfde fase / dag / aanbiedingstijd gegeven.
volgorde effecten zoals: 2. Randomisatie van Volgorde: Intra-subject !!!
-oefening (2x beter erin) Conditie moet meerdere keer worden aangeboden. Elke deelnemer
-vermoeidheid krijgt elke conditie heel vaak in een random volgorde. Gevolg: Bij
-autonome rijping (= door verloop van elke deelnemer worden alle condities gemiddeld in ongeveer
tijd verbeteren) wnr voor en nameting dezelfde fase gegeven
-spontaan herstel 3. Counterbalancen: Intra-group !!!
-Carry-over effecten (invloed van de
ene conditie op de andere conditie) bv
invloed vd conditie heeft nog invloed
wnr volgende conditie bezig is.
Voorbeeld die onderdeel ervan is:
differentiële transfer. Invloed van
conditie A naar B is anders dan invloed
van conditie B naar A. wnr dit, dan
geen within-subject doen, niet slim

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller PaulineWolfs. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.97. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

56326 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.97
  • (0)
Add to cart
Added