100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Strafrecht 2 $5.87
Add to cart

Summary

Samenvatting Strafrecht 2

 0 view  0 purchase
  • Course
  • Institution

Deze beknopte samenvatting van strafrecht 2 bevat de collegestof en jurisprudentie.

Preview 2 out of 9  pages

  • October 18, 2024
  • 9
  • 2024/2025
  • Summary
avatar-seller
Strafrecht 2 samenvatting

Week 1
Voorwaardelijk opzet:
 Bewust de aanmerkelijke kans aanvaarden dat een bepaald gevolg zich voordoet.
1. Bestaan van aanmerkelijke kans:
 algemene ervaringsregels
2. Bewustheid van aanmerkelijke kans:
(daadwerkelijk weten van aanmerkelijke kans, niet had kunnen weten)
-indien verdachte verklaart niet te weten van aanmerkelijke kans en de rechter gelooft dit,
dan niet bewust
-indien geen verklaring:
1. ‘ieder normaal mens weet…’
2. verdachte is normaal mens
3. verdachte weet dus van kans
3. Aanvaarden van aanmerkelijke kans:
-Slaan met pistool/Aanmerkelijke kans arrest: bepaalde gedragingen kunnen naar hun
uiterlijke verschijningsvorm worden aangemerkt als zo zeer gericht op een bepaald gevolg
dat het - behoudens contra-indicaties - niet anders kan zijn dan dat de verdachte de
aanmerkelijke kans op het desbetreffende gevolg heeft aanvaardt.

Verhouding opzet en psychische stoornis:
-Tolbert arrest: een stoornis staat normaal gesproken het opzet niet in de weg, slechts wanneer bij
de verdachte ieder inzicht in de draagwijdte van de gedraging en mogelijke gevolgen ontbreekt (dus
niet wanneer de verdachte geen vrijheid had om zijn wil te bepalen)
 Opzet kan dan dus wel bewezen worden (eerste materiële vraag), maar de verdachte is niet
strafbaar wegens psychische stoornis ex art. 39 Sr (derde materiële vraag).

Verhouding opzet en dwaling (AVAS):
-dwaling t.a.v. bestanddeel waarop opzet moet zijn gericht: beroep op dwaling is een opzet- en dus
bewijsverweer, want niet weten en dus geen opzet (eerste materiële vraag: vrijspraak)
-dwaling t.a.v. geobjectiveerd bestanddeel: geen bewijsverweer, want geen dwaling t.a.v.
bestanddeel waar opzet op gericht moet zijn, maar een strafuitsluitingsverweer (derde materiële
vraag: OVAR), indien verontschuldigbare dwaling

Week 2
Noodweer: (rechtvaardigingsgrond)
Art. 41 lid 1 Sr: niet strafbaar is hij die een feit begaat, geboden door de noodzakelijke verdediging
van eigen of eens anders lijf, eerbaarheid of goed tegen ogenblikkelijke, wederrechtelijke
aanranding.
-Overzichtsarrest noodweer(exces):
1. Ogenblikkelijke aanranding:
-Vrees-arrest: ook bij onmiddellijk dreigend gevaar voor aanranding, enkele vrees voor een
aanranding is onvoldoende
2. Wederrechtelijke aanranding
3. Subsidiariteit (verdediging is noodzakelijk): niet aan voldaan indien verdachte zich niet
behoefde te verdedigen; verdachte had zich aan aanranding kunnen en moeten onttrekken
-kunnen onttrekken: reële en redelijke mogelijkheid (fysiek kunnen onttrekken)
-moeten onttrekken: onttrekken aan aanranding is reëel alternatief

,  Boze buurman arrest: het enkele feit dat er een mogelijkheid was om aan de aanranding
te onttrekken betekent niet dat er geen beroep op noodweer kan worden gedaan 
feitelijke, fysieke onttrekking kan wel mogelijk zijn, maar wordt niet altijd gevergd, bijv. niet
wanneer je een situatie probeert te sussen
 Indien ogenblikkelijke, wederrechtelijke aanranding en verdediging is noodzakelijk:
noodweersituatie.
4. Proportionaliteit (verdediging is geboden): wijze van verdediging moet niet in onredelijke
verhouding staan tot ernst aanranding (hoeft niet in evenwicht te zijn, maar er mag geen
wanverhouding zijn)
 Indien de verdediging geboden is: noodweer

Noodweerexces: (schulduitsluitingsgrond)
Art. 41 lid 2 Sr: niet strafbaar is de overschrijding van de grenzen van noodzakelijke verdediging,
indien zij het onmiddellijk gevolg is geweest van een hevige gemoedsbeweging, door de aanranding
veroorzaakt.
-Overzichtsarrest noodweer(exces): er is aan alle eisen van noodweer voldaan, behalve aan de
proportionaliteitseis.
 Er moet een noodweersituatie zijn of zijn geweest:
-zijn: noodweersituatie (intensief noodweer)
-zijn geweest: noodweersituatie is op moment van verdediging voorbij, maar is er wel
geweest (extensief noodweer)  te lang doorgaan of te laat reageren
 Dubbele causaliteit:
1. Aanranding heeft hevige gemoedsbeweging veroorzaakt
 niet is uitgesloten dat andere factoren mede hebben bijgedragen aan het ontstaan
van de hevige gemoedsbeweging, maar de aanranding moet de belangrijkste oorzaak zijn
geweest (hevige gemoedsbeweging mag niet in essentie zijn terug te voeren op een
eerdere bestaande emotie)
2. Hevige gemoedsbeweging heeft overschrijding van de grenzen tot onmiddellijk gevolg

Noodweer(exces) en culpa in causa:
-Overzichtsarrest noodweer(exces): culpa in causa kan noodweer(exces) in de weg staan wanneer de
aanranding bewust uitgelokt wordt.
-Arrest culpa in causa bij noodweer: het bewust opzoeken van confrontatie is niet voldoende, er
moet sprake zijn van een element van uitlokking van de aanranding op dat moment .

Putatief noodweer:
 Geen noodweer, maar AVAS in de vorm van feitelijke dwaling.
1. Is de feitelijke dwaling verontschuldigbaar?
2. Heeft verdachte zich -gegeven verontschuldigbare dwaling- correct gedragen? (vereisten
noodweer bij langs gaan)
 einduitspraak: OVAR (derde materiële vraag)

Ontoerekeningsvatbaarheid:
Art. 39 Sr: niet strafbaar is hij die een feit begaat, dat hem wegens de psychische stoornis niet kan
worden toegerekend.
1. Psychische stoornis
2. Oorzakelijk verband stoornis en begaan feit
3. Verband reden om feit niet toe te rekenen:
 Reden om feit wel toe te rekenen: culpa in causa: verdachte heeft het aan zichzelf te
wijten dat hij een psychische stoornis heeft (bijv. bij alcohol of drugsgebruik)  dit is dus
geen reden om opzet te bewijzen (eerste materiële vraag), maar speelt wel mee bij derde
materiële vraag (Tolbert)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller NathalieRechten. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.87. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

48298 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$5.87
  • (0)
Add to cart
Added