Dit is een uitwerking van de leerdoelen voor het van onderzoeken van het eerste jaar fysiotherapie van het Saxion in Enschede. De leerdoelen komen uit de toetsmatrijs en de uitwerkingen ervan komen vanuit de colleges en de bijbehorende literatuur.
Vaak is er een aanleiding waarom je een onderzoek gaat doen. Je kiest dan vaak een onderwerp
waarin een afdeling of groep gespecialiseerd in is. Zodra je een onderwerp hebt gekozen voer je een
verkenning uit. Daarmee beantwoord je de volgende vragen:
- Past het onderwerp binnen het onderzoek kader van het vakgebied of opleiding?
- Is het onderzoek geschikt om te onderzoeken met de gegeven voorwaarden?
o Beschikbare gegevens
o Tijd
o Butget
o Begeleiding
o Onderzoekspopulatie
- Is het onderwerp relevant?
- Wie heeft er belang bij het onderzoek?
- Wat is er bekend over het onderwerp? Is er al een theorie over? Is er een onderzoek waarop
je kan voortbouwen?
- Is onderzoek naar het onderwerp ethisch verantwoord?
Om een goed onderzoek te doen moet je het onderwerp inperken. Hierbij moet je een aantal
belangrijke keuzes maken:
- Bepaal in welke discipline je het onderzoek uit voert
- Welke aspecten ga je onderzoeken?
De probleem stelling
Je bespreekt hierin de aanleiding van je onderzoek en je geeft een korte schets van de situatie, het
probleem of de onduidelijkheid. Vaak vormt een klinisch probleem de aanleiding van je onderzoek.
Hierbij ligt de druk op een van de 4 domeinen:
- Etiologie → De vraag naar de oorzaken of risicofactoren van een aandoening staat centraal,
ook de bijwerkingen kunnen hierbij horen
- Diagnose → Je richt je op verschijnselen die een indicatie geven van een bepaalde
aandoening
- Prognose → Je bestudeerd de factoren die van invloed zijn op het verdere verloop van een
ziekte
- Therapie → Je bekijkt de efficiteit van een therapeutische innervatie over behandeling, of je
richt je op de efficiteit van de prevalentie van een ziekte/aandoening.
Na het proces dat je het probleemschets volt de doelstelling (extern doel) en de vraagstelling (intern
doel). De doelstelling beschrijft waarom je het onderzoek uitvoert. De vraagstelling beschrijft wat er
wordt onderzocht, je geeft daarmee de inhoud weer.
De doelstelling
Met de doelstelling geef je de relevatie van het onderzoek aan en leg je als onderzoek een
verantwoording af voor het doen van dit onderzoek. De doelstelling geeft antwoord op de vragen:
- Waarom voer je dit onderzoek uit?
, - Wat bereik je met dit onderzoek?
- Wat is het belang van de kennis die dit onderzoek uitvoert?
- Welke bijdrage levert het resultaat aan de oplossing van het probleem?
- Wie heeft er belang bij?
Je kunt tussen 2 soorten relevantie van een onderzoek onderscheid maken:
- Theoretische relevatie → Dit heb je wanneer een onderzoek leidt tot nieuwe verklaringen.
(een onderzoek met een hoge theoretische relevantie heet een fundamenteel onderzoek)
- Maatschappelijke relevantie → Wanneer de oplossing voor mensen in de maatschappij
aandraagt, is het in de maatschappij relevant. In de doelstelling omschrijf je dan hoe mensen
van het onderzoek kunnen profiteren
Meestal is een onderzoek zowel theoretisch als maatschappelijk. Een goede doelstelling heeft
richting aan je onderzoeksplan, door vooraf een doel te formuleren kan je achteraf bekijken of het
doel geslaagd is.
Vraagstelling
Dit is een van de meest belangrijke delen van je onderzoek, je beschrijft hier wat je onderzoekt en
geeft dus de inhoud van het onderzoek weer. De vraagstelling van een onderzoek bevat meestal een
of meerdere onderzoeksvragen waaruit deelvragen zijn afgeleid. De soorten vraagstellingen (van
eenvoudig naar complex):
- Definiëren → Dit gaat om het aangeven van de bepaalde kenmerken van het onderwerp
- Beschrijven → Het gaat om de eigenschappen en kenmerken van het onderwerp
- Vergelijken → Het gaat om 2 of meer verschillen in groepen of situaties
- Verklaren → Het gaat om de oorzaak van gevonden verschillen of verbanden
- Voorspellen → Het gaat om het voorspellen van de gevolgen van een bepaalde aandoening
- Evalueren → Het gaat om het onderzoeken van het effect van een maatregel of interventie
- Voorschrijven → Het gaat om het opstellen van maatregelen of richtlijnen
Formuleren van deelvragen
De vraagstelling van een onderzoek is vaak te complex om in een vraag te kunnen beantwoorden,
daarom formuleer je vaak deelvragen. Deze deelvragen moeten allemaal betrekking hebben op de
onderzoeksvraag. Je bouwt ze in logische volgorde op zodat ze uiteindelijk antwoord geven op de
onderzoeksvraag. Je begint met de minst complexe vragen en om daarna op te bouwen. Vaak
behandel je elke aparte deelvraag als een deelonderzoek.
Valkuilen in formuleren van onderzoeksvragen
- De vraag ontbreekt → Je omschrijft wel een doelstelling maar je geeft niet precies aan wat je
gaat onderzoeken
- De onderzoeksvraag sluit niet aan op de doelstelling → Vaak heeft het dan betrekking op een
ander aspect van het onderwerp
- De onderzoeksvraag is de vaag → Je bent niet concreet genoeg over in welke populatie je
gaat meten of welke uitkomsten
- Je onderzoeksvraag is te algemeen → Het is te breed en kan nog alle kanten op gaan
- De onderzoeksvraag is te specifiek → Er is dan nauwelijks antwoord op de vraag te vinden
- De onderzoeksvraag is niet eenduidig geformuleerd → Je vraag bevat te veel aspecten
waardoor je hem niet kan beantwoorden
, - De onderzoeksvraag is niet enkelvoudig → De vraag bestaat dan uit meerdere vragen,
gebruik dan deelvragen
- De onderzoeksvraag bevat onbewezen onjuiste veronderstellingen → De vraag is niet
neutraal geformuleerd.
Onderzoek als cyclus
En onderzoek idee is vaak gebaseerd op een bepaalde theorie of een probleem. Een theorie is een
uitspraak met een algemeen geldend karakter, het is vaak gebaseerd op waarnemingen van concrete
gebeurtenissen. Het proces van concrete waarnemingen naar een maar abstracte theorie heet
inductie. Om te onderzoeken of je theorie juist is moet je deze omzetten in toetsbare stellingen:
hypotheses. Van absracte theorie naar hypotheses noem je deductie. Nu ga je gegevens verzamelen
waarmee je de hypotheses toetst in de werkelijkheid, dit noem je empirische toetsing. Hieruit kan je,
je conclusie trekken, dit leidt weer tot een nieuwe theorie en je begint weer opnieuw
Voor praktijk gericht onderzoek doen wordt de cyclus meestal anders geschreven. Er staan dan een
praktisch probleem centraal. Na de diagnose van het probleem kan je een oplossing of interventie
ontwikkelenm die je vervolgens uitvoert. Daarna evalueer je of interventie het gewenste effect had.
Dit heeft de interventie cyclus of regulatieve cyclus. Dit zijn de fases:
- Probleemformulering → Wat en waarom is het probleem
- Diagnose → Wat zijn de achtergronden en oorzaken van het probleem
- Interventie plan → Wat stel je voor om het probleem te veranderen?
- Interventie → Je gaat het uitvoeren
- Evaluatie → Is het probleem opgelost?
De student kan EBP definieren en verschillende aspecten hiervan benoemen en kan de 5 stappen
van EBP benoemen en beschrijven.
Evidence-bases medicine is het zorgvuldig, expliciet en oordeelkundig gebruik van het huidige beste
bewijsmateriaal om beslissingen te nemen voor patiënten. De voorkeuren, wensen en verwachtingen
van de patiënt spelen hierbij een centrale rol. Bij EBM maak je beslissingen voor individuele
patiënten, het gebruik van het huidige beste bewijsmateriaal staat centraal bij EBM. Het staat
centraal bij de geneeskunde. Bij andere vakgebieden in de gezondheidzorg wordt gebruik gemaakt
van evidence-bases practice.
De stappen van EBP
- Het vertalen van een praktische vraag of klinisch probleem in een beantwoordbare vraag →
Je formuleert een goede onderzoeksvraag, dit kan worden gedaan met PICO.
- Het zoeken en selecteren van wetenschappelijke literatuur om de vraag te beantwoorden →
Met behulp van trefwoorden zoek je naar relevante artikelen.
, - Het kritisch beoordelen van de gevonden artikelen en het interpreteren van de resultaten →
Hierbij gaat het vooral om de betrouwbaarheid en validiteit van het onderzoek en het belang
en de toepasbaarheid van de onderzoekresultaten. Het kan zijn dat niet alle artikelen
dezelfde kant op wijzen, je weegt dan de resultaten tegen elkaar af. Onderzoeken kan je
indelen op een level of evidence
o Hoog level = goed onderzoek
o Laag level = slechter onderzoek
- Het nemen van beslissingen op grond van de beschikbare evidence → Je kan nu een
antwoord geven op je onderzoeksvraag en je toepassen in de praktijk
- Het regelmatig evalueren van de kwaliteit van het proces van EBP → Vaak loop je dit proces
samen door met andere zorgverleners, hierin past een evaluatie van de zorgverlening in de
vorm van intercollegiale toetsing. Je vergelijkt jezelf met andere en bepaald de beste manier
van handelen. Een andere manier is het samenstellen van werkgroepen waarin evidence
wordt verzameld rond 1 onderwerp.
De student weet waar de PICO elementen voor staan en kan deze herkennen in een
onderzoeksvraag.
In een onderzoek staat meestal 1 onderzoeksvraag centraal, deze vraag geeft de kern van je
onderzoek weer. Een methode om een duidelijk en concreet onderzoeksvraag te formuleren is
volgens het PICO-systeem
Patiënt → Over welke patiënten wil je in het onderzoek uitspraak doen
- Let op de kenmerken van de personen
Intervention → Je interventie of behandeling waarvan je het effect wilt onderzoeken
Comparison → Je vergelijking van een andere behandeling, factor of test
Outcome → Welke uitkomst staat centraal in je onderzoek
De student kent de systematiek van zoeken (zoekstrategie) naar wetenschappelijke literatuur en
kan voor de fysiotherapeut relevante elektronische databases benoemen.
Bij een systematisch literatuuronderzoek betstuur je de resultaten van andere onderzoekers die zijn
gepubliceerd. Globaal zijn er 2 verschillende onderzoek artikelen:
- Originele onderzoek artikelen → Beschrijving van 1 enkel onderzoek
- Reviews → Overzichtsartikelen waarin de auteurs alle onderzoeken bij elkaar zetten en
kritisch beoordelen.
Ieder artikel bevat een korte samenvatting, die heet de abstract. Op internet zijn een heleboel
onderzoeksliteratuur gebundeld, dit word een database genoemd. Als je literatuur gevonden hebt
kan je via de sneeuwbal methode verder zoeken, hierbij zoek je op basis van literatuurreferenties van
artikelen verder.
Voordat je je zoektocht begint heb je goede zoektermen nodig, je ontleerd je onderzoeksvraag in loss
begrippen. Ze moeten ook vaak in het Engels worden opgesteld. Je kan in een thesaurus synoniemen
en aanverwante woorden vinden. Je kan zelf je resultaten vergroten of verkleinen door dit toe te
voegen:
- AND → Meerdere zoektermen kan je nu invullen, die allemaal in het artikel staan
- OR → Je kan synoniemen toevoegen, 1 van de twee woorden zit dan in het artikel
, - NOT → Je sluit hierdoor woorden uit
- Je kan ook verschillende limieten instellen om bepaalde artikelen uit te sluiten
Een aantal databases:
- PudMed → Hierbij zoek je in verschillende databases
o Medline → Bevat veel artikelen uit medische tijdschriften
o Cochrane → Is een database die bestaat uit systematische revieuws van RCT’s
- EBSCO → Ook hierin zijn veel ander databeses ingenomen, deze is niet gratis
De student weet hoe een artikel is opgebouwd en hoe deze kritisch beoordeeld kan worden.
(Critical Appraisal)
Vaak is een artikel op de volgende manier opgebouwd:
- Abstract
o Korte samenvatting
- Inleiding
o Probleemstelling/vraagstelling en aanleiding
- Methode en materiaal
- Resultaten
- Discussie
- Conclusie
- Literatuurlijst
Bij een kwaliteitsbeoordeling van een artikel moet je naar de volgende punten kijken:
- Bron van het artikel/de informatie
- Auteurs (zijn het doctoren, professor, ect…)
- Publicatiejaar
- De methode van het (praktijk)onderzoek: Level of Evidence (interne validiteit)
- Relevantie van het onderzoek voor jou patiënt (externe validiteit)
- Onafhankelijkheid van de onderzoeker
De student kent de kenmerken, voor en nadelen onderzoeksdesigns: Randomized Controlled Trial
(RCT), cross-over, cohort, cross-sectional studies, case-control, case series en is in staat deze
designs te rangschikken op niveau van bewijskracht (level of evidence)
Je hebt verschillende soorten onderzoeken: experimentele onderzoekdesigns en observationele
designs. Deze spitsen zich op in verschillende soorten onderzoeken. Experimentele onderzoek
designs onderscheiden zich door dat de onderzoeker bewust iets in de onderzoeksgroep veranderd.
Bij een observationeel onderzoek neem je alleen waar, maar bij een experimenteel design zijn er
verschillende varianten mogelijk.
Experimenteel:
- Experiment → Je deelt de proefpersonen op toeval in, in twee groepen. Een groep krijgt een
interventie en de andere niet. De uitkomsten kan je dan vergelijken, hierdoor kan je zien of
de interventie echt een effect heeft gehad (RCT). Een belangrijk onderdeel is de
randomisatie: het verdelen van een groep door toeval. Alle kenmerken zijn zo ongeveer gelijk
verdeeld over de twee groepen. Je voorkomt daardoor vertekening in je onderzoek en het is
nu goed geschikt voor causale (oorzakelijke) onderzoeken. Bij een dubbelblind onderzoek is
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lea050902. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.23. You're not tied to anything after your purchase.