100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Uitgebreide samenvatting Colleges B&C2: Clinical Neuropsychology $6.93   Add to cart

Class notes

Uitgebreide samenvatting Colleges B&C2: Clinical Neuropsychology

 0 view  0 purchase
  • Course
  • Institution

Een uitgebreide samenvatting van het vak B&C2: Clinical Neuropsychology (SOW-PSB2BC10EA) geschreven in het Nederlands, met Engelse termen erin verwerkt. Alle onderwerpen van de lectures komen aan bod. Moeilijke termen OOK in jip en janneke taal beschreven met gebruik van bullet points voor het over...

[Show more]

Preview 4 out of 84  pages

  • October 19, 2024
  • 84
  • 2024/2025
  • Class notes
  • ?
  • All classes
avatar-seller
Brein & Cognitie 2
HOORCOLLEGES

HOORCOLLEGE 1 Introductie
Klinische neuropsychologie = richt zich op de wetenschappelijke studie van de relatie tussen
brein en gedrag, waarbij vooral gekeken wordt naar de praktische toepassing op het gebied van
diagnose, behandeling en zorg voor mensen met cognitieve problemen. Deze problemen kunnen
voortkomen uit ontwikkelingsstoornissen, neurologische aandoeningen (zoals
hersenbeschadiging/ziekte), maar ook uit psychiatrische stoornissen.
- In dit vakgebied draait het om gedrag (niet perse brein), niet alleen de observeerbare
aspecten (zoals handelingen en reacties), maar ook subjectieve ervaringen die een persoon
zelf rapporteert of die mensen in hun omgeving opmerken. Het onderzoek probeert te
bepalen of er sprake is van disfunctie in plaats van normale functie, bijvoorbeeld bij
geheugenproblemen. Dit maakt klinische neuropsychologie breder dan alleen neurologie,
omdat ook psychische factoren en stoornissen worden betrokken.
- Je bent dus een wetenschapper.
- Het is niet perse gerelateerd aan neurologie, maar ook aan psychiatrie!

You have to face behavior in a broad sense.
- In de klinische neuropsychologie wordt gedrag in brede zin benaderd, inclusief latente (niet
observeerbare/meetbare) variabelen zoals cognitieve functies die objectief meetbaar zijn
via testen.
- Als iemand bijvoorbeeld klaagt over geheugenproblemen, kan dit met een geheugentest
worden gekwantificeerd. Dit maakt cognitieve klachten beter meetbaar en inzichtelijk.
- In tegenstelling tot cognitieve functies zijn persoonlijkheidskenmerken, zoals verlegenheid
bij een persoonlijkheidsstoornis (meer vanuit de klinische psychologie), bijna NIET te
meten met objectieve of kwantitatieve testen. Deze vereisen vaak andere benaderingen,
zoals gesprekken of observaties, omdat ze minder tastbaar zijn.

Voor en na neuroimaging:
Vroeger werd gedrag onderzocht door de vorm van de schedel te meten (zoals bij frenologie),
waarbij men dacht dat bultjes iets konden zeggen over iemands gedrag (afwijking van gedrag).
Later zochten onderzoekers naar specifieke beschadigingen (gaten) in het brein om afwijkend
gedrag te verklaren. Dit veranderde naar een meer theoretische benadering waarbij men
hypothesen vormde over cognitieve functies.
- Luria, een bekende neuropsycholoog, had tijdens de oorlog beperkte tijd om patiënten te
testen en kon niet altijd objectieve tests uitvoeren. Hij formuleerde daarom snel
hypotheses over hun cognitieve functioneren en observeerde gedrag wetenschappelijk
tijdens korte tests. Hij keek niet alleen naar testresultaten, maar ook naar hoe patiënten
zich gedroegen tijdens de test (dus OOK gedrag observeren, niet alleen testen).
- Met de uitspraak "it’s not about the hole, it’s about the donut" wordt bedoeld dat niet
alleen beschadigingen (gaten) in het brein belangrijk zijn, maar ook de functies die
eromheen intact blijven.

Klinische neuropsychologie werd steeds relevanter in modern-day (mental) health care. Dit kwam
omdat kwaliteit van leven meer op de voorgrond kwam, mensen waren geïnteresseerd erin in. Het

,is dus niet vooral waar het dus FOUT zit in het brein, maar wat de rest van het brein NOG KAN. Dus
wat we met patiënten die bv een taalprobleem hebben kunnen doen.
- Door betere medische behandelingen overleven steeds meer mensen met hersenschade of
cognitieve disfuncties. Hierdoor sterven minder mensen, maar leven ze wel langer met
deze aandoeningen. Dit heeft geleid tot een toenemende interesse in de kwaliteit van zorg,
omdat de focus niet alleen op overleven ligt, maar ook op het verbeteren van het dagelijks
functioneren en de levenskwaliteit van mensen met blijvende cognitieve problemen.

Klinische neuropsycholoog = een scientist practitioner die zich richt op het begrijpen van gedrag
en cognitie, NIET op direct breinonderzoek!
- Ze werken met hypothesen over hoe cognitieve functies en gedrag worden beïnvloed door
hersenstoornissen, maar hun focus ligt op het wetenschappelijk onderzoeken van gedrag
en het uitvoeren van assessments. Ze combineren theorie en praktijk om patiënten te
helpen, zonder direct het brein zelf te bestuderen.

Klinische neuropsychologie is multidisciplinair en vrij medisch van aard:
- Naast de DSM gebruikt men ook de ICF (International Classification of Functioning) om
ziektes en hun impact op het dagelijks functioneren te classificeren. De ICF kijkt niet alleen
naar de gezondheidsconditie (zoals ADHD, longziekte, of hersentumor), maar ook naar de
lichaamsstructuur en lichaamsfunctie, de activiteit, en deelname aan het dagelijks leven
(participation).
- Bijvoorbeeld, bij een longziekte wordt gekeken of iemand kan ademen, en bij
hersenaandoeningen zoals ADHD wordt gekeken hoe dit iemands functioneren en gedrag
beïnvloedt (dus er wordt gekeken naar de functie: kan iemand ademen als je een longziekte
hebt). Dit is interessant voor psychologen, omdat problemen in lichaamsstructuren en
functies vaak gerelateerd zijn aan beperkingen in activiteiten en participatie in het leven.




Naast de lichaamsstructuur en -functie en de activiteit kijkt de ICF ook naar:
- Omgevingsfactoren: zoals toegang tot hulpmiddelen (bijvoorbeeld geld of een rolstoel),
kunnen invloed hebben op het functioneren van iemand met een ziekte of beperking.
- Persoonlijke factoren: zoals hoe iemand omgaat met hun ziekte, wat vaak gecorreleerd is
met persoonlijkheid.
Dit maakt de benadering van klinische neuropsychologie completer, omdat niet alleen de fysieke
aspecten van de aandoening worden bekeken, maar ook hoe de omgeving en de persoonlijke
houding het dagelijks functioneren beïnvloeden.

Een voorbeeld hiervan is een patiënt met een frontale hersentumor. De impact van de tumor op het
dagelijks leven kan variëren, en niet alleen door de fysieke schade aan de hersenen.
Omgevingsfactoren, zoals de mate van steun die de patiënt krijgt (bijvoorbeeld van familie of
toegang tot medische zorg), kunnen bepalen hoeveel last de patiënt ervaart.

,ICF is handig in klinische neuropsychologie, want het geeft een holistisch overzicht van de impact
van hersenaandoeningen op verschillende niveaus:
o Het beschrijft de gevolgen van een hersenziekte of stoornis op drie niveaus:
verslechtering van lichaamsstructuur of -functie, limitaties in activiteiten, en
restricties in participatie (handicap).
o Het identificeert moderating factoren, zoals omgevings- en persoonlijke factoren
die de impact kunnen beïnvloeden.
o Het helpt om subjectieve klachten en problemen in het dagelijks leven
(bijvoorbeeld op school, werk, of sociaal functioneren) beter te begrijpen.
o Het identificeert een doel voor behandeling en optimalisatie van het functioneren.

In de basis van klinische neuropsychologie is het essentieel om het bio-psycho-sociale model te
hanteren bij het testen van hypothesen. Dit model heeft drie belangrijke karakteristieken:
- Multi-informed: houdt in dat informatie van verschillende bronnen wordt verzameld, zoals
de patiënt zelf en belangrijke anderen (bijvoorbeeld ouders, leraren, of partners). Dit is
cruciaal om een volledig beeld te krijgen van de situatie van de patiënt en om verschillende
perspectieven op de klachten en functioneren te begrijpen.
- Multi-methode: Hierbij worden verschillende benaderingen en technieken gebruikt om
gegevens te verzamelen, waaronder tests, vragenlijsten, klinische interviews en
observaties. Deze variatie zorgt ervoor dat een breder en dieper inzicht in de cognitieve
functies en gedragingen van de patiënt kan worden verkregen.
- Multi-conceptueel: Dit verwijst naar de noodzaak om verschillende concepten en
theoretische kaders te overwegen, zoals neuropsychologische, persoonlijkheids- en
contextuele factoren. Het is belangrijk om te begrijpen wat voor soort patiënt je voor je
hebt, welke context ze zich bevinden en hun opleidingsniveau, omdat deze factoren de
cognitieve functies en het gedrag kunnen beïnvloeden.

De diagnostische cyclus in de klinische neuropsychologie omvat verschillende stappen die helpen
bij het begrijpen en behandelen van de klachten van een patiënt. Dit proces gaat als volgt:
1. Analyse van klachten: De cyclus begint met de verwijzing van de patiënt, die zich
bijvoorbeeld meldt met geheugenproblemen, zoals het niet onthouden van namen, het
vergeten van medicatie, en gevoelens van eenzaamheid.
2. Analyse van problemen: Vervolgens worden deze klachten geanalyseerd om te begrijpen
welke bredere problemen er zijn. In dit geval kunnen de problemen duiden op dementie en
depressie.
3. Analyse van oorzaken: Daarna wordt er gekeken naar mogelijke oorzaken van deze
problemen. Dit kan wijzen op specifieke geheugenstoornissen en aandoeningen zoals
Alzheimer.
4. Analyse van indicatie: Tot slot wordt er gekeken naar de indicatie voor zorg. Dit houdt in
dat er wordt vastgesteld welke behandelingen of interventies nodig zijn, zoals het
voorschrijven van medicatie en het aanbieden van zorg, om de patiënt te helpen.

, Referral = doorverwijzing naar een andere specialist of instelling voor verdere evaluatie, diagnose
of behandeling.

Assessment in de klinische neuropsychologie gaat veel verder dan alleen het afnemen van tests;
het omvat een uitgebreid en integraal proces. Een test is slechts één hulpmiddel om informatie van
een patiënt te verkrijgen. Daarnaast zijn er andere tools zoals klinische interviews en observaties.
Bij een volledige beoordeling maak je gebruik van een multi-method benadering, waarbij je:
- Klinische interviews afneemt om subjectieve ervaringen en klachten te begrijpen.
- Observatieve informatie verzamelt om gedrag in verschillende contexten te beoordelen.
- Medische dossiers bekijkt om achtergrondinformatie en eerdere diagnoses te verkrijgen.
- Testresultaten analyseert om objectieve gegevens over cognitieve functies te verkrijgen.
- Literatuur raadpleegt om te begrijpen waar je hypothesen vandaan komen en hoe deze zich
verhouden tot de huidige kennis over hersenfuncties.
Bijvoorbeeld, als je ontdekt dat een taalprobleem mogelijk voortkomt uit dysfunctionele activiteit
in de linkerhersenhelft, kun je deze kennis combineren met de klinische informatie van de patiënt
en je eigen vaardigheden om een beter beeld te krijgen van de situatie.
- Het is niet zo makkelijk om een goed interview te houden met bv een patient met brain
damage  personal skills.




The neuropsychological method heeft 3 fases:
Voor het testen:
- Verwijzingsvraag (referral question; dit is de kernvraag die de reden voor de verwijzing van
de patiënt samenvat. Het kan gaan om specifieke klachten, zoals geheugenproblemen of
gedragsveranderingen)
- Medische file en geschiedenis (verzamelen van info uit medische dossier, medische
diagnoses en behandelingen EN informatie over omgeving en context, zoals osciale steun
en levensomstandigheden).
Tijdens het testen:
- Klinisch interview met patiënt (biedt subjectieve ervaringen, zoals klachten, zorgen en hoe
dagelijks leven ervaren).

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller demihelwig. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.93. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.93
  • (0)
  Add to cart