100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting arbeidsrecht $8.30   Add to cart

Summary

Samenvatting arbeidsrecht

 0 view  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting arbeidsrecht UCLL campus sociaal hogeschool Leuven

Preview 4 out of 61  pages

  • October 21, 2024
  • 61
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Hoofdstuk 1: begrip en situering van het arbeidsrecht

Wat is arbeidsrecht

Deel van sociaal recht

o Arbeidsrecht (regelt arbeidsverhouding)
 Arbeidsovereenkomsten (WG en WN)
 Loonbescherming
 Arbeidsregelementering/ arbeidsbeschermingsrecht (oa arbeidsduur en -
veiligheid)
 Collectief arbeidsrecht (vakbonden en WG-org)
 Arbeidsmarktrecht (arbeidsrecht wordt gereglementeerd door de overheid)
 Sociaal handhavingsrecht (naleving controleren)
o Sociale zekerheidsrecht (regelt herverdelen van rijkdom en bescherming tegen sociale
risico’s)
 Sociale verzekeringen: ziekte, werkloosheid, jaarlijkse vakantie, gezinsbijslag,
pensioen, arbeidsongevallen en beroepsziekten.
 Sociale bijstand: recht op MS integratie, gewaarborgde gezinsbijslag,
tegemoetkoming handicap, inkomensgarantie voor ouderen.

Het arbeidsrecht

o Verhouding tussen WN en WG zowel individueel als collectief (buiten
overheidspersoneel en zelfstandigen)

Sociale zekerheidsrecht

o Regels en mechanismen om rijkdom te herverdelen
o Bijstandsregelingen als je door het net van de SZ bent gevallen
o Van toepassing op WN’ers, ambtenaren, zelfstandigen en op de hele bevolking

Ontstaan van het arbeidsrecht

o Franse revolutie 1789: vrijheid (Liberté), gelijkheid (Egalité), broederlijkheid (Fraternité)
o Opstellen Code Civil 1804
 Principes Franse revolutie krijgen juridische vertaling
 Partijen kunnen op basis van gelijkheid in vrijheid een overeenkomst sluiten
waarbij de ene zijn diensten verhuurt aan de andere
 Overheid komt niet tussen: liberalisme
o Industriële Revoluties
 1° industriële revolutie +/- 1770-1850: uitvinding stoommachine,
textielnijverheid, steenkool
 2° industriële revolutie: +/- 1870 -1910: opkomst staalindustrie, chemische
nijverheid, elektriciteit, benzinemotor...
 Evolutie van agrarische samenleving met ambachten naar industriële
samenleving met fabrieken in steden. Mensen massaal naar steden om in
fabrieken te werken (plattelandsvlucht).
o Arbeidsomstandigheden
 7 dagen op 7 - geen zondagsrust
 Tot 12 uur per dag aan een stuk
 Kinderarbeid algemeen verspreid
 Geen jaarlijkse vakantie
1

,  Geen sociale zekerheid: ziekteverzekering, arbeidsongevallen, werkloosheid,
pensioen...
 Verbod om actie te voeren (coalitieverbod)
o 1886: keerpunt
 Grote stakingen tegen schandalige werkomstandigheden en economische crisis
 Oprichting door Leopold II van Commissie voor Nijverheidsarbeid met als doel
arbeidsomstandigheden van de arbeiders te onderzoeken
o 1885 Oprichting Belgische Werkliedenpartij
o 1891: Rerum Novarum = pauselijke encycliek over slechte arbeidsomstandig-heden van
de arbeiders
o 1894: eerste verkiezingen onder algemeen meervoudig stemrecht. ‘Socialisten’ voor
het eerst in parlement
o 1895: eerste ministerie van Arbeid

 Ten gevolge van dit alles eerste wetten ‘arbeidsrecht’ (loonbeschermingswet,
arbeidsongevallenwetgeving, opheffing coalitieverbod,...)

o 1900: wet op de arbeidsovereenkomst voor werklieden (= arbeiders)
 Minimale bescherming, van toepassing voor zover geen andere afspraken
gemaakt tussen partijen (aanvullende werking)
o 1922: wet op de arbeidsovereenkomst voor bedienden
 Betere bescherming dan arbeiders
 Doel bedienden uit handen van de vakbonden te houden
o Verklaart onderscheid tussen arbeiders en bedienden dat tot op vandaag bestaat
 Werknemers ‘met de pet’ versus werknemers’ met de hoed’.

 Afzonderlijk tot stand komen van wetgeving zorgt voor belangrijke verschillen tussen de
rechtspositie van arbeiders en bedienden

o Periode na 1945: sociaal pact, doorbraak sociale zekerheid, organisatie sociaal overleg
tussen vakbonden en werkgevers
o Afzonderlijke wetten voor: handelsvertegenwoordigers (1963), dienstboden (1970),
studenten (1970)
o 1978: ‘wet betreffende de arbeidsovereenkomsten’
 Coördinatie van afzonderlijke wetten voor arbeiders, bedienden, ...
 Onderscheid blijft wel bestaan, met afzonderlijke regels voor loon, ziekte,
vakantie...
 Meermaals aangepast, laatst grondig in 2013: ‘eenheidsstatuut’
o Jaren ‘80 vorige eeuw tot nu
 Trend tot deregulering / flexibilisering
 Toenemend belang van internationale context, hoofdzakelijk vanuit Europese
Unie

Hoofdstuk 2: bronnen van het arbeidsrecht

Recht is een geheel van regels die je kan terugvinden in rechtsbronnen. Het is belangrijk dat je
weet welke regels je moet toepassen in een concrete situatie.

Internationale rechtsbronnen

o Tussen 2 landen: bilateraal (België-Marokko), doel toepasselijke wetgeving bepalen,
veel aan belang ingeboet
o Tussen meer dan 2 landen: multilateraal
2

,Nationale rechtsbronnen
3

, Algemene bronnen AR

o Grondwet: rechtstreeks, geen directe werking (geconcretiseerd in wetten, decreten...),
richtlijn en doelstelling (Art. 23: geen directe werking)
o Wetten (WM), decreten (WM), K.B. (UM)en M.B.(UM): materiële (UM) en formele (WM)
wetten, dwingend en aanvullend
o Rechtspraak
 Arbeidsrechtbank: geschillen individuele aard WG en WN, SZ
 Arbeidshof: beroep tegen vonnissen Arechtbank, arrest
 Hof v Cassatie: wettelijkheid van een arrest
 Uitspraken RB niet bindend, maar wel moreel gezag o.a. omwille van
mogelijke verbreking cassatie
o Rechtsleer: alles wat gepubliceerd wordt over recht door rechtsgeleerden (boeken,
artikels...)

Eigen bronnen AR

o CAO (akkoord tussen 1 of meer representatieve WNorg en 1 of meer WG of WGorg)
 Vakbonden (WN): A.C.V., A.B.V.V. en A.C.L.V.B.
 WG: VBO, UNIZO, UCM, BB, Unisoc
 Niveau’s
 Nationaal: N.A.R., gelden voor heel de privésector, ondertekening alle
partijen, minimumnormen
 Sectoraal: P.C. (loon- en arbeidsvoorwaarden) of P.S.C., ondertekening
door alle partijen, nr.: 1 (arbeiderscomités), 2 (bediendencomités) en 3
(gemengde comités), van toepassing in sector of deelsector
 Onderneming: WN’ers van bep onderneming, ondertekenen door 1
vakbond
 Formaliteiten (schriftelijk, ondertekend, duur, taalvereisten) en publicatie
 Wet bepaald aan welke voorwaarden C.A.O. moet voldoen
 CAO moet neergelegd worden aan griffie van de FOD, gebeurt dit niet,
enkel bindend voor de partijen die de OVK hebben gesloten
 CAO gesloten in PC of NAR worden gepubliceerd in BS
 Binding van de CAO
 Principiële: bindend (bepaling moeten respecteren) wnr WG CAO zelf sluit,
is aangesloten bij of lid wordt van WGorg die de CAO heeft gesloten
 Aanvullend: (gesloten in NAR of P(S)C) WG geen lid van WGorg, afwijking
mogelijk bij geschreven ind AO
 Algemeen bindend: (door koning) bij KB, kracht van wet, op alle WG van
toepassing en overtreding is misdrijf
o Individuele AO
 Schriftelijk of mondeling
 OVK WG en WN
 Niet in strijd met hogere bronnen anders nietig en voor niet geschreven
gehouden
o Arbeidsregelement
 Wat? Schriftelijke uiteenzetting van AVW in de onderneming, individuele
afwijking mogelijk, elke WN moet kopie ontvangen
 Wat vermelden? Uurroosters, tijdstip en plaats betaling loon, duur jaarlijkse
vakantie... (Art.6)
 Facultatieve vermeldingen: opsturen medisch attest, verbod tatoeages,
religieuze symbolen, verbod eten in bep lokalen
 Opstellen/ wijzigen AR
4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller annarousseau. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.30. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

82956 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.30
  • (0)
  Add to cart