- Internationale politiek/betrekkingen (klassieke betekenis) à over relaties tussen (natie)staten, maar is eigenlijk complexer want
allerlei niet-statelijke actoren zijn actief en hebben invloed (in ieder geval nu) à dus nu wordt er vooral gesproken over world
politics en global politics.
- Theorieën en benaderingen zijn bedoeld om te simplificeren en onderzoek meer behapbaar te maken, zijn een soort lens/bril
om mee naar de wereld te kijken.
- Globalisering à een fundamentele verandering waarbij landen “meer” verbonden zijn met elkaar, komt door factoren uit:
o Techniek à moderne communicatietechnologie is nodig
o Economie à een wereldmarkt in een kapitalistische wereldeconomie
o Politiek à de ideeën, belangen en macht die nodig is voor globalisering
- Patterns (/dimensions) of globalization:
o Economic à wereldhandel, finance en productie
o Security à global arms trade, transnationaal terrorisme en gesprekken over mondiale veiligheid
o Legal à internationaal recht en internationale rechtbanken zoals the ICC
o Ecologisch à gedeelde milieuproblemen
o Cultureel à complexe mix van tegelijkertijd culturele homogenisering en toenemende heterogenisering
o Sociaal à migratie als een groot mondiaal probleem(/issue)
- Sceptical view: ziet globalisering als niet zo fundamenteel (verandert internationale politiek niet zoveel als soms wordt gedacht),
ziet globalisering vooral als economische ontwikkeling.
- Globalist view: globalisering is een oorzaak van fundamentele veranderingen in de internationale politiek.
- Internationaal à relaties tussen staten
- Transnationaal à groepen uit verschillende landen die contact met elkaar hebben zonder dat de overheid daartussen zit
- INF-gesprekken à gesprekken aan het einde van de Koude Oorlog, over de beperking en afschaffing van nucleaire
middellangeafstandsraketten. INF-verdrag is nu ‘in de prullenbak gegooid’
- Het verleden helpt ons het heden te begrijpen door het geven van context (historische context)
- Het verleden helpt ons het heden te begrijpen als er gebeurtenissen plaatsvinden die lijken op gebeurtenissen uit het verleden
- Maar…
o ‘De geschiedenis’ is een continu debat. We kijken nu anders naar historische gebeurtenissen dan toentertijd, nieuwe
bronnen, nieuwe interpretaties, etc.
o Het is gevaarlijk om historische vergelijkingen te maken en daar het huidige buitenlandbeleid op te baseren, want er
zijn te veel verschillen tussen gebeurtenissen om ze een op een te kunnen vergelijken en vanuit die vergelijking te
handelen
- Appeasement politiek à je maakt een relatief klein offer om de vrede te bewaren
- Waarom is Europa uiteindelijk gaan industrialiseren (en koloniseren)? En bijvoorbeeld niet andere gebieden/rijken (het
Ottomaanse rijk, China, etc.)?
o Vanuit Westers perspectief:
§ Er waren al vrij vroeg liberale constituties om interne conflicten te vermijden, was bevorderlijk voor de
staat
§ Er waren vaak oorlogen tussen Europese landen, waardoor de staten zijn ontstaan
§ De rol van ideeën, de verlichting en de wetenschappelijke revolutie
§ Geografische en demografische voordelen, zoals navigabele rivieren, makkelijke/goede toegang tot
steenkool, afwezigheid van tropische ziektes (scheelt in productie, minder parasieten en zo)
§ De rol van kapitalisme, zoals leningen, bankrekeningen en vroege ontwikkeling van eigendomsrecht
o Vanuit het mondiale perspectief: (tegenwoordig meer aandacht voor rol van:)
§ Europees imperialisme
§ Europese dominantie op de mondiale markt
§ Belang van niet-Westerse ideeën en technologieën voor de Rise of the West
- Opkomst van de moderne staat:
o Staat zoals we hem nu kennen is een vrij nieuw fenomeen
o Vrede van Westfalen,1648 à einde van Nederlandse opstand (vrede van Munster) en einde van 30-jarige oorlog
tussen vele Europese landen
o De staat ontstond aan het einde van de Middeleeuwen in Europa, het staatvormingsproces was een strijd van adel
tegen adel en een strijd tegen de kerk
o Staatsvorming is een uiterst gewelddadig proces à Charles Tilly (1990): ‘War made states and states made war.’
o Door middel van belastingen en een staand leger konden monarchen de macht centraliseren
o De Vrede van Westfalen erkende de gelijkheid tussen de Europese staten en was een bevestiging van hun soevereine
status; de norm van territoriale integriteit en niet-interveniëren in de binnenlandse aangelegenheden van andere
landen vindt hier haar oorsprong. à Ook kritiek op dit verhaal
- Wat is een staat?
o Interne soevereiniteit à binnen de staat is er 1 hoogste macht die het geweldsmonopolie heeft en belasting mag
hebben
o Externe soevereiniteit à er is geen hogere autoriteit dan de staat (andere staten mogen zich niet bemoeien met de
interne zaken van een staat)
o Soevereiniteit à geen hogere macht
o Europese Unie heeft bevoegdheden gekregen doordat lidstaten hiermee akkoord zijn gegaan, uiteindelijk staat hierin
dus wel soeverein
o Een staat is in internationaal juridisch zin gevormd als er sprake is van:
§ Een territorium
§ Een bevolking
§ Een effectief gezag
§ De capaciteit om betrekkingen aan te gaan
, § Erkenning? (= als enige subjectief, discussie over of je meer/alleen naar de objectieve criteria moet kijken
of ook naar dit subjectieve criterium)
o Erkenning van regeringen is een diplomatieke/politieke zet en is anders dan de erkenning van een staat
o Staatsvorming is altijd werk in uitvoering, het begrip ‘staat’ kun je zien als een ideaaltype (ofwel een analytisch
vergelijkingsmaatstaf)
§ ‘Stateness’ is een term die aangeeft in hoeverre het ideaaltype is benaderd
o Natie à een groep mensen die met elkaar een identiteit delen met een focus op het eigenland.
o Nationalisme à het idee dat de wereld is verdeeld in staten en dat hier dezelfde groepen mensen wonen (zie
definitie ‘natie’)
o Civic nationalism à je bent onderdeel van een natie omdat je daar deel van wilt zijn (bijv. je hebt een paspoort van
een staat dus je bent er deel van)
o Ethnic nationalism à natie is gebaseerd op gedeelde afkomst, kan geïndiceerd worden door kenmerken als taal,
geschiedenis, manier van leven en/of uiterlijk
o Staat en natie vallen vaak samen à natiestaat (is ook een ideaaltype, meeste staten zijn veel complexer)
- Verschuivende machtsverhoudingen:
o Unipolaire wereldorde à 1 grote macht
o Bipolaire wereldorde à 2 grote machten (SU en VS)
o Multipolaire wereldorde à meerdere grote machten in de wereld (zouden we nu naartoe kunnen gaan)
- Het volgende stukje hoort (deels) bij liberalisme
o Wat is macht?
§ Verschillende definities, heel complex, hangt samen met invloed maar is niet hetzelfde
§ The ability of a political actor (niet perse staat dus) to achieve its goals. In the realist approach it is
assumed that possession of capabilities will result in influence.
• Met capabilities wordt hier hulpbronnen bedoeld
§ Power as capability: ‘power is an attribute or possession’ à grootte en kwaliteit van leger, welvaart per
inwoner, natuurlijke hulpbronnen, grootte van de populatie etc.
§ Maar ‘power as capability’ verklaart geen situaties waarin een staat met veel middelen een oorlog verliest
van een zwakkere tegenstander
• ‘Power as capability’ gaat dus over potentiele macht
§ Macht is niet absoluut maar gaat om de context
§ Capabilities zijn een noodzakelijke voorwaarde maar geen garanderende voorwaarde
§ ‘Relational power’ à the capacity of a political unit to impose its will on another and to resist the
attempts of others to impose their will’
§ ‘Influence’ is het sleutelwoord. Het verklaart waarom zwakkere tegenstanders (zwak in de zin van minder
capabilities) kunnen winnen van sterkere tegenstanders.
• ‘Relational power’ verklaart de strategische voordelen van terroristen
§ ‘Institutional power’ à the ability to control the agenda, to determine what gets decided, and to exclude
those issues that threaten the interests of the most powerful’
§ ‘Structural power’ à the constitution of action and the material and discursive conditions for action
• Gaat in feite over de sociale verhoudingen in de internationale politiek …
§ Hard power à dwingende macht. Gebruikmakend van dwangmiddelen of beloningen om een resultaat
voor elkaar te krijgen. (‘carrot’ (= beloning) en ‘stick’ (= straf) methode)
§ Soft power à de macht om anderen te overtuigen bepaalde normen te volgen zodat je door dat gedrag
krijgt wat je wilt. (= gezag)
- Wat is oorlog?
o Oorlog is georganiseerd geweld tussen politieke entities. A political entity in this context is any kind of group capable
of waging war. War is shaped by the kinds of societies that fight it, by the prevailing level of technology, by culture,
by economic circumstances, and by many other factors. Political and military leaders try to make war serve as an
instrument, a means to an end they are trying to achieve.
o In sum, war is organized violence among groups; it changes with historical and social context; and, in the minds of
those who wage it, it is fought for some purpose, according to some strategy or plan.
§ Sovereign state approach à traditionele manier van oorlog voeren, tussen staten of tussen staat en
burger
§ Global approach à colonial wars, internationalized civil wars such as in Syria (andere staten gaan zich
bemoeien met oorlog in een ander land)
o Allerlei verschillende definities die ieder hun eigen karakteristieken hebben.
- Carl von Clausewitz
o Bekende Pruisische strateeg (1780-1831), bekende uitspraak: ‘the continuation of politics’
§ Oorlog een rationele keuze om een politiek doel te bereiken
§ Doelen van oorlog zijn niet veel anders dan de politieke doelen die gesteld worden tijdens vrede: in beide
situaties gaat het om het op een rationele wijze nastreven van nationale belangen. Als het nationale
belang de inzet van militaire middelen vereist, dan moeten die worden ingezet. (Realistische benadering)
o Von Clausewitz’ drie-eenheid:
§ Passion, chance, reason (iedere oorlog heeft deze elementen)
§ People, military, politics (groepen die betrokken zijn bij oorlog)
• Passie past vooral bij de bevolking (revolutionaire oorlogen), etc.
o Limited war: doelen die beperkter zijn dan ‘politiek overleven’
o Total war/absolute war: oorlog met als doel om ‘politiek te overleven’
§ Politiek overleven à gaat dus echt om dat je staat in direct gevaar is
- ‘Sustained Violence’ à a minor border clash is not a war
- Oorlog wordt eigenlijk bepaald door hoeveel er mensen sterven aan het front (battle-related deaths)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ninapelzer. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.05. You're not tied to anything after your purchase.