0. Inleiding
Orgaanstelsels: organen die in een geïntegreerd geheel een belangrijke deelfunctie binnen
de mens realiseren
Fysiologie: de wetenschap die de functies van het menselijk lichaam bestudeert
Anatomie: de wetenschap die de bouw, structuur en de organisatie van het organisme
bestudeert
1. Het autonoom zenuwstelsel
1.1 Regulatiesystemen
2 regulerende stelsels in het lichaam om homeostase te waarborgen:
• endocrien stelsel (zie later hoofdstuk)
• zenuwstelsel
- centraal zenuwstelsel: hersenen en ruggenmerg
o regelcentra
- perifeer zenuwstelsel: verbindt CZS via neuronen met alle stelsels in lichaam
o zenuwen
Regelkring - regelsysteem:
specifieke sensoren doen metingen ®
via afferent* gedeelte naar CZS
efferent gedeelte zendt stimulerend of
inhiberend signaal uit
* afferent: informatie gaat vanuit de periferie naar de hersenen
* efferent: informatie gaat vanuit de hersenen naar de periferie
1.2 Willekeurig vs. onwillekeurig zenuwstelsel
Willekeurig - animaal - somatisch zenuwstelsel:
• reacties en handelingen in relatie met milieu exterieur
Onwillekeurig - autonoom zenuwstelsel:
• buiten de wil om
• regulatie van inwendige organen (milieu interieur)
• verantwoordelijk voor de werking van en coördinatie tussen “autonome” organen
- autonome organen = inwendige organen met autonome functies zonder
beïnvloeding van de eigen wil
o ademhalingsstelsel, spijsverteringsstelsel, gladde spieren, hartspier,
klieren…
• doel: handhaving van de homeostase in het milieu interieur
1
,Fysiologie 2
1.3 Orthosympaticus vs. parasympaticus
Het autonoom zenuwstelsel bestuurt vooral de organen die een rol spelen in de homeostase
van het milieu interieur ® vegetatieve organen
• vegetatief zenuwstelsel
Autonome regelcentra in hersenstam kunnen onderverdeeld worden in 2 antagonistische
afdelingen
Orthosympatisch deel
• uitgaande zenuwbanen uit ruggenmerg schakelen in plexussen
• actief als het lichaam in actie moet komen (bv. sporten)
- stimulatie van hartactiviteit, verhoogde doorbloeding van skeletspieren,
ademhaling, vrijzetting van brandstof uit de lever
- afremming van spijsverteringsorganen (minimale doorbloeding, weinig
peristaltiek, weinig secretie)
• noradrenaline als neurotransmitter voor prikkeloverdracht naar effectorcellen
• ergotroop effect (= arbeidsbevorderend)
- fright, flight, fight: indien ‘fright’, dan ‘fight’ or ‘flight’
- door orthosympatische prikkeling van bijniermerg: adrenaline in bloed
o adrenaline = vloeibare orthosympaticus
o ondersteunt orthosympatische effecten extra
• katabool: energievoorraad aanspreken
Parasympatisch deel
• 1 grote zenuwbaan die t.h.v. organen zijtakken heeft
- = nervus vagus
• actief als het lichaam in rust is (bv. na maaltijd: energievoorraden herstellen)
- stimulatie van spijsverteringsorganen (minimale doorbloeding, weinig
peristaltiek, weinig secretie)
- afremming van hartactiviteit, verhoogde doorbloeding van skeletspieren,
ademhaling, vrijzetting van brandstof uit de lever
• acetylcholine als neurotransmitter voor prikkeloverdracht naar effectorcellen
• trofotroop effect (= groeibevorderend)
- toestand van zo groot mogelijke rust
• anabool: energievoorraad opbouwen
Bijna elk orgaan krijgt dubbele innervatie, maar prikkeleffecten van ortho- en
parasympaticus zijn altijd tegengesteld
• doelwitcel heeft receptor voor zowel noradrenaline als voor acetylcholine
2
,Fysiologie 2
1.4 Reacties van de afzonderlijke organen op autonome prikkeling
3
, Fysiologie 2
2. Het cardiovasculaire stelsel
Mens is multicellulair organisme ® elke cel in ons lichaam vereist zuurstof en brandstof
• homeostase van het milieu interieur wordt enkel gegarandeerd als bloed doorheen
het lichaam circuleert
ð transportbaan: bloedsomloop vervult belangrijke transportfunctie
Functie: transport
• onderhoud van milieu interieur van alle cellen
- aanvoer van nuttige stoffen
- afvoer van afvalstoffen
• berichten - communicatie
- hormonen
• afweer
- cellen
- complementfactoren, cytokines, immuunglobulines
Algemene bouw bloedsomloop
• buizenstelsel in kringloop: bloedvaten
- arteriën of slagaders
o efferente bloedvaten die het bloed vanuit het hart afvoeren (hoge druk)
- capillairen of haarvaten
o bloedvaten die zorgen voor uitwisseling tussen bloedbaan en weefsel
- venen of aders
o afferente bloedvaten die het bloed vanuit de capillairen verzamelen en
terugvoeren naar het hart (lage druk)
• ingebouwde pomp: het hart
2 circulaties in serie geschakeld:
• kleine bloedsomloop - longcirculatie
ðtransporteert het bloed van en naar de
uitwisselingsoppervlakken van de longen
• grote bloedsomloop - lichaamscirculatie
ðtransporteert bloed van en naar de rest van het lichaam
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller devoslore. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $21.96. You're not tied to anything after your purchase.