Kenleer en wetenschapsleer
Samenvatting en aantekeningen
College 1
Introductie tot de cursus. Overzicht van de onderwerpen en thema’s.
Ter inleiding van de cursus zullen we – in vogelvlucht – de geschiedenis van de kennisleer bespreken,
van Plato tot en met Kant. Het klassieke rationalisme (Descartes) en empirisme (Locke, Hume) komen
ter sprake, alsmede de belangrijkste inzichten uit Kants Kritik der reinen Vernunft. Ook wordt de
student vertrouwd gemaakt met algemene kennistheoretische termen en onderscheidingen (zoals a
priori en a posteriori; analytisch en synthetisch; inductie en deductie; etc.) die voor de verdere cursus
van belang zijn.
Inleiding
Demarcatieprobleem (probleem van afbakening): wat is wetenschap en wat is pseudowetenschap?
Rode draad: de spanning tussen objectivisme en relativisme.
- Objectivisme: er bestaat een objectieve waarheid;
- Relativisme: er bestaat geen objectieve waarheid. Deze is afhankelijk van context.
In 20e eeuw een trend richting relativisme.
,Historische schets
Wetenschapsfilosofie bestaat sinds begin 20e eeuw (als zelfstandige discipline). Onderdeel van de tak
‘kennisleer’.
,Epistemologie
Kennisleer
Bestaat er zoiets als ware kennis?
- Rationalisme: kennis op basis van ratio;
- Empirisme: kennis op basis van zintuiglijke waarneming.
Rationalisme
Betrouwbare kennis bestaat, bron is ratio. Rationalist wantrouwt zintuigen. De wereld die we leren
kennen via zintuigen is een schijnwereld (afspiegeling van eeuwige ideeën). De ideeën/dingen die we
denken in ons verstand zijn echter dan de wereld om ons heen. Voorliefde voor wiskunde, omdat je
daar je zintuigen niet voor nodig hebt. Geloof in aangeboren kennis.
Plato
Descartes: solide fundament nodig voor zijn filosofie → twijfelexperiment → ik kan aan alles
twijfelen, behalve de twijfel zelf → ik twijfel/denk, dus ik besta: cogito ergo sum. Evil demon
(moderne variant: brain in a vat).
Spinoza
Leibniz
Empirisme
Betrouwbare kennis bestaat, bron is zintuiglijke ervaring. De wereld om ons heen is de echte wereld.
Voorliefde voor natuurwetenschappen. Geen geloof in aangeboren kennis: tabula rasa.
Aristoteles
Locke: objecten om ons heen hebben primaire en secundaire kwaliteiten: primaire kwaliteiten blijven
altijd bestaan, secundaire kwaliteiten bestaan wanneer ze zintuiglijk worden waargenomen. Drie
bananen in fruitschaal: dezelfde vorm (primair), smaak (secundair). Als de proever er niet is, zijn de
secundaire kwaliteiten er ook niet.
Berkeley: reactie op onderscheid tussen primaire en secundaire kwaliteiten: ook de primaire
kwaliteiten bestaan alleen bij waarneming. Empirisme kan gemakkelijk overgaan in idealisme: de
wereld is in laatste instantie ideëel van aard: de werkelijkheid is afhankelijk van het bewustzijn (er
bestaat geen fysieke werkelijkheid). Esse est percipi: zijn/bestaan is waargenomen worden. Als de
wereld niet meer door ons wordt waargenomen, blijft deze toch bestaan, omdat God haar
waarneemt.
Hume: alle kennis is uiteindelijk te herleiden tot impressions (zintuiglijke indrukken).
, Matters of fact Relations of ideas
Synthetisch Analytisch
A posteriori A priori
Contingent Noodzakelijk
De vork (fundamentele tweedeling van Hume)
Matters of fact: waarheidswaarde hangt af van waarheidswaarde in de wereld.
- Synthetisch: niet uitsluitend op basis van de betekenis van woorden. (Er zitten dertig mensen
in de zaal). Waarheidswaarde hangt ook af van de stand van zaken (feiten) op die plek op dat
moment;
- A posteriori: waarneming nodig om de waarheidswaarde te bepalen;
- Contingent: niet noodzakelijk. Het had ook anders kunnen zijn.
Relations of ideas: waarheidswaarde hangt af van de waarheidswaarde van begrippen.
- Analytisch: het predicaat zit opgesloten in het subject (de cirkel is rond). Uitspraak is per
definitie waar. De waarheidswaarde hangt puur af van de betekenis van de term;
- A priori: voorafgaand aan de zintuiglijke waarneming weten we dat het waar is;
- Noodzakelijk: de waarheidswaarde is noodzakelijk. Het kan niet anders zijn. (‘Cirkels zijn niet
rond’ is een contradictie).
Het gehele klassieke empirisme is op deze tweedeling gebouwd: er bestaat synthetisch a posteriori
en analytisch a priori.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nowke. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.41. You're not tied to anything after your purchase.